Places Flashcards
(52 cards)
1
Q
Airport
A
De luchthaven
2
Q
Bakery
A
De bakkerij
3
Q
Bank
A
De bank
4
Q
Barn
A
De schuur
5
Q
Barracks
A
De kazerne
6
Q
Bridge
A
De brug
7
Q
Bookstore
A
De boekwinkel
8
Q
Building
A
Het gebouw
9
Q
Castle
A
Het slot
10
Q
Cathedral
A
De kathedraal
11
Q
Cemetery
A
Het kerkhof
12
Q
Church
A
De kerk
13
Q
Cinema
A
De bioscoop
14
Q
Consulate
A
Het consulaat
15
Q
Corner
A
De straathoek
16
Q
Drugstore
A
De apotheek
17
Q
Embassy
A
De ambassade
18
Q
Factory
A
De fabriek
19
Q
Farm
A
De boerderij
20
Q
Fountain
A
De fontein
21
Q
Garage
A
De garage
22
Q
Hospital
A
Het ziekenhuis
23
Q
Hotel
A
De hotel
24
Q
House
A
Het huis
25
Hut
De hut
26
Inn
De herberg
27
Lane (Town)
De steeg
28
Library
De bibliotheek
29
Market
De markt
30
Monument
Het gedenkteken
31
Museum
De museum
32
Palace
De paleis
33
Path
Het pad
34
Pavement
Het trottoir
35
Pharmacy
De apotheek
36
Police station
Het politiebureau
37
Port
De haven
38
Prison
De gevangenis
39
Restaurant
De restaurant
40
Road (highway)
De landweg
41
School
De school
42
Square
Het plein
43
Stadium
De stadium
44
Store
De winkel
45
Street
De winkel
46
Suburb
De voorstad
47
Theater
De theater / schouwburg
48
Tower
De toren
49
Town
De stad
50
Town hall
Het stadhuis
51
University
De universiteit
52
Village
De dorp
