HC 22 Screening en risicostratificatie Flashcards

1
Q

Bevolkingsonderzoek

A
  • Een bevolkingsonderzoek of screening is een medisch onderzoek bij mensen die geen gezondheidsklachten hebben
  • Het onderzoek is gericht op het vinden van ziekte, een erfelijke aanleg voor ziekte, of risicofactoren die de kans op ziekte vergroten
  • Het meest bekend zijn waarschijnlijk de bevolkingsonderzoeken die de overheid aanbiedt.
  • Bevolkingsonderzoeken naar borstkanker en baarmoederhalskanker of de hielprikscreening.
  • Ook de controles van 0-4-jarigen op de consultatiebureaus vallen onder de definitie.
  • Bij al deze onderzoeken geldt dat de overheid mensen uitnodigtom mee te doen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Criteria wilson en junger

A
  • Kanker screening moet leiden tot een vermindering van gemetastaseerde ziekten en/of ziekte specifieke sterfte:
  • Belangrijke gezondheidsprobleem
  • Aanvaarde behandelingsmethode
  • Voldoende voorzieningen
  • Aanwezigheid van vroeg symptomatisch stadium van de ziekte
  • Betrouwbare opsporingsmethode
  • Opsporingsmethode moet aanvaadbaar zijn
  • Natuurlijk verloop van ziekte
  • Wie moet behandeld worden
  • Kosten van opsporing moet acceptabele verhouding zijn
  • Continue proces
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Pre-klinische fase

A
  • biologische onset van ziekte tot symptomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Klinische fase

A
  • Symptomen –> therapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Voordelen van screening

A
  • Screening vermindert het risico op gemetastaseerde ziekte
  • M+ (metastase) at time of diagnosis
  • M+ including follow-up data
  • Screening vermindert kans op prostaat kanker sterfte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Nadelen van screening

A
  • Angst en stress voor de screening
  • Vals positieven
  • Complicaties na de screening
  • Overdiagnose
  • Overbehandeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Length bias

A
  • Screening met een bepaald interval detecteer proportioneel meer langzaam groeiende tumoren met waarschijnlijkheid betere overleving
  • Agressieve kanker (korter) worden gemist door de screening
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Een goede screeningtest

A
  • Hoe hoger de sensitiviteit is, hoe beter de test zieke mensen opspoort
  • Hoe hoger de specificiteit is, hoe beter de test gezonde mensen als gezond aanwijst.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly