P151 Flashcards
(14 cards)
Wat is een werkwoordelijk gezegde?
Een zin met een doen-betekenis heeft een werkwoordelijk gezegde
In een doen-zin is een werkwoord de kern van het gezegde.
Wat is een naamwoordelijk gezegde?
Een zin met een zijn-betekenis heeft een naamwoordelijk gezegde
In een zijn-zin is een naamwoord de kern van het gezegde.
Wat is de eerste stap in het stappenplan voor het bepalen van het gezegde?
Bepaal het kernwoord van het gezegde
Dit kan een werkwoord of een naamwoord zijn.
Wat moet je doen als de kern van het gezegde een werkwoord is?
Vul aan met: dat doet/doen …
Dit geeft aan dat het om een werkwoordelijk gezegde gaat.
Wat moet je doen als de kern van het gezegde een naamwoord is?
Vul aan met: dat is/zijn …
Dit geeft aan dat het om een naamwoordelijk gezegde gaat.
Wie of wat is het onderwerp in een zin?
Degene die of datgene wat iets doet of is in een zin
Het onderwerp is essentieel voor de structuur van de zin.
Noem een voorbeeld van een werkwoordelijk gezegde.
Eva droomt
‘Dromen’ is het werkwoord dat de kern vormt van het gezegde.
Noem een voorbeeld van een naamwoordelijk gezegde.
Eva is lief
‘Lief’ is het naamwoord dat de kern vormt van het gezegde.
Wat is de kern van het gezegde in de zin ‘Koken is de kern van het gezegde’?
Koken
Dit geeft de activiteit aan die de kern vormt.
Wat is de kern van het gezegde in de zin ‘Prachtig is de kern van het gezegde’?
Prachtig
Dit geeft een eigenschap aan die de kern vormt.
Vul in: ‘Bloeien, dat ______ de tulpen.’
doen
Dit geeft aan dat de tulpen de actie van bloeien uitvoeren.
Vul in: ‘Gratis, dat ______ die apps.’
zijn
Dit geeft aan dat de apps de eigenschap van gratis zijn.
Is ‘Het water kookt’ een voorbeeld van een werkwoordelijk gezegde? (ja/nee)
Ja
‘Kookt’ is het werkwoord dat de actie beschrijft.
Is ‘Het cadeau is een verrassing’ een voorbeeld van een naamwoordelijk gezegde? (ja/nee)
Ja
‘Een verrassing’ is het naamwoord dat de eigenschap beschrijft.