College 1: Normale en verstoorde ontwikkeling Flashcards

1
Q

Wat betekent psychopathologie en waar kijk je naar?

A

Wat is normaal gedrag en wanneer is het afwijkend.
Psychopathologie betekend letterlijk ziekteleer, ontwikkelingspsychopathologie neemt hiervan het ontwikkelingsaspect heel erg in mee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de taak van de orthopedagoog als het gaat om psychopathologie?

A

observeren, vragenstellen en het verklaren wat je hebt gezien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn de basisprincipes van pedagogiek?

A
  1. kind moet worden opgevoed
  2. we gaan er vanuit dat kinderen gevormd kunnen worden
  3. opvoeders moeten kinderen onderwijzen, corrigeren, goede voorbeeld geven en motiveren
  4. opvoeden stopt niet als er sprake is van psychopathologie, levert juist veel extra uitdagingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn de verschillen tussen een stoornis, handicap en beperking?

A

stoornis = lichamelijke afwijking (lichamelijke hersenafwijking)
beperking = dat je door die stoornis iets niet kan
handicap = dat je door die stoornis en beperking je maatschappelijke rol wordt beinvloed waardoor je niet volledig kan meedraaien in de maatschappij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe wordt psychopathologie verklaard vanuit de psycho-analyse

A

fixatie of regressie dat ontstaat door conflicten tussen het id, ego en het superego. (Freud)
Volgens Erikson is het het onvermogen om de problemen van ontwikkelingsstadia het hoofd te bieden
gaan er vanuit dat psychopathologie zich dus ontwikkelt in een interactie tussen de ontwikkeling en omgevingsprocessen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe wordt psychopathologie verklaard vanuit het behaviourisme

A

onaangepast gedrag dat ontstaat door het versterken of ontwikkelen van onaangepast gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe wordt psychopathologie verklaard vanuit het biologische medisch model

A

omschrijft psychopathologie als een mentale ziekte dat ontstaat door een organische dysfunctie (neuropsychologie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe wordt psychopathologie verklaard vanuit het systeem pedagogische theorieen

A

ongepaste familiestructuur (grensvervaging of triangulatie = verbond tussen ouder en kind tegen andere ouder)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hoe wordt psychopathologie verklaard vanuit de hechtingstheorie

A

onvermogen om verder te komen in de ontwikkeling dat ontstaat door affectieve splitting en het internaliseren van slechte relaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe wordt psychopathologie verklaard vanuit de ontwikkelingspsychopathologie

A

integratie van alle hiervoor besproken theorieen. Gaat om de verstoorde verloop van de ontwikkeling en is afhankelijk van risicofactoren en beschermende factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is een risicofactor

A

negatieve invloed die de kans op psychopathologie vergroten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is kwetsbaarheid?

A

een individueel gebonden factor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is een versterkende factor(potentiating)

A

versterken van het effect van een risicofactor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is een protectieve factor

A

verkleinen van de kans op psychopathologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is weerbaarheid(resilience)

A

kinderen die ondanks

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoe ziet de ‘normale’ ontwikkeling er globaal uit?

A

babytijd = reguleren biologische processen
peutertijd = reguleren van affect en zelfbepaling
schoolse leeftijd = zelfregulering, relaties buiten familie
vroege adolescentie = individualisering, identiteit en seksualiteit
adolescentie = onafhankelijkheid van familie en seksuele relaties
late adolescentie = werk, doel en betekenis van het leven, relaties voor het leven

17
Q

Waar bestaat het ontwikkelingsmodel uit?

A
  • biologische context
  • individuele context (hechting, cognitieve ontwikkeling)
  • emotionele ontwikkeling
  • familie context
  • sociale context
  • culturele context
18
Q

wat wordt er bedoeld met (ontwikkelingsmodel): individuele context

A

hechting
cognitieve ontwikkeling volgens Piaget
sensomotorisch (objectpermanentie) = 0-2 jaar
pre-operationeel (symboliekontwikkeling) = 2-7 jaar
concreet operationeel (redeneren) = 7-11 jaar
formele operaties (hypothetisch en deductief denken) 12+
emotionele ontwikkeling (zelf) - self constancy
morele ontwikkeling (kohlberg)
geslacht en seksualiteit

19
Q

wat wordt er bedoeld met assimilatie

A

nieuwe informatie in bestaande cognitieve structuren opnemen

20
Q

wat wordt er bedoeld met accommodatie

A

verandering in de bestaande cognitieve structuren om nieuw leren mogelijk te maken

21
Q

wat wordt er bedoeld met organisatie

A

nieuwe ideeen in coherente systemen organiseren

22
Q

wat wordt er bedoeld met (ontwikkelingsmodel): familie context

A

autoritair = hoog op structuur
toegeeflijk = laag in structuur, hoog in warmte
autoritatief = balans
verwaarlozend = zowel laag in structuur als warmte

ouder kind relatie =
enmeshment (kluwenrelatie) = overmaat aan wederzijdse betrokkenheid
intrusiveness = overcontrolerend
rolverwarring = parentificatie

23
Q

wat wordt er bedoeld met (ontwikkelingsmodel): sociale context

A

vanaf 1e jaar = niet wederkerige vriendschappen
vanaf 4e jaar = samen spelen maar gericht op de activiteit
vanaf 6e jaar = op de persoon gerichte vriendschappen
vanaf 12e jaar = wederkerige, persoonlijk, eerlijke en ook kritische vriendschap

24
Q

wat wordt er bedoeld met (ontwikkelingsmodel): culturele context

A

armoede, sociale klasse, SES, etnische diversiteit, racisme en vooroordelen