Stationsproef Communicatie Flashcards
(42 cards)
Wat is de rol van witte bloedcellen bij infecties?
Ze vernietigen microben of remmen hun vermenigvuldiging.
Wanneer zijn antibiotica nodig?
Bij bacteriële infecties wanneer het afweersysteem faalt, zoals bij agressieve kiemen of verzwakte patiënten.
Werken antibiotica tegen virussen?
Nee, antibiotica werken niet tegen virussen.
Waarom is het belangrijk om de volledige kuur af te maken?
Om restletsels en resistentie te vermijden. Te vroeg stoppen kan leiden tot chronische infecties.
Wat gebeurt er als je minder antibiotica inneemt dan voorgeschreven?
Antibioticumgehalte is te laag → bacteriën overleven → resistentie kan ontstaan.
Waarom mag je geen hogere dosis nemen dan voorgeschreven?
Meer innemen verhoogt de werkzaamheid niet, maar vergroot wel het risico op bijwerkingen.
Waarom moet je het tijdstip van inname respecteren?
De absorptie en verspreiding zijn afhankelijk van timing en voeding. Sommige antibiotica moet je nuchter nemen.
Waarom is de frequentie van inname belangrijk?
Te weinig innames → te lage concentratie; te veel → geen meerwaarde, risico op bijwerkingen.
Hoe lang moet je antibiotica nemen?
De duur hangt af van de infectie, het orgaan en de toestand van de patiënt. Klachtenvrij ≠ genezen.
Wat moet je doen met overgebleven antibiotica?
Niet bewaren voor later. Dosering en type zijn mogelijk niet geschikt voor een volgende keer.
Hoe moet een antibioticasiroop bewaard worden?
In de koelkast, max. 1 à 2 weken houdbaar.
Wat te doen bij bijwerkingen of allergie?
Stoppen en onmiddellijk arts contacteren.
Wat als je maaglast hebt van antibiotica?
Inname bij de maaltijd, tenzij de arts anders zegt.
Wat als je andere medicatie neemt?
Doorgaan, maar arts informeren (bv. bij bloeddrukmedicatie of anticonceptie).
Vermoeien antibiotica het lichaam?
Nee, de vermoeidheid komt door de infectie, niet het antibioticum zelf.
Wat betekent resistentie?
Bacteriën worden ongevoelig voor antibiotica, vaak door foutief gebruik.
Is allergie voor één antibioticum een reden om er geen enkele meer te nemen?
Nee, vaak beperkt tot één familie. Arts kiest dan een alternatief.
Wat is een gastroscopie?
Onderzoek van de binnenkant van slokdarm, maag en twaalfvingerige darm via een buis met camera.
Wat kan een arts doen tijdens een gastroscopie?
Kijken, weefselstalen nemen, kleine ingrepen uitvoeren.
Hoe bereid je je voor op een gastroscopie?
6 uur voor onderzoek nuchter blijven (niet eten, drinken of roken), vanaf 22u niets meer eten, drinken tot middernacht.
Mag je medicatie nemen voor een gastroscopie?
Niet de ochtend van het onderzoek, tenzij arts anders zegt.
Wat moet je melden aan de arts vóór de gastroscopie?
Medicatiegebruik, ademhalingsproblemen, hartproblemen, kunsthartkleppen, zwangerschap.
Hoe verloopt een gastroscopie?
Duurt 5–15 min, keel wordt verdoofd, je ligt op linkerzijde, krijgt een mondstuk en de slang wordt via mond ingebracht.
Is een gastroscopie pijnlijk?
Nee, maar het voelt ongemakkelijk aan.