THEME 1 G Flashcards
(23 cards)
1
Q
accessible
A
toegankelijk
2
Q
achievable
A
haalbaar / haalbare
3
Q
advances
A
vooruitgangen
4
Q
attitude
A
houding
5
Q
base on
A
baseren (op)
6
Q
capacity
A
vermogen
7
Q
casual
A
informeel
8
Q
common
A
gemeenschappelijke
9
Q
complain
A
klagen
10
Q
disposable
A
wegwerp-
11
Q
due to
A
vanwege / dankzij
12
Q
evolve
A
zich ontwikkelen
13
Q
fierce
A
hevig
14
Q
necessity
A
noodzaak
15
Q
nevertheless
A
niettemin
16
Q
predict
A
voorspellen
17
Q
purchase
A
aankoop
18
Q
purpose
A
doel
19
Q
retailer
A
winkelier
20
Q
shape
A
vormgeven
21
Q
stay true to
A
trouw blijven aan
22
Q
target
A
richten op
23
Q
tendency
A
neiging