HC 6 Acute en chronische ontsteking Flashcards

1
Q

Necrose vs. apoptose

A
  • Necrose is celdood die NIET gewild is en dus een teken is voor ontsteking
  • Vandaar dat hierbij macrofagen op reageren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ontstekingsreactie

A

respons van gevasculariseerd weefsel op beschadiging met als doel het herstellen van homeostase door elimineren van het schadelijke agens en het in gang zetten van reparatie van weefselschade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ontsteking kenmerken

A
  • Calor (warmte): toegenomen doorbloeding van ontstoken weefsel
  • Rubor (roodheid): toegenomen doorbloeding van ontstoken weefsel
  • Tumor (zwelling): verhoogde doorlaatbaarheid van de vaatwand –> uittreden van vocht
  • Dolor (pijn): vrijkomen van ontstekingsmediatoren die inwerken op pijnzenuwen
  • Functieverlies: schade aan het orgaan / beperking van functie door zwelling etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Mediatoren

A

lichaamseigen stof die bij een afweerreactie van het lichaam vrijkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Pro-inflammatoire cytokines (IL-1, TNF en IL-6)

A
  1. Lokale inflammatie
    a. TNF en TL-1 versterken elkaar en samen versterken ze IL-6
  2. Systemisch beschermend: vindt plaats in het brein, lever en beenmerg
    a. Hier wordt ook koorts aangestuurd
    b. Beenmerg wordt aangestuurd meer cellen te maken
  3. Systemisch pathologisch
    a. Hartfunctie loopt terug
    b. Stollingsophoping
    c. Spierzwakte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Uittreden van neutrofielen

A
  1. Neutrofiel rolt over endotheel dmv selectines
  2. Hierdoor activeren de integrines
  3. Cellen kunnen binden aan het endotheel
  4. Neutrofielen kunnen zich uit het weefsel trekken en het bloedvat in
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Granuloom

A
  • een inkapseling van het probleem (bacteriën)
  • schade beperking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Regeneratie

A

het herstel van het oorspronkelijk parenchym dat verloren is gegaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Littekenvorming

A

het originele weefsel wordt niet volledig hersteld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Lipide mediatoren

A
  • Arachidonzuur is een precursor voor ontstekingsmediatoren die kort na de ontstekingsprikkel worden geproduceerd
    1. Fosfolipase in celmembraan
    2. Arachindonzuur
    3. Vervolgenzymen met 4 producten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Mediatorsysteem voor ontstekingsreacties

A
  • Hageman factor (factor XII) raakt na contact met collageen, de basaalmembraan of geactiveerde bloedplaatjes geactiveerd tot factor XIIa. Factor XIIa kan vervolgens elk van de mediatorsystemen activeren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Acute ontsteking verloop

A
  1. Schade of infectie
  2. Vasodilatatie: verwijden van de bloedvaten in de beschadigde weefsels, zodat er meer bloed naartoe stroomt.
  3. Verhoogde permeabiliteit: De bloedvaten worden ook meer doorlaatbaar, zodat witte bloedcellen en andere beschermende stoffen uit het bloed kunnen ontsnappen en naar de beschadigde weefsels kunnen gaan.
  4. Chemotaxis: Witte bloedcellen worden aangetrokken door chemische stoffen die door beschadigde weefsels worden uitgestoten en reizen naar de plaats van de beschadiging.
  5. Fagocytose
  6. Ontstekingsmediatoren: De ontstekingsreactie wordt gereguleerd door verschillende ontstekingsmediatoren, waaronder cytokines
  7. Resolutiefase: de ontsteking wordt afgezwakt en de weefsels beginnen te herstellen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Chronische ontstekingsreactie

A

Voortdurend witte bloecellen en cytokinen sturen –> weefselschade en littekenvorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Ernst van acute ontsteking schade

A
  • resolutie
  • resolutie met littekenweefsel
  • chronische onsteking
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Autoinflammatie

A

activatie van het innate immuunsysteem zonder dat deze geprikkeld wordt door een auto-antilichaam of autoreactieve T cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly