voc 1 Flashcards
(77 cards)
1
Q
het abonnement
A
l’abonnement
2
Q
de app
A
l’appli
3
Q
de ateletiek
A
l’athletisme
4
Q
de fuif
A
le boum
5
Q
tennisbaan
A
le court de tennis
6
Q
de beklimming
A
l’escalade
7
Q
het kampvuur
A
le feu de camp
8
Q
de klimmer
A
le grimpeur
9
Q
de gelegenheid
A
l’occasion
10
Q
het publiek
A
le public
11
Q
de wandeltocht
A
le randonnée
12
Q
de rust
A
le repos
13
Q
sociale media
A
les réseaux sociaux
14
Q
de rugzak
A
la sac a dos
15
Q
de chat
A
le tchat
16
Q
leuk grappig
A
amusante
17
Q
verslaan
A
battre
18
Q
zich bleseren
A
blesser
19
Q
bewegen
A
bouger
20
Q
gepasioneerd zijn voor
A
etre pasionné
21
Q
klimmen
A
grimper
22
Q
joggen
A
joger
23
Q
tent opzetten
A
monter sa tente
24
Q
repeteren
A
répéter
25
zich abonneren op
s'abonner a
26
zwemmen
se baigner
27
uitgaan
sortir
28
chatten
tchatter
29
met behulp van
a l'aide a
30
ter gelegendheid van
a l'occasion de
31
dichtbij
a proximite de
32
de hobbys
les loisirs
33
de deelnemer
le participant
34
hobby/ tijdsverdrijf
le passe-temps
35
toegankelijk
accessable
36
toegang hebben tot
avoir acces a
37
zin hebben in
avoir envie de
38
aanmoedigen
encourager
39
verslaafd zijn aan
etre acro a
40
zich vermaken
se distraire
41
trainen / oefenen
se entrainer
42
rondhangen
trainer
43
vechtsporten
les art martiaux
44
de kano
le canoë
45
bergbeklimmer
l'escaladeur
46
sportzaal
le gymnase
47
het pretpark
les park d'attractions
48
parachutespringen / elastiek springen
le saut en parachute / a l'elastique
49
koken
cuisiner
50
bergbeklimmen
escalader
51
wandelen
faire de la marche
52
kanoenen
faire du canoe
53
paardrijden
faire du cheval
54
fietsen
faire du velo
55
op avontuur gaan
partir a l'aventure
56
duiken
plonger
57
het boek
le bouquin
58
de acteur
le comedien
59
het festival
le festival
60
literatuur
la literature
61
fotografie
la photographie
62
repetitie
repetition
63
de scene
la scene
64
beeldhouwwerk
la sculpture
65
het spektakel
le spectacle
66
toeschouwer
le spectateur / spectatrice
67
het gezelschap
la troupe
68
plankenkoorts hebben
avoir le trac
69
lezen
bouquiner
70
opkomen
entrer en scene
71
een rol spelen
jouer un rôle
72
beeldhouwen
sculpter
73
verzammelaar
le collectionneur
74
gezelschapsspel
le jeu de societe
75
rustgevend
reposante
76
vissen
aller a le peche
77
relaxen
se relaxer
