week 7 Flashcards
1
Q
noem voorbeelden van beschermende factoren
A
- goede gezondheid
- intelligentie
- makkelijk temperament van het kind
- affectieve band tussen ouders en kinderen
- pedagogische competentie van ouders
- een stabiele partnerrelatie
- sociale steun uit de omgeving
2
Q
wat is draaglast en noem voorbeelden
A
het geheel van taken dat ouders te vervullen hebben
voorbeelden: zorg voor de kinderen, gezinsinkomen, huishouden en sociale contacten onderhouden
3
Q
wat zijn risicofactoren?
A
iets bij het kind (omgeving) wat negatieve gevolgen kan hebben
4
Q
wat zijn beschermende factoren?
A
iets bij het kind (omgeving) wat positieve gevolgen kan hebben
5
Q
wat is veerkracht?
A
het vermogen om je aan te passen aan moeilijke omstandigheden, zoals opgroeien in armoede of verslaving in het gezin
6
Q
wat kunnen de mogelijke gevolgen zijn van opgroeien in een kindertehuis?
A
- agressie
- hyperactiviteit
- teruggetrokken gedrag
- angstig gedrag
- minder vrienden
- allemansvriendjes = Ze stappen zomaar op iemand af of geven erg makkelijk knuffels en kusjes aan mensen die ze niet goed kennen.
- self comforting behavior = gedragingen die vaak repetitief zijn, bijvoorbeeld kinderen die in een bedje zitten en de hele tijd dezelfde bewegingen maken
- onveilige gehechtheid
- chronisch stress
7
Q
voorbeelden risicofactoren
A
- geboortecomplicaties
- een moeilijk temperament
- ouders die zelf een traumatische jeugd hadden
- gebrekkige opvoedingscompetentie van ouders
- conflictueuze gezinsrelaties
- psychopathologie
- middelengebruik
- delinquentie van ouders
- leven onder de armoedegrens
- wonen in een afbraakbuurt
8
Q
noem veerkrachtfactoren
A
- Positieve hechtingsbanden met verzorgers (hechting; familie)
- Positieve relaties met andere zorgzame en bekwame volwassenen (hechting)
- Intellectuele vaardigheden (geïntegreerde cognitieve systemen van een goed functionerende menselijke hersenen)
- Zelfregulatievaardigheden (zelfbeheersingssystemen en gerelateerde uitvoerende functies van de menselijke hersenen)
- Positieve zelfpercepties; zelfeffectiviteit (systeem van beheersingsmotivatie)
- Geloof, hoop en een gevoel van zingeving in het leven (betekenisgevende geloofssystemen)
- Vrienden of romantische partners die ondersteunend en prosociaal zijn (hechting)
- Banden met effectieve scholen en andere prosociale organisaties (sociaal-culturele systemen)
- Gemeenschappen met positieve diensten en ondersteuning voor gezinnen en kinderen (sociaal-cultureel)
- Culturen die positieve normen, rituelen, relaties en ondersteuning bieden (sociaal-cultureel)