Straffen Flashcards

(30 cards)

1
Q

Wat toont onderzoek over gevangenisstraffen en herval in criminaliteit?

A

Geen effect op herval; tendens naar omgekeerd effect vergeleken met probatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welk effect heeft strafstudie en schorsing op school?

A

Slechtere relatie met leraar; straf werkt niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat wordt er gezegd over verkeersboetes als strafmiddel?

A

Straf leidt niet altijd tot gedragsverandering; boetes worden soms vermeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er vaker in onze maatschappij: straffen of belonen?

A

Straf is veel gebruikelijker dan belonen, ook bij dieren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wie was William Koehler en wat kenmerkt zijn methode?

A

Honden trainen zonder beloning; gebruik van wurgkettingen, rukken, schokken; gebaseerd op dominantie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke bijdrage leverde Karen Pryor aan hondentraining?

A

Introductie van diervriendelijke training gebaseerd op wetenschappelijke principes (“Don’t Shoot The Dog”).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat was de invloed van Cesar Millan op hondentraining wereldwijd?

A

Promoot dominantie en straf; sterke kritiek vanuit de wetenschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de definitie van straf volgens Van Dale?

A

Maatregel tegen iemand als vergelding voor onrecht; niets over verandering van gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent straf in gedragsterminologie?

A

Straf is gericht op gedrag, niet op de persoon.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Vermindert gedrag altijd door straf?

A

Nee niet altijd, straf moet accuraat en juist gedoseerd gegeven worden. Als het niet verminderd en je blijft het toepassen, wordt dit gezien als dierenmishandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat kan er gebeuren als straf verkeerd wordt toegepast?

A

Mishandeling, frustratie, habituatie, angst, agressie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is habituatie in relatie tot straf?

A

Wanneer een dier went aan een straf en deze zijn effect verliest.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is onbedoelde associatie bij straffen?

A

Hond kan straf koppelen aan toevallige prikkels zoals een mat, kinderen, etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is Learned Helplessness?

A

Passieve toestand waarin hond denkt geen controle meer te hebben; lijkt rustig maar is depressief.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat activeert het stress-systeem bij honden?

A

Fysieke of emotionele pijn veroorzaakt adrenaline- en cortisolstijging (fight, flight, freeze).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke angstgevolgen kunnen straf veroorzaken?

A

Defensieve agressie, sensitisatie, vluchtgedrag, verminderde leervermogens.

17
Q

Wat is het effect van straf op degene die straft?

A

Strafgedrag wordt vaak versterkt door negatieve bekrachtiging (ongewenst gedrag stopt tijdelijk).

18
Q

Waarom blijven veel mensen straffen ondanks negatieve gevolgen?

A

Omdat tijdelijk stoppen van gedrag ervaren wordt als succes (R-).

19
Q

Wat is een bijkomend gevaar voor degene die straft?

A

Straffen kan leuk gaan aanvoelen (macht, controlegevoel).

20
Q

Wat is een belangrijke voorwaarde voor correcte toepassing van straf?

A

Onmiddellijk toedienen bij eerste overtreding.

21
Q

Waarom moet straf consequent zijn?

A

Bij inconsistente straf ontstaat een intermitterend beloningsschema, moeilijk uit te doven.

22
Q

Wanneer is straf 100% effectief?

A

Alleen bij 1-op-1 straf: elke keer dat ongewenst gedrag voorkomt, direct straffen.

23
Q

Wat gebeurt er als straf te zacht is?

A

Ongewenst gedrag stopt niet; welzijnsprobleem; kans op mishandeling.

24
Q

Wat gebeurt er als straf te hard is?

A

Ernstige welzijnsproblemen zoals angst, learned helplessness, PTSD.

25
Waarom moet straf niet voorspelbaar zijn?
Bij waarschuwing leert de hond te ontsnappen aan straf zonder gedrag te veranderen.
26
Wat is het risico als hond straf associeert met eigenaar?
Vertrouwen tussen hond en eigenaar wordt beschadigd.
27
Kan straf onbedoeld een versterker worden?
Ja, angstige hond kan meer blaffen door straf, wat angst versterkt.
28
Wat is een belangrijk alternatief voor straffen volgens moderne trainers?
Gedrag vervangen via DRI (Differential Reinforcement of Incompatible Behavior).
29
Wat is DRI (Differential Reinforcement of Incompatible Behavior)?
Beloon een gedrag dat incompatibel is met ongewenst gedrag (bv. zitten ipv opspringen).
30
Wat concludeert men over het gebruik van straf bij honden?
Timing, intensiteit en correcte associatie zijn extreem moeilijk; risico’s zijn groot; beloning is veiliger.