H2 Krachtig leren Flashcards
(154 cards)
Wat is leren?
Iets beter, anders of meer kunnen dan voorheen
bereiken doelen en ontwikkelen competenties
Welke 3 geheugens hebben mensen?
- Zintuigelijk geheugen of sensorisch geheugen
- Werkgeheugen (KTG)
- Permanente geheugen (LTG)
Hoe werkt het sensorisch geheugen
en geef voorbeelden in klas?
Info opnemen, ruwe data: wat zie ik, wat hoor ik, wat proef ik, wat voel ik? –> kort vasthouden en vgl met voorkennis, kan ik deze info betekenis geven?
FILTEREN: betekenis geven –> nr KTG
geen betekenis geven –> weg
opdracht volgen, info waarnemen en filteren (onthouden vs vergeten)
Hoe werkt het wergeheugen?
Cognitive load theory/ cognitieve belastingstheorie: KTG kan slechts beperkte # opslaan (7 dingen) voor beperkte tijd (30 sec)
–> indien niet herhalen/organiseren –> verloren
–> indien actief met leerstof bezig –> LTG –> ruimte vrij in KTG
KTG
?
Hoe werkt het permanente geheugen
Opslaan info vanuit KTG die betekenis heeft gekregen door herhalen en oefenen
Belangrijk: omvang & complexiteit info voor iedereen verschillend (voorkennis, organisatie,..)
–> hoe logischer hoe beter terughalen
Welke 2 leertheoriëen zijn er?
Objectivisme
(sociaal) constructivisme
Leg uit: Objectivisme
- Leren heeft externe sturing nodig
- klassieke visie onderwijs
- leerkracht = overdragen kennis, vaardigheden, inzichten
- verwerven leerinhouen via leertraject
- leerling = niet actief
- heel de klas leert htezeflde
- leren = individueel gebeuren
- verantwoordelijkheid leerproces = leerkracht
Leg uit: (sociaal) constructivisme
- Leerling : actief
- leerkracht = begeleider
- Leren = zelfontdekkend, actief, kennis delen, zelfconstruerend
- leerling verantwoordelijk eigen leerproces
Wanneer best objectivsme?
Bv. feitenkennis
Kenmerken van leren
volgens constructivisme
- Leren is actief & constructief
- Leren is cummulatief
- Leren = contextgebonden
- Leren = doelgericht
- Leren = individueel verschillend
- Leren is zeflgestuurd en zelfregulerend
- Leren is coöperatief en interactief
Leg uit: Leren is actief & constructief
constructivisme
- Leerlingen bouwen zelf kennis actief op (werkgeheugen)
- leerling moet persoonlijke betekenis geven aan nieuwe info
- Kennis organiseren en verbinden
Leg uit: Leren is cumulatief
Verder bouwen gebruiken makend van voorkennis, vaardigheden –> verbanden leggen, betekenisgeven
Leg uit: Leren is contextgebonden
Leren = contextgebonden (bv. leerstof, opdrachten, oefeneningen koppelen aan werkelijkheid,… )
+ ook afh van omgeving: klassfeer, leerlingen, leerkracht,…
Leg uit: Leren is doelgericht
Duidelijk doel voor ogen = grotere motivatie
Leerlingen moeten extern aangeboden doelen intentificeren
Leg uit: Leren is individueel verschillend
Iedereen andere voorkennis, voorafgaande vorming, SES, intelligentieniveau, leertempo,…
Leg uit: Leren zelfgerstuurd of zelfregulerend
Vaardigheden zoals; oriënteren op leertaak, stappenplan opstellen, motivatie en concentratie in stand hoduen, tussentijds evalautiemomenten,… = zelfregulerend = betere leereffecten
Zelfstandigheid, autonomie
Leg uit: Leren is coöperatief en interactief
Van elkaar dingen leren, samenwerkend leren, hulp medeleerling of leerkracht, discussiëren, vergelijken oplossingstrat, elkaar uitleggen of demonsteren,..
Leerkracht = coach en begeleider
Wat zijn de voorwaarden van leren?
- Willen & durven leren
- Kunnen leren
Leg uit: willen en durven leren
voorwaarden leren
Willen = motivatie
Durven = vertrouwen hebben in zichzelf, groot bekwamaheidsgevoel
Welke theoriën vallen onder willen & durven leren
voorwaarden leren
Zelfdeterminantietheorie
Attributietheorie
Leg uit: zelfdeterminantietheorie (ZDT)
willen en durven leren (voorwaarden)
Deci & Ryan
theorie over de menselijke motivatie - afhankelijk van de basisbehoeftes van een leerling
Welke soorten motivatie zijn er?
zelfdeterminantietheorie
- Intrinsieke motivatie
- Extrinsieke motivatie
- Gecontroleerde motivatie
- Autonome motivatie
Leg uit: intrinsieke motivatie
ZDT
geef voorbeeld
Gemotiveerd om te leren omdat het hem/haar intresseerd, je wil het echt weten/kunnen, plezier in leeractiviteit = binnen leerling
bv. Sporten omdat je het leuk vindt, je wil de werking van het hart weten omdat je dat intressant vindt
Leg uit: extrinsieke motivatie
ZDT
Geef voorbeeld
Factoren buiten leerling: doel leergedrag vooral bij gevolgen & uitkomst van gedrag
bv. leren onder druk ouders, leren omdat het moet van school en voor diploma, leren omdat je dan mee mag op reis