H10: Stappenplan, risicotaxatie en beslisboom (HOC 3) Flashcards

(34 cards)

1
Q

Hoe verloopt de diagnostische cyclus in FACE perspectief?

A
  1. Aanmelding
  2. Intake en hypothesen
  3. Strategie/hypothesetoetsing
  4. Besluit
  5. Interventieplanning en uitvoering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat krijg je bij de aanmelding?

A

Een eerste klinische indruk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houden intake en hypothesen in?

A

Intakegesprek, (hetero)anamnese, observatie, evt dossieranalyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt strategie/hypothesetoetsing in?

A

Gericht onderzoek met (gestructureerd) interview, observatie, testonderzoek. Je gaat hierna eventueel je hypothesen bijstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat stel je op in je besluit?

A

Een advies en rapport

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

In welke fasen van de FACE cyclus komen biasen voor?

A

Intake en hypothesevorming
Besluit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarvoor moet je opletten bij de eerste indruk?

A

Deze is vaak blijvend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vul aan: alles wat geen probleem is, is een …

A

kracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een belevingsinventaris?

A

Klachten- en krachtenanalyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een draagvlakinventaris?

A

Probleemverkenning die breder is dan gewoon klachten. Je kijkt naar oorzaken en moderatoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Op welke vlakken kun je onder andere je draagvlakinventaris beschrijven?

A
  • Ontwikkeling(sanamnese)
  • Context
  • Opvoeding
  • Karakter ouders
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een ontwikkelingsanamnese?

A

Hoe was de ontwikkeling? Lasten zijn cumulatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een ontwikkelingsanamnese?

A

Hoe was de ontwikkeling? Lasten zijn cumulatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de hulpvragen en verwachtingen?

A

Specifiek de vraag die aan jou gesteld wordt. Deze is niet altijd expliciet. D

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke hulpverwachtingen zijn er?

A
  • Nu een oplossing
  • proces
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe kan een hulpverwachting zijn en wat moet je dan doen?

A

Adequaat of niet en eventueel aanpassen

17
Q

Wat is catharsis?

A

Na de uiting van emoties een gevoel van opluchting

18
Q

Welke verschuiving zien we bij de handel-, denk- en voeldimensies?

A

Van probleem naar balans

19
Q

Welke stappen zijn er in de intake?

A
  1. Belevingsinventaris
  2. Draagvlakverkenning
  3. Procesverkenning
  4. Diagnostische hypothesen
  5. Onderzoeksplan
20
Q

Hoe verloopt een diagnostiekproces?

A
  1. Aanmelding
  2. Intake
  3. Intakeanalyse, vragen en gericht onderzoek
  4. kindonderzoek / opvoedingsonderzoek / gezinsonderzoek
  5. Besluit, advies en rapportage
21
Q

Welke 2 overdenkingen zijn van belang voor je aan de slag gaat met diagnostiek?

A
  1. De risicotaxatie staat in het hele stappenplan voorop
  2. Er is een spanningsveld tussen hoe je de diagnostiek ideaal uitvoert en hoe die in de praktijk mogelijk is
22
Q

Wat doe je met de het spanningsveld tussen de ideale diagnostiek en de praktisch haalbare diagnostiek?

A

Je doet constant aan kwaliteitscontrole

23
Q

Welke basisvragen zijn er voor de risicotaxatie?

A
  • Hoe zwaar is het draagvlak belast?
  • Welk risico volt hieruit voor de veiligheid van het kind of in het gezin?
24
Q

Welke 4 soorten signalen duiden op de nood om de risicosituatie te screenen?

A
  1. Een aanmelding of hulpvraag die als dringend is geformuleerd
  2. Een geobserveerd manifest risico voor kind en/of ouder bij de aanmelding
  3. Extreme draaglast
  4. Specifieke risicosignalen die blijken uit de intake of screening
25
Waarom is de melding van vermoedens van een risicosituatie zo delicaat?
Foute positieve actie: kan het gezin blijvend schaden Fout gebrek aan actie: bestaande schade blijft voortbestaan
26
Welk instrument kun je gebruiken als je onveiligheid vermoed?
Het vernieuwe afwegingskader met vijfstappenplan
27
Welke 5 stappen vinden we in de Nederlandse meldcode onveilige thuissituatie
Stap 1: Signalen in kaart brengen Stap 2: Overleggen met collega's en eventueel veilig thuis Stap 3: Gesprek met cliënt Stap 4: Wegen van huiselijk geweld of kindermishandeling Stap 5: Beslissen
28
Wat kan je doen in een sneltraject om toch kwaliteit te leveren, naast het bewaken van kwaliteitseisen?
Blinde vlekken benoemen
29
Wanneer is een diagnostisch traject optimaal?
Als het aan de noden van het cliëntsysteem en de situatie beantwoordt
30
Wat is een beslisboom?
Een hulpmiddel om te beslissen of je voor een modeltraject of sneltraject kiest.
31
Risicotaxatie
Evaluatie van de veiligheid van het kind (en/of in de thuissituatie).
32
Modeltraject (diagnostiek)
Volwaardige diagnostiek van het hele draagvlak van het kind, de omgeving inbegrepen.
33
Sneltraject (diagnostiek)
De meest beknopte diagnostiek waarmee je de diagnostische vragen voor het kind en zijn omgeving nog verantwoord kunt beantwoorden.
34
Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling
Nederlandse meldcode met afwegingskader om vermoedens van onveiligheid voor het kind of in de thuissituatie te melden.