Zelfstandige naamwoorden Flashcards by Chantal Companjen

Q

ulcus

A

zweer

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

cyste

A

nieuw gevormde holte

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

pus

A

ontstekingsproduct, etter

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

abces

A

nieuwe holte gevuld met pus

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

empyeem

A

lichaamsholte gevuld met pus

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

psyche

A

de ziel

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

soma

A

lichaam

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

trauma

A

letsel

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

fractuur

A

botbreuk

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

ruptuur

A

scheuring, barst

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

stenose

A

vernauwing

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

symptoom

A

ziekte verschijnsel

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

icterus

A

geelzucht

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

cyanose

A

blauwzucht

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

syndroom

A

complex van verschijnselen

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

anamnese

A

ziekte geschiedenis

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

diagnose

A

herkenning van de ziekte

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

prognose

A

voorspelling ziektebeloop

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

therapie

A

behandeling van ziekte

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

profylaxe

A

voorbehoedend

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

preventie

A

voorkoming van

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

curatief

A

genezend

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

palliatief

A

verzachtende behandeling

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

Q

indicatie

A

aanwijzing

How well did you know this?

1

Not at all

2

3

4

5

Perfectly

tumor

gezwel, zwelling

acecptor

ontvanger

donor

gever (van bloed of organen)

sputum

uitgehoest luchtwegslijm

secretie

afscheiding

excretie

uitscheiding

resoprtie

opnemen van vloeistoffen

cervix

hals

thorax

borstkas

sternum

borstbeen

abdomen

buik

lumbaal

in de lendenstreek

inguiniaal

in de liesstreek

axillair

in de okselstreek

extremiteiten

ledematen

clavicula

sleutelbeen

femur

dijbeen

cruris

onderbeen

manus

hand

pes (podo)

voet

ductus

kanaal (gang)

ligament

gewrichtsband

symphyse

kraakbeen tussen schaambeenderen

sphyincter

sluitspier

erythrocyten

rode bloedcellen

leykocyten

witte bloedcellen

aerteria

slagader

vena

ader

cor

hart

anastomose

chirurgische verbinding

intestinum

darm

viscera

ingewanden

duodenum

12 vingerige darm

hepar

lever

pancreas

alvleesklier

colon

dikke darm

appendix

wormvorming aanhangsel

rectum

endeldarm

peritoneum

buikvlies

indigestie

gestoorde spijsvertering

flatulentie

winderigheid

peristaltiek

samentrekking darmwand

thyroid

schildklier

respiratie

ademhaling

inspiratie

inademing

ventilatie

luchtverversing (in de longen)

continent

beheersing van de uitscheiding

genitalia

geslachtsorganen

ovarium

eierstok

menarche

eerste menstruatie

menopauze

laatste menstruatie

conceptie

bevruchting

graviditeit

zwangerschap

partus

bevalling

abortus

miskraam

placenta

moederkoek

testis

zaadbal

prostaat

voorstanderklier

akoestisch

wat het gehoor betreft

optisch

wat het licht betreft

visueel

wat het zien betreft

cerumen

oorsmeer

septum

tussenschot