11.1-11.3 Voedingsstoffen Flashcards

(36 cards)

1
Q

Wat zijn de hoofdfuncties van vitamine D?

A

Bevordert opname van calcium, ondersteunt botmineralisatie, regelt calciumspiegel in bloed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe wordt vitamine D opgenomen

A

Via zonlicht (huid) en via vetbevattende voeding in de dunne darm.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe wordt vitamine D verteerd en getransporteerd?

A

Wordt als vetoplosbare vitamine opgenomen met vetten en getransporteerd via het vitamine D-bindend eiwit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er met vitamine D in het metabolisme?

A

Omgezet in de lever tot calcidiol, vervolgens in de nieren tot de actieve vorm calcitriol.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat beïnvloedt de absorptie van vitamine D?

A

Zonlicht, vetinname, leeftijd, lever- en nierfunctie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de aanbevolen hoeveelheid vitamine D voor volwassenen?

A

15 µg/dag (19–70 jaar), 20 µg/dag (>70 jaar), sporters tot 100 µg suppletie/dag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn symptomen van vitamine D-tekort?

A

Rachitis bij kinderen, osteomalacie of osteoporose bij volwassenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de belangrijkste functie van foliumzuur in het lichaam?

A

Vorming van DNA, celgroei en aanmaak van rode bloedcellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke atleten lopen risico op tekort aan vitamine D?

A

Binnensporters, wintersporters, atleten met donkere huid of weinig zonlicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar en hoe wordt foliumzuur opgenomen?

A

In de dunne darm, als actieve co-enzymen THF en DHF.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe wordt foliumzuur getransporteerd?

A

Via bloed, gebonden aan eiwitten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat beïnvloedt de absorptie van folaat?

A

Alcoholgebruik, darmaandoeningen en medicatie kunnen de opname verminderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de aanbevolen hoeveelheid foliumzuur voor volwassenen?

A

400 µg/dag; zwangere vrouwen: 400 µg extra per dag via supplementen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn symptomen van een tekort aan foliumzuur?

A

Macrocytaire anemie, neurologische problemen, vermoeidheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke atleten lopen risico op foliumzuurtekort?

A

Vrouwelijke duursporters, vegetariërs, sporters met verhoogde celvernieuwing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de rol van vitamine B12 in het lichaam?

A

Essentieel voor DNA-synthese, neurologische functie en activatie van foliumzuur.

17
Q

Hoe wordt vitamine B12 opgenomen?

A

In het ileum, na binding met intrinsic factor uit de maag.

18
Q

Hoe wordt vitamine B12 getransporteerd en gemetaboliseerd?

A

Gebonden aan transcobalamine en opgeslagen in de lever.

19
Q

Wat beïnvloedt de opname van B12?

A

Maagzuur, intrinsic factor, gezondheid van het maag-darmkanaal.

20
Q

Wat is de aanbevolen hoeveelheid vitamine B12 voor volwassenen?

21
Q

Wat zijn symptomen van vitamine B12-tekort?

A

Pernicieuze anemie, neurologische schade, vermoeidheid.

22
Q

Welke sporters lopen risico op B12-tekort?

A

Veganisten, duursporters, ouderen.

23
Q

Wat is de functie van calcium in het lichaam?

A

Botmineralisatie, spiercontractie, zenuwgeleiding, bloedstolling.

24
Q

Hoe wordt calcium opgenomen en waar?

A

In de dunne darm, actief via vitamine D en passief via concentratiegradiënt.

25
Wat beïnvloedt calciumabsorptie?
Vitamine D, leeftijd, fytine- en oxaalzuur.
26
Wat is de aanbevolen hoeveelheid calcium voor volwassenen?
1000–1300 mg/dag; voor sporters iets hoger (tot 1300 mg).
27
Wat zijn symptomen van calciumtekort?
Osteoporose, spierkrampen, groeiachterstand.
28
Welke atleten lopen risico op calciumtekort?
Vrouwelijke atleten, veganisten, duursporters.
29
Wat is de rol van ijzer in het lichaam?
Onderdeel van hemoglobine en myoglobine; zuurstoftransport; energiemetabolisme.
30
Hoe wordt ijzer opgenomen en waar?
In het duodenum; heemijzer beter opgenomen dan non-heemijzer.
31
Hoe wordt ijzer getransporteerd?
Gebonden aan transferrine in het bloed.
32
Wat beïnvloedt de ijzerabsorptie?
Vitamine C bevordert opname, calcium en fytaten remmen het.
33
Wat is de aanbevolen hoeveelheid ijzer?
Vrouwen (19–50): 18 mg; mannen en vrouwen 50+: 8 mg; sporters tot 30 mg/dag.
34
Wat zijn symptomen van ijzertekort?
Bloedarmoede, vermoeidheid, verminderde prestaties.
35
Welk atleten lopen risico op ijzertekort?
Vrouwen, Vegetarische of veganistische, duursporters
36