H8.5: Innervatie blaas en mictiereflex Flashcards

(27 cards)

1
Q

hoe is de blaad bekleed?

A

met m. detrusor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

welke twee functies heeft de blaas?

A
  • vul-/opslagfase
  • ledigings-/mictiefase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hoe werkt de mictiefase?

A

m. detrusor moet contraheren
urethrale sfincterspier moet relaxeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat voor soort spieren zijn de m. detrusor en de urethrale sfincterspier?

A
  • m. detrusor = gladde spier en parasympathisch geïnnerveerd
  • urethrale sfincter = dwarsgestreepte spier en somatisch geïnnerveerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zijn drie belangrijke centra voor de innervatie van de blaas?

A
  • cortex
  • pons
  • sacraal mictie centrum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waar treden de zenuwen uit het staartbeen?

A

S2-S3 vrnmlk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe verdelen de zenuwen zich na het uittreden in de periferie?

A
  • plexus pelvicus
  • nervus pudendus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is de plexus pelvicus?

A
  • parasympathisch geïnnerveerd
  • motorische innervatie van m. detrusor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

waar zit nervus pudendus?

A

lager bij de bekkenbodem dus bv urethrale sfincter;
in principe somatisch, maar het lopen ook parasympathische vezels doorheen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is plexus hypogastricus?

A

van het sympathische zenuwstelsel en verzorgt de afferente signalen van de blaas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe werkt mictie reflex?

A

blaas vult dus de spier rekt op –> spier bevat mechanoreceptoren die deze rek waarnemen –> geven signaal naar boven af via plexus hypogastricus –> signalen komen aan in het ruggenmerg –> stijgt verder op richting de pons (Pontine Mictie Centrum)–> cortex –> terug naar pons –> sacrale mictie centrum –> enerzijds INHIBERENDE innervatie n. pudendus voor sfincter en anderzijds plexus pervicus INNERVEERT voor CONTRACTIE m. detrustor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

waarvoor is cortex bij mictie verantwoordelijk?

A

timing, dus dit kan het ook enigszins uitstellen totdat veilige omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waarvoor is pons/PMC verantwoordelijk bij mictie?

A

coördinatie tusssen blaas en sfincter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

waarvoor is sacrale mictie centum/SMC verantwoordelijk bij mictie?

A

versterking en finetuning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ter hoogte van wat ligt SMC?

A

S2 S3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat gebeurt er bij laesie ter hoogte van corticale mictie centrum?

A

heel vaak heel nodig/plotseling moeten plassen ; urgency incontinentie; detrusor overactiviteit

17
Q

wat gebeurt er bij laesie midden in ruggenmerg?

A

discoördinatie –> functionele obstructie –> overactieve en dikke blaas om drukverschil te overkomen;

overactieve blaas en dyscoördinatie

18
Q

wat zie je op rontgen bij dikke blaas?

A

bobbeltjes van spierbundel en langwerpigere rechthoekige vorm en verwijde proximale urethra

19
Q

wat gebeurt er bij perifere laesie?

A

alle centra uitgeschakeld –> slappe grote blaas

geen motorische input meer; weinig of niet kunnen plassen

20
Q

risicofactoren neurogene blaasfunctie stoornissen

A
  • combi van overactieve blaas en overactieve sfincter
  • combi normale blaas en overactieve sfincter
  • combi overactieve blaas en onderactieve sfincter
21
Q

waarom doe je bij urodynamisch onderzoek zowel druk in blaas als druk in rectum meten?

A

dan weet je of de druk gewoon komt uit abdomen door bv hoesten of mictie contractie van blaas

22
Q

wat voor receptoren h eeft m. detrusor?

A

acetylcholine M3-receptoren

23
Q

wat voor neurotransmittoren hebben ook kleine effecten op de blaas en kan je dus neit met anti cholinerge stoppen?

A

Non-adrenerg Non-cholinerg, zoals endotheline, dopamine, serotonine etc

24
Q

hoe zorgt Ach voor contractie detrusor?

A

atp doet influx door voltage afhankelike calcium kanalen

Ach doet ca door SR (dus alleen deze zijn door anticholinerge medicatie te remmen)

25
welke anticholinergica zijn berschikbaar voor remmen blaas contratie?
- oxybutynine - tolterodine - solifenacine - darifenacine
26
bijwerkingen anticholinergica
- troebel zien - droge mond - obstipatie
27