Studietaak 4 Flashcards

(30 cards)

1
Q

Is een enkelvoudige regressieanalyse niet eigenlijk hetzelfde als een correlatieanalyse?

A

Ja, een enkelvoudige regressieanalyse met één onafhankelijke variabele is conceptueel vergelijkbaar met een correlatieanalyse. In beide gevallen onderzoeken ze de relatie tussen twee variabelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bedenk zelf twee situaties waarin je gebruik zou kunnen maken van enkelvoudige of meervoudige regressieanalyse.

A

Situatie 1: Je wilt begrijpen welke factoren de examenscores van studenten beïnvloeden. Met enkelvoudige regressieanalyse onderzoek je de impact van individuele factoren zoals studie-uren, eerdere cijfers en deelname aan studiegroepen. Meervoudige regressieanalyse kan worden toegepast als je de gecombineerde invloed van deze factoren wilt evalueren.

Situatie 2: Om de relatie tussen leerlingprestaties en onderwijskwaliteit te begrijpen, kun je enkelvoudige regressieanalyse gebruiken om individuele variabelen zoals docentervaring, klassengrootte en lesmethoden te onderzoeken. Meervoudige regressieanalyse is geschikt als je de gezamenlijke impact van meerdere variabelen wilt analyseren, zoals docentervaring, klassengrootte en lesmethoden op leerlingprestaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat betekent het als de regressielijn schuin naar beneden loopt?

A

Negatieve lineaire relatie tussen de variabelen. Met andere woorden, als de waarde van de ene variabele toeneemt, neemt de waarde van de andere variabele af.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is Beta bij een alternatieve analyse?

A

De ongestandaardiseerde regressiecoefficient in SPSS.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat betekent het wanneer de B 0,160 is?

A

Wanneer X met één eenheid stijgt, stijgt de verwachte waarde van y met 0,16.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het verschil tussen R en B* in SPSS?

A

Deze zijn meestal gelijk aan elkaar. Alleen B* (de gestandaardiseerde regressiecoefficient kan wel negatief worden. R als correlatiecoefficient kan niet negatief zijn (is de wortel uit R^2).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat betekent het wanneer R^2 0,287 is?

A

Dit betekent dat de verklaarde variantie voor de onderzochte variabele 28,7% verklaart. Ofwel van71,3% is de variantie van de constante variabele door iets anders te verklaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welk ordeningsniveau is minimaal voor een regressieanalyse?

A

Intervalniveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een dummyvariabele?

A

Een dummyvariabele is een variabele die slechts twee mogelijke waarden kan aannemen (dus altijd waarde 0 of 1). Wordt alleen gebruikt in meervoudige regressieanalyses.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat staat er in de model summary van SPSS?

A

Model, R, R^2, adjusted R square, std. Error of the Estimate.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zeggen de waardes van de determinatiecoefficient?

A

R^2 valt binnen de 0 en de 1 (altijd positief
0 Het model voorspelt de uitkomst niet.
Tussen 0 en 1 Het model voorspelt de uitkomst gedeeltelijk.
1 Het model voorspelt de uitkomst volledig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat staat er in een ANOVA model?

A

Sum of squares, df, Mean Square, F, Sig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat geeft de waarde aan van R2?

A

Deze waarde geeft aan welk percentage van de afhankelijke variabele wordt voorspeld door de voorspellers. Voorspellers worden ook wel predictoren genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar staat ANOVA voor?

A

Analysis of Variance, ofwel variantieanalyse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de intercept?

A

Tussen Unstandardized B en constant. Het punt waar de Y-as de X-as raakt. De intercept betekent bijv. 3.0vc 7

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat betekent het wanneer de intercept 3,07 is?

A

Wanneer iemand bijv. 0 keer per week vrienden, familie, kennissen en collega’s offline ontmoet, is de voorspelde waarde voor het geluk een 3,07 als rapportcijfer.

17
Q

Wat gebeurt er wanneer je in een regressievergelijking de intercept en de ongestandaardiseerde regressiecoefficient invult?

A

Dan kun je een schatting maken van bijv. de mate van geluk. intercept (onafhankelijke variabele)+ongestandaardiseerde regressiecoefficient (afhankelijke variabele) * aantal

18
Q

Wat is Beta in de gestandaardiseerde coefficient?

A

Het zuivere effect van de onafhankelijke variabele op de afhankelijke variabele.

19
Q

Is Beta altijd gelijk aan de correlatieciecoefficient?

A

Alleen bij de enkelvoudige regressieanalyse is het gelijk aan r.

20
Q

Wat zegt Beta=0,69 bij een meervoudige regressieanalyse?

A

Dat er een sterke, positieve samenhang is.

21
Q

Hoe wordt de gestandaardiseerde regressiecoëfficiënt ook wel geschreven?

A

b* (om verwarring met de Beta uit de nullhypothese te voorkomen, deze verwijst naar de regressiecoëfficiënt in de populatie). b* uit een steekproef.

22
Q

Wat wordt ook wel de toets op het hele model genoemd?

23
Q

Welke twee manieren zijn er bij een regressieanalyse om significantie vast te stellen?

A

Door de regressielijn te toetsen met een t-toets
Door de proportie verklaarde variantie te toetsen met een F-toets

24
Q

Wat is een post hoc-toets?

A

Een toets voor meervoudige vergelijkingen.

25
Wat is kanskapitalisatie?
Wanneer je door 3 losse t-toetsen te snel significante resultaten krijgt.
26
Wat moet je doen bij kanskapitalisatie?
Een post hoc-toets zoals bijv. Bonferroni post hoc-toets (correctie).
27
Met hoeveel cijfers achter de komma mag je volgens APA een gemiddelde aangeven?
1. Standaarddeviaties ook met 1 cijfer achter de komma.
28
Welke gegevens mag je volgens APA met 2 cijfers achter de komma aangeven?
F, t, β, R2 schrijf je met twee cijfers achter de komma.
29
Welke gegevens mag je volgens APA met 2 of 3 cijfers achter de komma aangeven?
p-waarden.
30
Wat is de goede notatie van de p-waarde? 0.001 of .001?
.001 p-waarde schrijf je zonder de 0 voor de komma/punt