nederlands Flashcards

(90 cards)

1
Q

flexibel

A

niet vastliggend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

domineren

A

overheersen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

comfortabel

A

aangenaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

kampen met

A

strijden tegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

particulier

A

van een individuele persoon(niet van de overheid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

branche

A

bedrijfstak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

vitaliteit

A

levenskracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

schaarste

A

wat er nauwelijks is; gebrek (aan)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

gebrekkig

A

niet goed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

cynisch

A

spottend; sarcatisch; hard en gevoelloos

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

gestoeld op

A

gebaseerd op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

poortwachter

A

iemand die beslist of je wel of niet wordt toegelaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

vermaard

A

beroemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

duet

A

samenzang van twee personen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

duiden op

A

wijzen op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

treurnis

A

droefheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

decennia

A

tientallen jaren (meervoud van decennium)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

absurd

A

knotsgek; heel vreemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

niet vastliggend

A

flexibel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

overheersen

A

domineren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

aangenaam

A

comfortabel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

strijden tegen

A

kampen met

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

van een individuele persoon(niet van de overheid)

A

particulier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

bedrijfstak

A

branche

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
levenskracht
vitaliteit
26
wat er nauwelijks is; gebrek (aan)
schaarste
27
niet goed
gebrekkig
28
spottend; sarcatisch; hard en gevoelloos
cynisch
29
gebaseerd op
gestoeld op
30
iemand die beslist of je wel of niet wordt toegelaten
poortwachter
31
beroemd
vermaard
32
samenzang van twee personen
duet
33
wijzen op
duiden op
34
droefheid
treurnis
35
tientallen jaren (meervoud van decennium)
decennia
36
knotsgek; heel vreemd
absurd
37
persiflage
grappige imitatie
38
gemeenplaats
cliché
39
geavanceerd
wat al ver vooruit is
40
voorbehouden aan
uitsluitend voor
41
ornitholoog
vogeldeskundige
42
leek
niet-deskundige
43
academi
wetenschappers
44
harmonieus
goed samenklinken; goed op elkaar afgestemd
45
behagen
een plezier doen
46
grappige imitatie
persiflage
47
cliché
gemeenplaats
48
wat al ver vooruit is
geavanceerd
49
uitsluitend voor
voorbehouden aan
50
vogeldeskundige
ornitholoog
51
niet-deskundige
leek
52
wetenschappers
academi
53
goed samenklinken; goed op elkaar afgestemd
harmonieus
54
een plezier doen
behagen
55
gemeen hebben
overeenstemmen
56
rivaal
concurrent
57
locatie
plek
58
ondoordringbaar
beslist niet toegankelijk
59
detecteren
door onderzoek opsporen
60
analyseren
grondig onderzoeken
61
coöperatie
samenwerking
62
coördinatie
het op elkaar afstemmen
63
typeren
het bijzondere van iets aangeve; karaktersiseren
64
overeenstemmen
gemeen hebben
65
concurrent
rivaal
66
plek
locatie
67
beslist niet toegankelijk
ondoordringbaar
68
door onderzoek opsporen
detecteren
69
grondig onderzoeken
analyseren
70
samenwerking
coöperatie
71
het op elkaar afstemmen
coördinatie
72
het bijzondere van iets aangeve; karaktersiseren
typeren
73
agressie
geweld
74
jegens
tegen(over)
75
offensief
aanval
76
confrontatie
botsing
77
auditief
wat geluid of gehoor betreft
78
constateren
waarnemen
79
biografie
levensbeschrijving
80
megaproject
zeer groot project
81
neoromantiek
kunstrichting waarin de romantiek opnieuw op de voorgrond kwam
82
geweld
agressie
83
tegen(over)
jegens
84
aanval
offensief
85
botsing
confrontatie
86
wat geluid of gehoor betreft
auditief
87
waarnemen
constateren
88
levensbeschrijving
biografie
89
zeer groot project
megaproject
90
kunstrichting waarin de romantiek opnieuw op de voorgrond kwam
neoromantiek