week 11- overheidsschuld, nationale en EU begrotingsnormen Flashcards

(2 cards)

1
Q

ricardiaanse equivalentie

A

die stelt dat de manier waarop de overheid overheidsuitgaven financiert (via belastingen of schulden) geen netto-effect heeft op de economie als geheel. De theorie impliceert dat rationele consumenten extra geld van belastingverlagingen zullen sparen om te compenseren voor verwachte toekomstige belastingverhogingen om de schulden af te betalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

gulden financieringsregel

A

De overheid mag wel schulden aangaan, maar niet voor consumptieve uitgaven, alleen voor financierings en kapitaal uitgaven

Het idee hierachter is dat investeringsuitgaven de producuctiecapaciteit vergroten. Met de opbrengsten daarvan kan de schuld weer worden afbetaald. Het probleem was dat daardoor alles als investering werd aangemerkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly