bundel VOC p3-4 Flashcards
(94 cards)
1
Q
de stemming
A
die Stimmung
2
Q
het plezier
A
der SpaSS
3
Q
de geschiedenis
A
die Geschichte
4
Q
de traditie
A
die Tradition
5
Q
het gebouw
A
das Gebäude
6
Q
voor kort
A
vor kurzem
7
Q
klaar
A
fertig
8
Q
afmaken
A
fertigstellen
9
Q
vallen
A
stürzen
10
Q
de val
A
der Sturz
11
Q
uniek
A
einzigartig
12
Q
gelijktijdig
A
gleichzeitig
13
Q
rekening houden met
A
berücksichtigen
14
Q
de inachtneming
A
die Berücksichtigung
15
Q
het landschap
A
die Landschaft
16
Q
zich verheugen
A
sich freuen
17
Q
de hobby
A
das hobby
18
Q
bezighouden
A
beschäftigen
19
Q
piano
A
das Klavier
20
Q
dromen
A
träumen
21
Q
de droom
A
der Traum
22
Q
haten
A
hassen
23
Q
de haat
A
der Hass
24
Q
het verschil
A
der Unterschied
25
verschillend
unterschiedlich
26
zakgeld
das taschengeld
27
inschakelen
einschalten
28
uitschakelen
abschalten
29
onderzoeken
forschen
30
het onderzoek
die forschung
31
gemiddeld
im Durchschnitt
32
de passie
die Leidenschaft
33
naaien
nähen
34
de kleren
die Klamotten
35
de gsm
das Handy
36
de grap
der Witz
37
grappig
witzig
38
het dagelijkse leven
der Alltag
39
onderhouden
pfleggen
40
voldoende
ausreichen
41
veranderen
ändern
42
verandering
die Änderung
43
plannen
planen
44
het plan
der Plan
45
vervelen
langweilen
46
de verveling
die Langeweile
47
toch
dennoch
48
volstaan
genügen
49
genoeg
genügend
50
actief
tätig
51
bezigheid
die Tätigkeit
52
het terrein
das Gelände
53
schilderen
malen
54
de schilder
der maler
55
de schilderkunst
die malerei
56
schilderachtig
malerisch
57
het schilderij
das Gemälde
58
de foto
das Bild
59
verzamelen
sammeln
60
verzamelaar
der sammler
61
optreden (ww)
auftreten
62
het optreden
der Auftritt
63
het sprookje
das Märchen
64
openen
eröffnen
65
de opening
die Eröffnung
66
de tas
die Tasche
67
de kerk
die Kirche
68
warm
warm
69
de warmte
die Wärme
70
het zand
der Sand
71
geschikt zijn voor
sich eignen für
72
geschikt zijn
geeignet sein
73
het doel, de zin
der Zweck
74
erg
schlimm
75
oprapen
aufheben
76
de plank
das Brett
77
ik ben veel met muziek bezig
ich bin viel beschäftigt mit musik
78
ik haat mijn pianolessen
ich hasse meine klavierstunden
79
ik droom van een vakantie in alaska
ich träume von einem urlaub in alaska
80
mijn passie is naaien
meine leidenschaft ist nähen
81
ik beoefen het liefst sport
ich treibe am liebsten sport
82
's avonds kijk ik tv
abends sehe ich fern
83
ik verdien zakgeld
ich verdiene taschengeld
84
ik heb een vakantiebaantje
ich jobbe
85
ik heb vele vrienden
ich habe viele freunde
86
ik surf op het internet
ich surfe durchs internet
87
ik weet het niet
ich weiSS nicht
88
fijn
toll
89
liever niet
lieber nicht
90
misschien
vielleicht
91
dat gaat jammer genoeg niet
das geht leider nicht
92
ik wil er nog eens over nadenken
ich will 's mir noch mal überlegen
93
graag
gern
94
het spijt me
tut mir leid
