H6.3: Microscopische anatomie: longen en luchtwegen Flashcards

(47 cards)

1
Q

uit welke twee compartimenten bestaat de longweg?

A
  • gasgeleidingsysteem
  • gaswisselingscompartiment
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

uit welke anatomische onderdelen bestaat het gasgeleidingssysteem?

A
  • neus
  • neusbijholten
  • nasopharynx
  • larynx
  • trachea
  • bronchiën
  • broncheoli
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

uit welke anatomische onderdelen bestaat het gaswisselingssysteem?

A
  • bronchiolus respiratorius
  • ductus alveolaris
  • sacculus alveolaris
  • alveolus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

in welke twee onderdelen kan je het gasgeleidingssysteem opverdelen?

A

bovenste: neus, neusholten, nasopharynx
onderste: larynx, trachea, bronchiën, bronchioli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is de voornaamste functie van de bovenste luchtwegen?

A

verwarmen en bevochtigen van de adem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waar liggen de reukzenuwen in het reuk epitheel?

A

tussen steuncellen in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

waaruit komen cellen in epitheel?

A

basaalcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waardoor wordt slijm gevormd?

A

klieren in lamina propria

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

welke paranasale sinussen zijn er?

A
  • sinus frontalis
  • sinus ethmoidalis
  • sinus maxillaris
  • sinus sphenoidalis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn de functies van deze nasale sinussen?

A
  • gewicht schedel verminderd
  • stem geluid
  • luchtconditionering dus bevochtigen en verwarmen omdat ze heel erg goed doorbloed zijn
  • stootkussen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

als je op histologisch plaatje allerlei rondvormige achtige structuren bij elkaar ziet liggen?

A

neus bijholte dus sinus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat doet de larynx?

A
  • passage staion voor lucht
  • stemvorming (ware stembanden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waardoor worden de vocal chords bekleed?

A

plaveisel epitheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

waardoor wordt de epiglottis bekleed?

A

plaveisel epitheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waardoor wordt de larynx bekleed?

A

respiratoir epitheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waardoor wordt de trachea bekleed?

A

respiratoir epitheel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

wat kan de m. vocalis?

A

de ware stembanden naar elkaar toe trekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

wat zijn eigenschappen van de kraakbeenringen van trachea?

A
  • C-vorming
  • dorsaal geopend
  • opening verbonden door m. trachealis
  • spierweefsel niet helemaal rondom, bij bronchus wel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

hoe is het gasgeleidingssysteem vertakt?

A

asymmetrisch dichotoom (tot 24 orden)

20
Q

hoeveel longkwabben per kant?

A

rechts = 3
links = 2

21
Q

hoeveel longsegmenten per kant?

A

rechts = 10
links = 9

22
Q

wat is mucosa?

A

epitheel en lamina propria

23
Q

wat is submucosa?

A

alles vanaf de gladde spieren

24
Q

hoe herken je bronchioli?

A
  • geen kraakbeen
  • geen klierbuizen
  • bekleed door respiratoir epitheel
25
waaruit bestaat mucosa van respiratoir epitheel?
- kernen boven elkaar, maar de cellen liggen op een rij want ze zijn allemaal verbonden met basale membraan - bevatten trilhaarcellen - slijmbekercellen (grotere wittere) - clubcellen die boven trilhaarcellen uitsteken als paddenstoelen - neuroendocriene cellen (niet goed te zien)
26
waaruit bestaat submucosa met respiratoir epitheel?
- gladde spiercellen - kraakbeen
27
hoe zijn cellen aan basaalmembraan verbonden?
hemidesmosomen
28
waaruit bestaan basaalmembraan?
- lamina lucida - lamina densa
29
wat ligt onder basaalmembraan?
reticulaire lamina (krijg je na je geboorte en is verdikt bij COPD of astma)
30
hoe zijn de epitheelcellen onderling verbonden?
- tight junctions - adhesive belts - desmosomen - gap junctions
31
waaruit bestaan trilhaarcellen?
- cilia - microvilli
32
hoe zien cilia eruit als je ze doorsnijdt?
- 9 doubletten van microtubili in buitenring rondom centrale doublet - bevattenb dinine armen belangrijk voor verbinding met elkaar
33
wat is een pathologie bij trilhaarcellen?
immotile cilia syndrome = kartagener syndroom
34
wat zijn basale cellen?
- liggen helemaal onderaan epitheel. - het zijn stamcellen voor andere delende cellen zoals clubcellen en type 2 pneumocyten - maken contact met basaalmembraan door hemi-desmosomen
35
wat is de functie van muceuze/slijmbekercellen?
mucine (glycoproteïnen) produceren, MAAR meeste mucus wordt door bronchiale klieren gemaakt
36
wat is bronchiaal klierweefsel?
sereuze (eiwitrijk) en muceuse cellen (mucus)
37
wat zijn clubcellen?
- in kleinere bronchioli - moduleren ontstekingsreacties - breken schadelijke stoffen af - stamcellen voor trilhaar en muceuse cellen - produceren surfactant
38
waar is de overgang van gasgeleiding naar -wisseling?
terminale bronchiolus
39
wat is een acinus?
primaire pulmonale lobulus = alles wat ontspringt uit 1 respiratoire bronchiolus
40
wat is een secundaire pulmonale lobulus?
alles wat ontspringt uit een terminale bronchiolus = groter dan acinus en bevat hier meerdere van
41
hoe worden alveoli met elkaar verbonden?
poriën van Kohn
42
waaruit bestaat alveoli oppervlak?
95% type 1 pneumocyten want deze zijn groot 5% type 2 pneumocyten (in hoekjes vooral) want deze zijn kjlein
43
wat ligt er onder alveoli oppervlak?
endotheel en interstitium, maar beide maar heel weinig en dun
44
wat zit er ook IN alveoli?
macrofagen
45
wat doet surfactant?
oppervlakte spanning verlagen
46
waaruit bestaat het respiratoire membraan tussen alveoli en ander weefsel?
- alveolair epitheel - gefuseerd membraan van alveoli en capillair endotheel - capillair endotheel
47