moeilijke w 2 Flashcards
(42 cards)
1
Q
ernstig erg
A
schlimm
2
Q
de brochure folder
A
der prospekt e
3
Q
onbeleefd
A
frech
4
Q
bezighouden
A
beschäftigen
5
Q
de getuige
A
der zeug
6
Q
stromen
A
flieben
7
Q
juist, daarnet
A
neulich
8
Q
geleidelijk
A
allmählich
9
Q
het doel
A
das ziel
10
Q
de gedachte
A
der gedanke
11
Q
de misdaad
A
das verbrecken²
12
Q
proberen, trachten
A
versuchen
13
Q
hoewel
A
obwohl
14
Q
de trede, het pel, het niveau
A
die stufe n
15
Q
verzorgen
A
kümmern
16
Q
besluiten
A
entschlieben
17
Q
opdat, daarmee
A
damit
18
Q
lukken slagen
A
gelingen
19
Q
te binnen schieten
A
einfallen
20
Q
opzoeken
A
nachschlagen
21
Q
jammer vervelend
A
ärgerlich
22
Q
de klant
A
der kunde
23
Q
het uitzicht
A
die aussicht
24
Q
aanstellen, afstellen
A
einstellen
25
weiswaar
zwar
26
stevig, vast
fest
27
het geval, de zaak
die sache
28
gek
verrückt
29
aantrekken
anziehen
30
vrolijk, grappig
lustig
31
de gebeurtenis
das ereignis se
32
verkondigen
erkundigen
33
verkondigen
erkundigen
34
tijdens, terwijl
während
35
trots
stolz
36
schrikken
erschrecken
37
ginder, daar
drüben
38
uiteindelijk
schlieblich
39
de opleiding
die ausbildung en
40
het kasteel
das schloss ¨er
41
ervaren
erleben
42
trekken
ziehen
