Week 6 Flashcards

(114 cards)

1
Q

Wat is een miskraam?

A

Miskraam = zwangerschap onbedoeld eindigt voor 16e week

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe vaak komt een miskraam voor?

A

Meest voorkomende obstretische complicatie: 10-15%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn complicaties die voor kunnen komen bij een miskraam?

A
  • veel bloedverlies/shock
  • sepsis
  • psychologische problemen
  • maternale morbiditiet
  • maternale mortaliteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke symptomen kunnen voorkomen bij een miskraam?

A

Afhankelijk van de zwangerschapsduur:
- buikpijn
- bloedverlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar moet je altijd op letten als een zwangere vrouw bloedverlies heeft?

A

gynaecologische oorzaak:
- cervixafwijkingen
- infectie (chlamydia)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke diagnostische testen kunnen worden gedaan bij verdenking miskraam?

A
  • vitale meters: bloeddruk, hartfrequentie
  • LO: vaginaal toucher, speculum onderzoek
  • echo
  • lab: hb, ht, bloedgroep resus
  • hCG: urine/serum –> vooral om te kijken of je wat moet kunnen zien tijdens de echo
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke bevinden zijn te verwachten bij een intacte/vitale zwangerschap?

A
  • vaginaal toucher: gesloten, stugge portio
    • niet pijnlijk tenzij andere oorzaak
  • echo: embryo conform 8 weken
  • hartactie te zien
  • hCG serum: niet nodig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke bevinden zijn te verwachten bij een miskraam/niet-vitale zwangerschap?

A
  • Vaginaal toucher: week aanvoelen portio en voor >1 vingen geopend
  • Echo: vruchtzak met/zonder embryonale pool
  • geen hartactie
  • hCG: niet ebepalend kan te laag zijn voor 8 weken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een vuistregel voor wanneer een hartactie aanwezig moet zijn op de echo?

A

vruchtzak met grootste diameter > 22mm moet een embryo >7mm met hartactie aanwezig zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke behandelmogelijkheden heb je bij een miskraam?

A
  • expectatief
  • medicamenteus
  • curettage
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn voor en nadelen voor een expectatieve behandeling bij een miskraam?

A

Voordelen:
- meest natuurlijk
- geen operatieve complicatie

Nadelen:
- kan lang duren, onzeker
- veel pijn/bloedverlies
- kans op incomplete miskraam
- kans op infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn voor en nadelen van een curettage voor behandeling van miskraam?

A

Voordelen:
- gepland ingreep
- minder kans op incomplete miskraam
- minder kans op ernstig bloedverlies

Nadelen:
- invasief
- kans op perforatie
- kans op cervix laceratie/cervix insufficiëntie
- kans op syndroom van Asherman

Het Asherman syndroom is een aandoening waarbij de baarmoederholte een of meer verklevingen heeft. Dat komt door littekenweefsel in de baarmoeder, waarbij de wanden van de baarmoeder aan elkaar vastgeplakt zitten. Hierdoor bouwt het baarmoederslijmvlies zich vaak niet op of minder goed op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn voor en nadelen van de medicamenteuze behandeling bij een miskraam?

A

medicatie: misoprostol

Voordelen:
- niet invasief
- patient heeft het in eigen hand: zelf bepalen wanneer innemen
- lijkt natuurlijk

Nadelen:
- meer kans op incomplete miskraam
- mogelijk meer kans op infectie
- langer durend bloedverlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke bevinden kan je zien op een extra-uterien zwangerschap (EUG)?

A
  • Vaginaal toucher: stugge, gesloten portio
    • adnex: pijnlijk
      • let op: bloeding risico
  • echo: geen vruchtwater in utero
    • adnexal mass bij overium
    • vrij vocht in cavum douglasi
  • hCG serum >2000 UI/L –> moet je wat zien op echo
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat betekend epigenetica?

A

Epigenetica = studie van de omkeerbare erfelijke verandering in eenfunctie die optreden zonder wijzigingen in de DNA sequence

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is belangrijk voor goeie differentiatie van cellen?

A

communicatie tussen cellen

vb: embryogense:
- trofoblast zendt LIF uit
- embryoblast zendt FGF4, WINT, BMB uit

–> via signaaltransductie paden naar kern –> transcriptie factoren aanzetten –> netwerk maken met chromatide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Welke 3 soorten chromatide zijn er?

A
  1. Naive chromatide: bevatten staartjes die naar buiten steken

–> staarten modificeren waardoor inactieve chromatide ontstaat (2)

–> staartjes krijgt negatief geladen groep –> DNA van nucleosoom af –> transcriptie factoren af te lezen –> actief chromatide (3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Naast verandering in chromatide, op welke manier kan DNA nogmeer beïnvloed worden in kader van epigenetica?

A

DNA methylering: CpG plekken kan een Cysteine methylgroep binden

  • meestal is DNA methylering dat het gen wordt uitgezet maar niet altijd zo
  • CpG eilanden: niet gemethyleerd stuk DNA wat vaak betrokken is bij DNA aflezen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Door welke twee invloeden komt het dat tussen verschillende mensen als er gekeken wordt naar hetzelfde celtype er verschillende genen wel/niet aanstaan?

A
  • SNIPs
  • omgevingsfactoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat gebeurt er met de chromatide tijdens de embryonale ontwikkeling ?

A

vanuit native chromatide worden steeds meer chromatide aan en uitgezet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Op welke momenten worden alle chromatide weer naive gemaakt?

A

2 keer reset door alle epigenetische informatie te verwijderen:

  1. tijdens oogenese/spermatogenese
  2. na bevruchting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is genomic imprinting + wat is het effect?

A

Genomic imprinting = ouder- specifiek, mono-allelische expressie van genen

  • alleen het allel van moeder OF vader staat aan

effect: enkel dosis ipv dubbel dosis gen-expressie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Welke type genen zijn meestal ge-imprinted?

A

genen betrokken bij embryonale groei die ook in placenta tot expressie komen:

  • groei effect:
    • paternale genen: stimuleren groei
    • maternale genen: remmen groei
  • transport voedingsstoffen
  • interactief feno-maternpaele oppervlakte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat is het effect van het verlies van genomic imprinting?

A
  • deletie van ge-imprinte gen dat eigenlijk aan zou moeten staan –> verlies genetische informatie
  • uniparerntale disolie: beide genen van vader OF moeder gekregen: 2x uitstaan gen –> verlies genetische informatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Hoe wordt genetic imprinting gereguleerd?
vanuit: imprinting centers (IC): --> bepaalde positie van DNA methylering speelt hierbij een rol
26
Wat is een gevoelige periode voor imprinting?
Tijdens orogenese/spermatogenese --> De- en remethylering van kiemcellen en gameten
27
Waarom kunnen er snel fouten ontstaan bij klonen?
1. tijdens klonen niet goed 2x verwijderen van al het epigenetisch informatie (reset) ---> later in het leven informatie op bepaalde stukken DNA die er niet hoort te zitten --> andere eenexpressie 2. imprinting van genen verdwijnen in de loop van het leven wat voor de volwassen mens niet uitmaakt want die genen zijn niet meer nodig - volwassen mens cellen gebruikt om te klonen --> methylering informatie mist --> geen imprint --> probleem ontwikkeling foetus
28
Over de wereld zijn er verschillende categorieën in wel of niet mogen van abortus, welke zijn dit?
- strikt verboden - voor levensbedreigende situaties van vrouw - bedreiging voor fysieke gezondheid - bedreiging voor mentale gezondheid - verkrachting of incest - foetale afwijkingen - economische of social redenen - op verzoek
29
Wat voor gevolgen heeft het legaliseren van abortus gehad?
- daling abortuscijfers - abortus wordt veiliger - abortusprobleem wordt transparant - goede nazorg - anticonceptie wordt bespreekbaar
30
Hoe is de wetgeving rondom abortus?
staat in wetboek van strafrecht: abortus is strafbaar, tenzij uitgevoerd is in een instelling met een vergunning en uitgevoerd door een arts
31
Hoe zit de wetgeving rondom abortus bij jongeren < 16 jaar?
<16 jaar in beginsel toestemming van (een van de) ouders of voogd abortus doen zonder toestemming van een van de ouders/voogd, worden eerst het FIOM of andere maatschappelijk werk instelling verwezen
32
Hoe zit de wetgeving voor abortus bij jongeren 12, 13, 14 of 15 jaar die wilsbekwaam zijn?
Voor elke ingreep naast de toestemming van de vrouw ook toestemming van ouders/voogd nog 2 uitzonderingen: 1. als de verrichting kennelijk nodig is teneinde ernstig nadeel voor de minderjarige vrouw te voorkomen 2. als de minderjarige vrouw ook na weigering van de ouders/voogd om toestemming te geven, de verrichting weloverwogen blijft wensen
33
Wanneer spreken we van een late zwangerschapsafbreking + wanneer overwogen?
late zwangerschapsafbreking: na 24 weken -bij ernstige foetale afwijkingen beoogd gevolg overlijden van de ongeborenen - zwangere geeft aan de uitdragen niet te kunnen opbrengen en vraagt om afbreking
34
Wat is het doorslaggevende criterium bij strafbaarheid bij late zwagerschapafbreking?
beperkte of geen overlevingsmogelijkheden van het pasgeboren kinderen 'overlijden van het kind halen we naar voren'
35
Wat wordt er altijd gedaan bij late zwangerschapsafbraak?
melding niet-natuurlijke dood bij gemeentelijke lijkschouwer --> melding officier van jusistie (OM), toestemming geven tot begraven of cremeren?
36
Welke twee categorieën zijn er bij late zwangerschapsafbraak en is het strafbaar?
categorie 1: kans op overleving/onherroepelijke dood is duidelijk * strafbaar, maar strafvervolging wordt niet verwacht als aan zorgvuldighiedeisen voldaan is Categorie 2: ernstige functies stoornissen die niet te beperken zijn en het leven uitzichtloos leiden is * wel strafbaar, officier van justitie beoordeelt of aanleiding tot strafvervolging
37
Hoe gaat de procedure van late zwangerschapsafbraak?
- Moet een zekerheid zijn voor de diagnose en prognose - meewegen: mate van linde, verwachten levensduur, verwachte mogelijkheid tot communicatie, ect - ieder verzoek wordt in een team overlegd, bestaan uit: minimaal 2 gym, kinderarts, deelspecials zoals kinderchirurg of klinisch geneticus, eventueel verpleegkundige en maatschappelijk werker, verwijzer kunnen uitgenodigd worden - binnen team moet consensus bestaan over diagnose en prognose - nauwkeurige verslaglegging bij categorie 2: ander centrum ook gekeken, minimaal 1 onafhankelijke arts
38
Waar moet het team allemaal naar kijken als er wordt gekeken naar late zwangerschapsafbraak?
- verzoek tot afbraak gerechtvaardigd is in het licht van de zekerheid van de diagnose en prognose en ernst van de aandoening - ouders voldoende mate zijn voorgelicht over de aarde, ernst en prognose en of informatie is begrepen - verzoek vrijwillig en weloverwogen hebben - kinderarts bereis is bij (eventuele) levensgeboorte een bevestiging van de diagnose het perinatale beleid (laten overlijden) te continueren - medisch hoofd, plaatsvervangend hoofd van afdeling, medische directeur van ziekenhuis geïnformeerd zijn over voorgenomen zwangerschapsafbreking
39
Welke instellingen kunnen abortus vergunning krijgen /+ welke soorten zijn er?
ziekenhuis of abortuskliniek: - abortus 1e trimester - abortus 2e trimester
40
Wat is overtijdsbehandeling?
Overtijdsbehandeling = binnen max 44 dagen na de eerste dag van de laatste menstruatie (16 dagen overtijd) abortus
41
Wanneer spreken we wettelijk gezien van abortus?
6 weken en 2 dagen (44 dgn na laatste menstruatie, 16 dagen overtijd)
42
Hoeveel % van de abortus wordt gedaan voor: - 8 weken - 13 weken
8 weken: 65% 13 weken: 15%
43
Welke mogelijkheden tot abortus zijn er + uitleg?
Medicamenteus: - dag 0: 200-600 mg mifeprostone --> baarmoederhals week maken en openen + receptor gevoeliger maken voor prostaglandine achtige stoffen - dag 1,2,3: 400-800 mcg misoprostol --> contractie uterus Instrumenteel: curettage
44
Wat moet er uitgevraagd worden bij een intake gesprek bij abortus?
Toetsen: vrijwillige, en na zorgvuldig overweging informatie over behandeling, methodes en complicaties alternatieve bespreken: mogelijkheid tot adoptie Beleleiding en nazorg Anticonceptie aangeboden
45
Welke complicaties kunnen optreden bij abortus?
- bloedverlies - letsel uterus - incomplete abortus
46
Wat zijn beschermde factoren na een abortus?
- goede partnerrelatie - steun uit de sociale omgeing - cultureel klimaat waarin abortus mag - hogere sociaal-economische klasse - gevoel van controle over zwangerschapsafbraak
47
Welke aanpassingen van het lichaam treden op tijdens de zwangerschap?
1. hart-minuut volume neemt toe: meer vocht vast houden + vaatwand spanning neemt af 2. stollingsfactoren veranderen
48
Welke soorten hypertensie aandoeningen tijdens de zwangerschap zijn er + subgroepen?
- chronische hypertensie: voor de zwangerschap al of in 1e 20 weken * essentieel * secundair - zwangerschapshypertensie: na 20 weken, verdwijnt na 6 weken * zonder proteïnurie * pre-eclampsie: met proteïnurie - gesuperponeerde pre-eclampsie: een zwangere met chronische hoge bloeddruk die in de tweede helft van de zwangerschap pre-eclampsie ontwikkelt.
49
Wat is de incidentie van: - zwangerschapshypertensie - pre-eclampsie - HELLP syndroom
- zwangerschapshypertensie: 10% - pre-eclampsie: 3% - HELLP syndroom: 0.05%
50
Wat is het beleid bij zwangerschapshypertensie?
- controles bloeddruk: risico op pre-eclampsie en IURG = ± 25% - proteïnurie controles - behandeling bloeddruk - inleiding bij 37-39 weken
51
Wat is pre-eclampsie?
Pre-eclampsie = hypertensie + proteïnurie protein urie bepalen: 300mg/24 uur o EKR>30
52
Welke symptomen kunnen voorkomen bij pre-eclampsie?
- oedeem --> handen, voeten, gelaat - longoedeem - cerebraal: * hoofdpijn * visusstoornissen * tintelinde vingers * hyperdeflexie * tonisch-clonisch insult * bloeding - renaal: * proteïnurie * oligurie * cola urine * nierfunctiestoornissen - lever: HELLP = hemolyse elevated liverenzymes log platelets * epigastische pijn * band gevoel * ruptuur - IUGR: slechte groei foetus
53
Wat zijn ernstige symptomen die voor kunnen komen bij pre-eclampsie?
- RR diastolisch >100 mmHg of systolisch >160 mmHg - proteïnurie >5g/24u - oligurie <500 ml/24u - cerebrale of visuele stoornissen - longoedeem of cyanose - pijn epigastrico of rechter bovenbuik - gestoorde leverfuncties - thrombocytopenie - foetale groeiverstrakking
54
Hoe ontstaat pre-eclampsie?
1. gestoorde trofoblastinvasie in 1e tri (minder diep) --> intervuleuze hypoxie in 2e tri --> oxidatieve stress --> endotheel dysfunctie --> vaatspasme --> pre-eclampsie 2. Cardiovasculair minder reserve
55
Wat is het verschil tussen vroege en late pre-eclampsie?
vroeg = malplacentatie (ziekte van placenta) - bij < 32 weken - vaak ernstiger beloop laat = verminderde cardiovasculaire reserve - bij >32 weken - mogelijk ook bij meerling
56
Hoe gaat de behandeling van pre-eclampsie?
ENIGE ECHTE BEHANDELING IS PARTUS - na 37 weken: bevallen - ernste pre-eclampsie: na 34 weken bevallen - verslechtering = bevallen
57
Wanneer wordt er gekozen voor expectatief beleid bij pre-eclampsie?
Pre-eclampsie net <37 weken of ernstige pre-eclampsie <34 weken als moeder en kind stabiel in klinische omgeving zijn
58
Welke middelen worden gegeven bij de behandeling van pre-eclampsie?
1. anti-hypertensiva: niet te hoog maar ook niet te laag * voldoende placenta perfusie * sys: >120 en <160 * dia: > 80 en <110 * middelen: - methyldope - nifedipine - labetalol - pp enalapril - nicardipne (IV) - labetalol (IV) 2. Magnesiumsulfaat IV * behandeling eclectisch insult + cerebrale protectie * foetus: ook cerebrale protectie 3. Steroïden: longrijping <34 weken * betamathason of dexamethason * longrijping, bescherming foetale hersenen, darmen, infectie
59
Wat zijn de lange termijn gevolgen van pre-eclampsie?
PE is een risicofactor voor cardiovasculaire ziekte - vrouwen > 45 jaar met PE of zwangerschapshypertensie in VG: overwegen screening om 5 jaar op hypertensie en DM
60
Welke structuren bepalen de craniale-caudale as bij een embryo?
Caudaal: primitiefstreek Craniaal: AVE
61
Hoe ontstaat de AVE (anterior visceraal endoderm)?
in hypoblast ontstaan cellen die gaan specialiseren ---> migreren naar caudaal = AVE
62
Welke structuren ontstaan uit het AVE gebied?
- hart - hersenen - deel hoofd
63
Wat betekend anterieure homeostatische transformatie?
Anterieure homeostatisch transformatie = identiteit aannemen van het segment ervoor
64
Wat bekend posterieure homeostatische transformatie?
Posterieure homeostatische transformatie = identiteit aannemen van segment erna
65
Waaruit ontstaan de wervels bij embryogenese?
uit sclerotomen van 2 somietparen waarbij zenuwen naar de dermomyhtomen tussen de wervels komen te liggen
66
Welke genen zijn betrokken bij het ontstaan en specialiseren van de wervelkolom tijdens de embryogenese?
HOX-genen (zoogdieren) HOM-C genen (geen zoogdieren)
67
Wat is een belangrijk kenmerk van de Hox-genen? - aantal - clusters - expressie - waar liggen lage cijfers - waar liggen hoge cijfers
- aantal: 39 - clusters: 4 --> A, B, C, D - expressie: volgorde op het DNA komt overeen met de positie waarin zijn gedurende de ontwikkeling langs de cranio-caudale as worden geactiveerd (co-lineair) * = spatio-temporale expressie - lage cijfers: craniaal - hoge cijfers: caudaal
68
Wat zijn de 3 meest voorkomende SOA's in nederland?
1. chlamydia trachomatis 2. condylomatata acuminatata (genitale wratten) 3. Herpes genitaliën
69
Wat zijn hoog risico groepen voor SOA's?
- MSM: mannen seks met mannen - sekswerkers en klanten - personen afkomstig uit SOA-endemische gebied - personen met veel wisselende seksuele contacten: >3 in afgelopen 6 maanden - personen met partner uit 1 van deze groepen - seksueel actieve jongeren <25 jaar die niet tot deze groepen behoren: * verhoogd risico op: chalmydia * niet op: gonorroe, syfilis, hepatitis B, HIV
70
Chlamydia: - verwekker - incubatietijd - overdracht - diagnostiek - behandeling
- verwekker: chlamydia trachomatis - incubatietijd: 1-3 weken - overdracht: seksueel contact, orogentiaal, moeder-kind - diagnostiek: * man: PCR 1e straal * vrouw: PCR vaginale swap - behandeling: * 1e keuze: azitromycine 1.000 mg po, eenmalig * 2e keuze: doxycycline 100 mg 2dd, 7dg * rectaal: doxycycline 100 mg 2dd, 7dg * zwanger: azitromycine 1.000 mg po, eenmalig of amoxicilline 500 mg po 3dd/7dg * LGV: doxycycline 100 mg 2dd, 7dg
71
Welke klachten kunnen voorkomen bij een chlamydia infectie + hoeveel % asymptotische?
Klachten: - conjunctivitis - mannen: uretritis, proctitis - vrouwen: veranderd fluor, contactbloedingen, buikpijn, dyspareunie, cervicitis, uretritis, proctitis Asymptomatisch: - vrouwen: 70-95% - mannen: 50%
72
Welke complicaties kunnen optreden bij een chlamydia infectie?
Vrouwen: - PID - infertiliteit - tubaur ovarieel abces Mannen: - epididymitis beide: - SARA: sexually acquired reactive arthritis
73
Gonorroe: - verwekker - incubatietijd - overdracht - diagnostiek - behandeling
- verwekker: Neisseria Gonorrhoeae (bacterie) - incubatietijd: 2 dagen - 3 weken (gem 8 dagen) - overdracht: seksueel contact, orogenitaal, moeder-kind - diagnostiek: * man: PCR 1e straalt urine - sneltest: gram kleuring * vrouw: PCR vaginale swab - behandeling: 1e keuze: ceftriaxon 500 mg im, eenmalig alternatief: ciproloxacine 500 mg po eenmalig of amoxicilline 3000 mg po eenmalig
74
Welke klachten kunnen voorkomen bij gonorroe + hoeveel % asymptomatisch?
Klachten: - man: uretritis, dysurie, pissige afscheiding, proctitis, purulente faryngitis - vrouw: toenemende fluor, tussentijds bloedverlies, dysurie, proctitis, purulente faryngitis - anorectaal: irritatie, jeuk, afscheiding Asymptomatisch: - vrouwen: 30-60% - man: 10%
75
Welke complicaties kunnen optreden bij gonorroe infectie>
vrouw: - barbolinitis - PID - tubair ovarieel abces - EUG Man: - epididymitis - prostatitis - chronische infectie: uretra strictuur
76
Condylomatata acuminata (genitale wratten) - verwekkers - incubatie tijd - overdracht - diagnostiek - behandeling
- verwekkers: HPV nr 6 en 11 - incubatie tijd: 1-8 maanden (gem 3 maande) - overdracht: seksueel contact, vingers, handdoeken, moeder-kind diagnostiek: * klinische diagnose * zelden: biopt en HPV typering * behandeling: * imiquimod: 3x per week, om de dag, max 6 weken * podofyllotoxine: 2dd voor 3 achtereen dagen per week, max 16 weken * sinecathechine: 3dd, max 16 weken * ablatieven behandeling * vloeibaar stikstof * trichloorazijnzuur HPV vaccinatie helpt ook tegen genitale wratten
77
Herpes genitalis: - verwekker - incubatietijd - overdracht - diagnostiek - behandeling
- verwekker: herpes simplex virus type 1 (20%) of type 2 (80%) - incubatietijd: 2-12 dagen - overdracht: seksueel contact, orogentiaal, moeder-kind - diagnostiek: PCR op blaasjes - behandeling: * valaciclovir 500 mg 2dd/5-10dg * immuuncompro: dosis + duur verdubbelen * recidiverend (>6x per jaar): onderhoud valaciclovir 500mg po/1dd
78
Welke symptomen kunnen voorkomen bij herpes genitalis?
- erosies, blaasje met helder vocht - prodromaal: soms jeuk en branderigheid - regelmatige re-activatie - soms asymptomatisch
79
Hepatitis B: - verwekkers - incubatietijd - overdracht - diagnostiek
- verwekker: hepatitis B - incubatietijd: 4 weken - 6 maanden (gem 2-3 maanden) - overdracht: seksueel contact, moeder-kind, bloed-bloed - diagnostiek: Anti-HBc, HBsAg
80
Welke symptomen kunnen voorkomen bij hepatitis B infectie?
- moeheid, icterus, malaise - vaak asymptomatishc - 90% spontane genezing, 10% chronisch
81
Syfilis: - verwekker - incubatietijd - overdracht - diagnostiek - behandeling
- verwekker: treponema pallidum (bacterieel, spirocheet) - incubatietijd: * gem 3 weken tot primaire laesie * 6 weken - 12 maanden tot secundair stadium - overdracht: seksueel contact, moeder-kind - diagnostiek: * stadium 1: donkerveldmicroscopie, tropnemale test + non-treponemale test (VDRL) --> bepalen ziekte activiteit - behandeling: * stadium 1: benzathinebenzylpeniciline 2,4 milj IE IM 1x * alternatief: doxycycline 100 mg/2dd/2wk * zwanger/stadium 2 of 3: benzathinebenzylpeniciline 2,4 milj IE IM dag 1,8,15
82
Welke symptomen kunnen voorkomen bij syfilis?
Stadium 1: pijnloos ulcus, lymfeklierzwelling Stadium 2: reseolone, exantheem, haaruitval, wratachtige afwijkingen, algemeen ziekteverschijnselen Stadium 3: gumma, neurosyfilis, vasculaire syfilis
83
HIV: - verwekkers - incubatietijd - overdracht - diagnostiek - behandeling
- verwekkers: humaan immunodeficiny virus - incubatietijd: windows tot 3 maanden na laatste risico contact - overdracht: seksueel contact, bloed-bloed, moeder-kind - diagnostiek: * serologie: HIV-1, HIV-2, P24 antigeen * HIV sneltest + western-blot (confirmatie) - behandeling: combinatie antiretrovirale therapie
84
Scabies (schurft): - verwekkers - incubatietijd - overdracht - behandeling
- verwekker: scabiesmijt - incubatietijd: 2-6 weken * korter bij herinfectie: 1-4 dagen * immunocompri: tot 10 weken - overdracht: langdurig (15 min of langer) of frequent direct huid-huid contact met besmet persoon - behandeling: * permetrine 5%-creme of gel * ivermectin tablet 3mg, dosering basis lichaamsgewicht * benzylbenzoaat, smeercel 35% FNA + hygiëne voorschriften
85
Wat is de besmettelijke periode bij schurft?
moment mijten op huid (1-2 weken na besmetting) tot 12 uur na start 1e behandeling
86
Welke klachten kunnen voorkomen bij scabiës?
- jeuk - blaasjes - rode bultjes - krabefecten - gangetjes op voorkeurslocatie
87
In welke 3 groepen kan je de wisselwerking tussen ziekte en zwangerschap indelen?
1. pre-existente ziekte --> zwangerschap 2. zwangerschap --> pre-existente ziekte 3. zwangerschap --> nieuwe ziekte
88
Wat is de normale fysiologie van de schildklier tijdens de zwangerschap?
Tijdens zwangerschap: - toename van TBG (thyroxine bindend globuline) --> bindt + inactiveert schildklierhormoon - placenta: maken enzymen die schildklierhormoon inactiveren - meer jodium geklaard door nieren - hCG gemaakt --> stimuleert schildklier: * toename vrij T4 (FT4) * verlagen TSH (via hormonale as)
89
Wat is een normale fysiologische waarde van de schildklier tijdens de zwangerschap?
Hyperthyreoidie = normaal hypothyreoïdie = abnormaal
90
Waarom is het belangrijk dat tijdens de zwangerschap de maternale vrije T4 toeneemt?
1e 11 weken is foetus afhankelijk van maternale schildklier --> conceptieve hypothyreoïdie na ± 18 weken: foetus zelf genoeg schildklierhormoon maken
91
Hoe vaak komt hypothyreoïdie voor tijdens de zwangerschap + hoe behandelen (opbouwschema)?
prevalentie: 0,3% behandelen: levothyroxine: 12 weken: 30% meer 20 weken: 50% meer
92
Waar heb je een verhoogd risico op bij hypothyreoide tijdens de zwangerschap?
- miskraam - pre-eclamspie - vroeggeboorte - suboptimale hersenontwikkeling foetus: schildklier reguleert dit: * belangrijke window: 5-18/20 weken
93
Wat is subklinische hypothyreoïdie tijdens de zwangerschap + hoevaak komt het voor?
Subklinisch hypothyreoidie = verhoogd TSH met normale vrij T4 prevalentie: 3,5%
94
Welke verschillende schildklier antistoffen zijn er + kenmerken per antistof
1. thyreoperoxidase antistoffen (TPO): - niet functioneel - marker voor hypothyreoïdie - risicofactor voor post-partus hypothyreoïdie - pathogenomisch voor hashimoto 2. Thyreoglobine antistoffen (Tg): - niet functioneel - aspecifiek - alternatief voor Hashimoto, ook verhoogd bij Graves 3. TSH receptor antistof (TR) - functionele antistof - passeert de placenta - kunnen stimuleren of blokkeren - pathogenomisch voor M. Graves, heel soms bij hypothyreoïdie
95
Waar is het belangrijk om tijdens de zwangerschap toch te kijken naar de TPO antistoffen?
TPO antistoffen positief: verminderd stimulatie van de schildklier --> niet meer vrij T4 maken ondanks hCG stimulatie
96
Zwangerschap hyperthyreoïdie: - prevalentie - risico's - behandeling - follow-up
= hCG hoog waardoor stimulatie schildklier en meer vrij T4 - prevalentie: 0,3-15% - risico's: geen - behandeling: nooit, soms propanolol - follow-up: schildklier controle na 4 weken
97
Ziekte van Graves: - prevalentie - risico's - behandeling - follow-up
- prevalentie: 0,05% - risico's: miskramen, pre-eclampsie, vroeggeboorte, laag geboortegewicht, hartfalen, foetale hyperthyreoïdie - behandeling: ALTIJD, antischildkliermedicatie: PTU of strumadol - follow-up: monitoren moeder en kind * moeder: TSH en FT4, TR antistof * foetus: harslag, groei, grootte schildklier (op echo)
98
Wat zijn risicofactoren voor diabetes gravidarum?
- eerdere diabetes gradvidarum gehad - obesitas - tweeling - PCOS - etniciteit - VG met macrosomie
99
Hoe wordt de diagnose diabetes gravidarum gesteld?
OGTT: orale glucose intolerenatie test = gouden standaard
100
Waar heb je meer risico op bij diabetes gravidarum?
- vaatschade -->: * pre-eclamspie * vroeggeboorte - macrosomie - diabetes na zwangerschap - schouder dystoctie - neonatale hypoglykemie
101
Wat is de behandeling van diabetes gravidarum + streefwaarde glucose?
Streefwaarde: - nuchter <5,3 - 2u na eten: Behandeling: - dieet: minder koolhydraten - Insuline - Metformine - Sulfonylurea
102
Wat zijn kenmerken van de behandeling: - Insuline - Metformine - Sulfonylurea voor diabetes gravidarum?
- Insuline: veilig, risico's op hypo's, meer gewichttoename - Metformine: veilig, passeert placenta, mogelijk nadelige effect metabolisme profiel kind - Sulfonylurea: veilig, passeert placenta, meer macrosomie en neonatale hypoglykemie
103
Wat betekend perinatale sterfte?
Perinatale sterfte = sterfte per 1000 dood- en levendgeborenen vanaf een zwangerschapsduur van 22 weken tot 7 dagen postpartum - foetale sterfte + vroege neonatale sterfte
104
Wat betekend foetale sterfte?
Foetale sterfte = het aantal doodgeboren (ante partus en durante partus) per 1000 totaal geborenen vanaf 24 weken
105
Wat betekend vroege neonatale sterfte?
Vroege neonatale sterfte = sterfte in de 1e week post-partum per 1000 levendgeborenen
106
Waar is perinatale sterfte afhankelijk van?
verschilt per regio of wijk - etniciteit - armoede waarbij rol armoede > etniciteit
107
Wat betekend maternale sterfte?
Maternale sterfte = sterfte door directe of indirecte oorzaken tijdens zwangerschap, bevalling of binnen 43 dagen na partus
108
Wat betekend late maternale sterfte?
late maternale sterfte = sterfte van 43 dagen tot 1 jaar post-partum
109
Hoe kan je maternale sterfte indelen + oorzaken die per groep behoren?
1. Directe sterfte = oorzaak gerelateerd aan zwangerschap: - pre-eclampsie - trombo-embolus - fluxus - sepsis 2. Indirecte sterfte = sterfte aan ziekte die al bestond voor zwangerschap maar door zwangerschap fysiologie erger is geworden - cardiovasculair - neurologisch - diversen 3. toevallige sterfte = oorzaak niet gerelateerd of vergert door zwangerschap - trauma - carcinoom - diversen
110
Wat is over-all de belangrijkste doodsoorzaak voor maternale sterfte + in de groep directe sterfte?
Over-all: cardiovasculair (indirecte oorzaak) directe oorzaak: 1. trombo-eibolus 2. fluxus (bloeding tijdens en na bevalling) 3. 4. sepsis Indirecte oorzaak: 1. cardiovasculair 2. neurologisch
111
Wat zijn risicofactoren voor moedersterfte?
- hogere leeftijd - allochtone herkomst van moeder - keizersnede - obesitas - chronische aandoeningen zoals hart- en vaatziekte of diabetes
112
Wat is de verschuiving die op dit moment optreed bij maternale sterfte
Risicofactoren nemen toe, maar moedersterfte blijft gelijk door: - afname directe oorzaak --> verbetering communicatie en voorlichting - toename indirecte oorzaak --> ziekere populatie vrouwen wordt zwanger
113
Wat ontstaat er uit somieten?
Sclerotoom (skelet), Dermatoom (huid) en myotoom (spieren)
114
Kijk goed naar het plaatje!