Les 4: leesontwikkelings theorieën Flashcards
(21 cards)
standaardmodel : primair proces
vroege visuele processen -> orthografische representatie -> lexicale representatie
=directe route
standaardmodel: secundair proces
vroege visuele processen -> orthografische representatie -> fonologische representatie
=indirecte route
welke route uitzonderingswoorden?
directe toegang : lexicale representatie
bv. cake
+ gekende woorden
woordsuperioriteitseffect
woorden worden sneller verwerkt dan betekenisloze woorden
letter-in-woord-effect
betere herkenning van letter in woord dan geïsoleerde letter
pseudowoordsuperioriteitseffect
sneller lezen van pseudowoorden dan onzinwoorden
interactieve-activatiemodel IAM
1)beginnen bottom-up
2)fonologisch decoderen
3)top-down (welk woord herkennen we?)
-> verklaart pseudowoorden beter lezen dan nonsenswoorden
-> verklaart fouten lezen
niveaus lezen IAM
1)subelementen -> bottom-up
2)letter -> bottom-up
3)woord vormen -> bottom-up + top-down
fonologische mediatie
lezen woord gebeurt via interne verklanking -> daarna betekenis
fonologische coderen / woordherkenning
orthografie en fonologie samen covariëren
-> orthografie en semantiek NIET covariëren bv.bank
2 grote scholen gebaseerd op standaard leesmodel
stage-based theorieën :
-fasetheorie van FRITH
-leesstadia van EHRI
item-based theorieën :
-self-teaching hypothese
stage-based theorieën
kennis opgedaan in verschillende fasen en zo opgebouwd
item-based theorieën
leermechanisme : helpt om woord te leren
overgang pre-alfabetische naar partieel-alfabetische
letterkennis + schrijven van letters sterke voorspellers leesvaardigheid
overgang partieel-alfabetisch naar volledig alfabetische fase
-alle letter-klankrelaties zijn gekend
-decodeervaardigheden ontwikkelt
-nauwkeurigheid neemt toe
2 leesmethoden
-phonics -> voorkeur
-whole language
phonics
-verband letters & klanken aanleren
-kleine elementen aanleren
whole language
-geheel als geheel aanleren
-belang context en afbeeldingen
aanleren teken-klank koppelingen
-didactiek
-multisensorische of cross-modale integratie : articulatie
=betrekken van verschillende zintuigen helpt nieuwe woorden leren
orthografische kennis
= kennis over geschreven vorm van woord
self-teaching hypothese
orthografische kennis aanwezig -> zelfstandig opbouwen