Beco Flashcards

1
Q

Globalisering

A

Verdwijnen van nationale grenzen, spreiding van productie over de hele wereld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Grondstoffen

A

Ruwe materialen waar nog goederen van gemaakt moeten worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Maatschappelijke verantwoord ondernemen

A

Vorm van ondernemen met respect voor economische prestaties, de sociale kant en de ecologische randvoorwaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Fossiele energiedragers

A

Niet-duurzame brandstof ontstaan uit resten van plantaardig en dierlijk leven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Industrialisatie

A

Periode waarin productieprocessen veranderden door mechanisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Circulaire economie

A

Kringloopeconomie, waarbij afval wordt geminimaliseerd en hergebruik van grondstoffen gemaximaliseerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Traditionele economie

A

Het take-make-use-waste model. Oftewel:

grondstoffen worden gewonnen- er wordt iets nieuws van gemaakt door de producent- als de gebruiker vind dat het goed niet meer bruikbaar is- wordt het afval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Verbruiksgoederen

A

Niet-duurzame consumptiegoederen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Gebruiksgoederen

A

Duurzame consumptiegoederen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Product-dienstmodel

A

De producent verkoopt geen goederen meer, maar diensten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

startup

A

beginnend bedrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

co-creatie

A

samenwerking tussen meerdere kleine (startende) bedrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

onderhandse investering

A

investering waarbij twee pertijen de afspraken maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

durfkaptiaal

A

een investering in een onderneming zonder trackrecord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

crowdfunding

A

publieksfinanciering, geldbedrag wordt in kleine stukjes bij particulieren uitgeleend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

downcycling

A

de grondstof is van mindere kwaliteit bij hergebruik

17
Q

afschrijven

A

het rekening houden in de boekhouding met de waardeverminderingen van vaste activa in de loop van de tijd.

18
Q

accijns

A

(kost)prijsverhogende belasting om gebruik/verbruik te verminderen

19
Q

internationale concurrentiepositie

A

positie van een onderneming ten opzichte van andere ondernemingen wereldwijd

20
Q

verwijderingsbijdrage

A

bijdrage om de recycling van een apparaat te bekostigen

21
Q

Hernieuwbare grondstoffen

A

onuitputtelijke energiebronnen die telkens opnieuw gebruikt kunnen worden.

22
Q

Recycling

A

(her)winnen van oud materiaal om er nieuwe goederen mee te maken.

23
Q

upcycling

A

de grondstof is van betere kwaliteit bij hergebruik

24
Q

hemline indicator

A

theorie van George Taylor waarbij de roklengte aan de stand van de economie wordt gekoppeld.

25
Q

leasen

A

het huren van productiemiddelen voor een bepaalde tijd, met als groot voordeel dat een bedrijf geen geld hoeft te investeren in zo’n productiemiddel.

26
Q

Buisiness-to-business

A

ondernemingen die aan ondernemingen leveren

27
Q

Europese aanbesteding

A

een opdrachtomschrijving volgens Europese richtlijnen waarop bedrijven kunnen inschrijven met een offerte.

28
Q

remontabele goederen

A

onderdelen van goederen zijn los te halen en vervolgens te hergebruiken

29
Q

Levensduurverlenging

A

het verlengen van een productenlevenscyclus.

30
Q

Productielevenscyclus

A

Theorie gebruikt door Theodore Levitt die de verschillende fases van een product omschrijft

31
Q

Refurbishen

A

Een tweedehands product opknappen, eventueel voorzien van nieuwe of nog goede onderdelen, testen en controleren

32
Q

Refurbishen

A

Een tweedehands product opknappen, eventueel voorzien van nieuwe of nog goede onderdelen, testen en controleren

33
Q

Modulair

A

Gemaakt van vervangbare onderdelen

34
Q

Keurmerk

A

Een certificering door onafhankelijke partij, die geregistreerd staat bij de Raad van Accreditatie.

35
Q

Bedrijfskeurmerk

A

Certificering opgezet door eigen organisatie, die niet gecontroleerd wordt door een onafhankelijke partij.

36
Q

Beeldmerk

A

Herkenningsteken van een organisatie (logo)

37
Q

Vier P’s

A

Marketing mix van product, prijs, promotie en plaats.