Graves' ophthalmopathie Flashcards

(34 cards)

1
Q

Beschrijf de hypofyse-schildkier-as

A

TRH (hypothalamus) –> TSH (hypofyse) –> T4 en T3 productie (SK) –> T4 omzetting naar T3 (perifere weefsels)

Negatieve feedback T3 en T4 naar hypothalamus en hypofyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat gebeurt er met TSH en FT4 bij een primaire hyperthyreoïdie?

A

TSH verlaagd, FT4 verhoogd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat gebeurt er met TSH en FT4 bij een primaire hypothyreoïdie?

A

TSH verhoogd, FT4 verlaagd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn symptomen van een hypothyreoïdie?

A
  • koude intolerantie
  • moeheid en zwakte
  • gewichtstoename
  • verlaging van de hartfrequentie
  • cognitieve achteruitgang
  • depressie
  • geheugenstoornissen
  • droge huid
  • obstipatie
  • peri-orbitaal oedeem
  • myxoedeem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn symptomen van een hyperhyreoïdie?

A
  • warmte intolerantie
  • tremor
  • gewichtsverlies
  • palpitaties, atriumfibrilleren (AF)
  • anxiety
  • struma
  • zweten
  • diarree
  • myxoedeem
  • exophthalmus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Noem 3 oorzaken van hyperthyreoïdie

A
  • ziekte van Graves
  • toxisch multinodulair struma
  • thyreoïditis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke antistoffen zijn aanwezig bij de ziekte van Graves, en wat is het effect hiervan?

A

thyrotropin binding inhibitory immunoglobulins (TBII)

Het effect is een stimulatie van de TSHR, waardoor o.a. een hyperthyreoïdie ontstaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waaruit bestaat diagnostiek van de ziekte van Graves?

A
  • bepaling van TSH autoantistoffen (TBII)
  • schildklierscintigrafie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe kan de ziekte van Graves behandeld worden?

A
  • thyreostatica (strumazol, PTU) - bloack-and-replace
  • radioactief jodium
  • thyreoïdectomie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn bijwerkingen van thyreostatica?

A
  • huiduitslag
  • leverfunctiestoornissen
  • agranulocytose (-> zeer vatbaar voor infecties; indicatie om medicatie te stoppen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het nadeel van een thyreoïdectomie?

A
  • problemen met calciumhuishouding tgv bijschildklierverwijdering/beschadiging
  • rest van je leven afhankelijk van SKH
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bij welk deel van de patiënten met Graves treedt ook opthalmopathie op, en welk deel is hiervan euthyreoot?

A
  • 20-25%
  • 10%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke klachten ervaren patiënten met Graves’ opthalmopathie?

A
  • zand in ogen
  • tranen
  • dubbelzien
  • pijn (bij bewegen)
  • visusverlies (bij platdrukken n. opticus)
  • corneale ulceraties
  • exopthalmus/proptose
  • inflammatie
  • oedeem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke twee klinische tekenen komen wel bij de
ziekte van Graves’, maar niet bij andere vormen van
hyperthyreoïdie voor?

A
  • exophthalmus
  • myxoedeem (vocht in de huid), meestal pretibiaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn risicofactoren voor het ontstaan van Graves ophthalmopathie?

A
  • vrouwelijk geslacht (maar ernstiger bij mannen)
  • roken
  • radioactief jodium (verhoging TSH receptor antistoffen)
  • hoogte TSH-R antistoffen (hoe hoger, hoe erger)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe wordt de ernst van Graves’ orbitopathie beoordeeld?

A

Met CAS: clinical activity score

17
Q

Vanaf welke CAS-score is GO actief?

A

vanaf een score van 3

18
Q

Wat zijn behandelopties bij Graves Ophthalmopathie?

A
  • lubricantia
  • stoppen met roken
  • euthyreoïdie nastreven
  • overweeg selenium (anti-oxidant) bij milde GO
  • overweeg statine (anti-inflammatoir)
19
Q

Wat is een indicatie voor secundaire therapie bij GO?

A

CAS score van 4 of meer

20
Q

Welke secundaire therapieën zijn beschikbaar voor Graves ophthalmopathie?

A
  • ciclosporine
  • cellcept
  • rituximab
  • orbitale RTx
  • tocilizumab (IL-6 inhibitor)
  • teprotumumab
21
Q

Wat is dysthyreote opticus neuropathie (DON)?

A

zeer ernstige graves orbitopathie, met kleurenzien- (begint met rood) en/of visusverlies (visusbedreigende situatie)

22
Q

Wat is het behandelplan bij dysthyreote opticus neuropathie?

A

3 dagen methylprednison
- indien verbetering nogmaals 3 dagen methylprednison gevolgd door schema EUGOGO hoog
- indien geen verbetering: spoed orbitadecompressie

23
Q

Wat zijn complicaties bij een orbitadecompressie?

A
  • bloeding
  • zwelling
  • problemen met sinus
24
Q

Wat is het effect van door immuuncellen uitgescheiden cytokinen op de orbitale fibroblast bij Graves?

A
  • deling/proliferatie van fibroblast
  • hyaluronanproductie door fibroblast (wat veel water opneemt)
  • transformatie van fibroblast naar vetcel (adipogenese)

daarnaast scheidt de fibroblast zelf ontstekingsmediatoren uit, die ook weer nieuwe immuuncellen rekruteren

25
Welke cytokine is geassocieerd met een hogere hyaluronanproductie?
bijv. IL-1 en TGF-beta
26
Welke inflammatoire mediatoren worden onder andere door orbitale fibroblasten geproduceerd door cytokine-activatie?
- IL-6 (endotheelcel, T-cel en B-celactivatie) - IL-8 (chemoattractant neutrofielen CD8+ T-cellen; activatie endotheelcel) - CXCL10 (chemoattractant T-cellen; activatie monocyten en endotheelcellen)
27
Welke typen orbitale fibroblasten kunnen worden onderscheiden, en hoe verschillen deze van elkaar?
Thy1 positief en Thy1 negatief. Thy1 positieve fibroblasten willen myofibroblast worden. Thy1 negatieve fibroblasten willen vetcel worden
28
Wat is een fibrocyt?
voorloper van bindweefselcel
29
In welke weefsels brengen fibroblasten de TSHR tot expressie?
- orbitaal weefsel - pretibiaal weefsel (--> pretibiaal myxoedeem)
30
Wat is het effect van TSHR-antistoffen op orbitale fibroblasten?
- orbitale fibroblasten worden vetcellen - orbitale fibroblasten gaan meer hyaluronan produceren - orbitale fibroblasten gaan prolifereren - orbitale fibroblasten gaan chemokinen produceren die immuuncellen zeer specifiek rekruteren
31
Met welke receptor vormt TSHR een functioneel complex in orbitale fibroblasten?
IGF-1R
32
Bestaan er IGF-1R stimulerende autoantistoffen bij Graves?
Nee, maar IGF-1R heeft wel een fysieke reactie met de TSH-R, en stimulatie van IGF-1R zorgt voor een versterkend effect van de TSH-R
33
Wat is het werkingsmechanisme van teprotumumab?
teprotumumab zorgt voor internalisatie van IGF-1R, en remt zo TSH en IGF-1 werking in fibrocyten
34
Wat is het effect van PDGF op orbitale fibroblasten?
- stimulatie van proliferatie - stimulatie van hyaluronanproductie - stimulatie van cytokineproductie - verhoging TSHR expressie en autoantistofrespons - stimulatie adipogenese van de fibroblast tacatinib remt PDGF-R signaling