hoofdstuk 13: bootstrapping Flashcards

(19 cards)

1
Q

Wat is de eerste stap in de bootstrapping-methode?

A

Start met een steekproef van N waarnemingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat wordt er herhaaldelijk getrokken in de bootstrapping-methode?

A

Nieuwe steekproeven van grootte N

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het doel van bootstrapping?

A

Creëer een bootstrap-verdeling van het kengetal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn voorbeelden van kengetallen die berekend worden in de bootstrapping-methode?

A
  • Gemiddelde
  • Variantie
  • Scheefheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe worden betrouwbaarheidsintervallen bepaald in bootstrapping?

A

Gebruik de bootstrap-verdeling, bijvoorbeeld het 2,5ste en 97,5ste percentiel voor een 95% betrouwbaarheidsinterval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer wordt een hypothese niet verworpen?

A

Als de veronderstelde waarde binnen het betrouwbaarheidsinterval valt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de Golden Rule of Bootstraps?

A

De verhouding van bootstrapstatistieken tot de steekproefstatistiek is analoog aan die van steekproefstatistiek tot de populatieparameter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de toepassingen van bootstrapping in univariate analyses?

A
  • Gemiddelde
  • Mediaan
  • Variantie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de toepassingen van bootstrapping in bivariate analyses?

A

Bijvoorbeeld schatten van correlatiecoëfficiënten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een toevalsexperiment?

A

Een handeling waarvan de uitkomst niet vooraf bekend is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het universum (Ω) in kansrekening?

A

Verzameling van alle mogelijke uitkomsten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een gebeurtenis in kansrekening?

A

Een deelverzameling van het universum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de definitie van kans volgens Laplace?

A

Kans = (Aantal gunstige uitkomsten) / (Totaal aantal uitkomsten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de axioma’s van Kolmogorow?

A
  • Kans is altijd ≥ 0
  • De kans op het volledige universum is 1
  • Kans op de unie van disjuncte gebeurtenissen is de som van hun individuele kansen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat beschrijft het verjaardagsprobleem?

A

Kansberekeningen over gedeelde verjaardagen binnen een groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de formule voor voorwaardelijke kans?

A

P(A | B) = P(A ∩ B) / P(B)

17
Q

Wat is Bayes’ regel?

A

Berekenen van omgekeerde kansen, bijvoorbeeld kans dat iemand ziek is, gegeven een positieve test

18
Q

Wat betekent het dat gebeurtenissen A en B onafhankelijk zijn?

A

P(A ∩ B) = P(A) × P(B)

19
Q

Wat is de wet van totale kans?

A

Gebruikt als een gebeurtenis A verdeeld is over meerdere scenario’s B₁, B₂, …