Organische stoffen Flashcards

examen juni (60 cards)

1
Q

Wat is de eigenschap van organische verbindingen?

A

Organische verbindingen of koolstof verbindingen bevatten altijd het element koolstof. Een C-atoom kan 4 bindingen aangaan wat leidt tot een enorme variatie aan organische verbindingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Wat zijn koolwaterstoffen?

A

Organische verbindingen met uitsluitend koolstof- en waterstofatomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn monofunctionele koolstofverbindingen?

A

Koolstofverbindingen met 1 functionele of karakteriserende groep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een stofklasse?

A

Stoffen waarvan de moleculen dezelfde functionele groep bevatten. Ze bezitten vergelijkbare chemische eigenschappen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn Polyfunctionele koolstofverbindingen?

A

Koolstofverbindingen die meerdere, al dan niet dezelfde, functionele groepen bevatten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een brutoformule?

A

Een voorstelling waarmee je enkel de elementen en hun aantallen weergeeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de (verkorte)structuurformule?

A

De (verkorte)structuurformule of lewisstructuur is een tweedimensionale weergave van de verbinding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de zaagtand- of skeletnotatie?

A

Bij de zaagtand- of skeletnotatie geef je enkel de atoombindengen tussen twee C-atomen weer en de atomen van de functionele groep. bovendien worden de bindingshoeken tussen de atoombindingen gerespecteerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de driedimensionale skeletstructuur?

A

Een driedimensionale voorstelling van de molecule.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is het verschil tussen een bolstaaf en een bolaschil model?

A

Het zijn beide driedimensionale voorstellingen van de molecule, maar bij een bolstaaf model worden de atoombindingen weergegeven en bij en bolschilmodel niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het nut van modelvoorstellingen?

A

Modelvoorstellingen spelen een cruciale rol bij het verklaren van eigenschappen, structuren en reactiemechanismen. Het is een vereenvoudigde voorstelling van de werkelijkheid, zowel fysiek als via de computer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is hybridistatie?

A

Hybridisatie is het combineren van orbitalen tot identieke mengorbitalen of hybride orbitalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is sp³-hybridisatie?

A

het ontstaan van vier hybride orbitalen door de combinatie van 1 s-orbitaal en 3 p-orbitalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de ruimtelijke schikking van sp³-orbitalen?

A

Tetraëder met hoeken van 109,5°.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is sp²-hybridisatie?

A

Het ontstaan van 3 hybride orbitalen door de combinatie van 1 s-orbitaal en 2 p-orbitalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de ruimtelijke schikking van sp²-orbitalen?

A

Vlak trigonaal met hoeken van 120°.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is sp-hybridisatie?

A

Het ontstaan van 2 hybride-orbitalen dor de combinatie van 1 s-orbitaal en 1 p-orbitaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de ruimtelijke schikking van sp-orbitalen?

A

Lineair met een hoek van 180°.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat zijn verzadigde koolwaterstoffen?

A

Koolwaterstoffen waarbij elk koolstofatoom en bindingspartner heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is de brutoformule van alkanen?

A

CnH(2n+2) met n>0

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn normaal alkanen?

A

n-alkanen zijn onvertakte alkanen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is een alkylgroep?

A

Atoomgroepen met 1 H-atoom minder dan de corresponderende n-alkaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is de brutoformuke van een cycloalkaan?

A

CnH(2n) met n>=3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat zijn onverzadigde koolwaterstoffen?

A

Koolstofverbindingen met minstens 1 meervoudige binding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Wat zijn alkenen en wat is de algemene formule?
Koolwaterstoffen met een dubbele binding. CnH(2n) met n>1
25
Wat zijn alkynen en wat is de algemene formule?
Koolwaterstoffen met een drievoudige binding. CnH(2n-2) met n>1
26
Wat is de algemene formule van cycloalkenen?
CnH(2n-2) met n>=3
27
Wat zijn aromatische verbindingen?
Verbindigen die een benzeenring bevatten.
28
Wat is een halogeenalkaan?
Koolstofverbindigen die bestaan uit C-, H- en halogeenatomen. functionele groep: -I, -Cl, -F en -Br algemene formule: R-X R = alkylgroep en X = halogeen
29
Wat is een alcohol?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 1 O-atoom. functionele groep: hydroxylgroep algemene formule: R-OH
30
Wat zijn ethers?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 1 O-atoom. functionele groep: O-atoom tussen 2 C-atomen algemene formule: R1-O-R2
31
Wat zijn aldehyden?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 1 O-atoom. functionele groep: carbonylgroep algemene formule R-CHO
32
Wat zijn ketonen?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 1 O-atoom. functionele groep: carbonylgroep tussen twee C-atomen algemene formule: R1-CO-R2
33
Wat zijn carbonzuren?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 2 O-atomen. functionele groep: carboxylgroep algemene formule: R-COOH
34
Wat zijn esters?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 2 O-atomen. functionele groep: estergroep algemene formule: R1-COO-R2
35
Wat zijn aminen?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 1 N-atoom. functionele groep: aminegroep algemene formule: R-NH2
36
Wat zijn amiden?
Koolstofverbindingen die bestaan uit C-, H-atomen, en 1 O-atoom en 1 N-atoom functionele groep: amidegroep algemene formule: R-CONH2
37
Methanol
brandalchohol
38
ethanol
drankalcohol
39
propaan-1-ol
propaan-n-ol of n-propylalcohol
40
propaan-2-ol
isopropanol of isppropylalcohol
41
ethoxyethaan
diëthylether of ether
42
methanal
formaldehyde
43
ethanal
aceetaldehyde
44
propanal
aceton
45
methaanzuur
mierenzuur
46
ethaanzuur
azijnzuur
47
propaanzuur
propionzuur
48
butaanzuur
boterzuur
49
trichloormethaan
chloroform
50
tetrachloormethaan
tetra
51
Wat zijn biomoleculen?
Polyfunctionele koolstofverbindingen die van nature voorkomen in organismen en die het organisme vaak zelf kan aanmaken.
52
hoe zit het met smelt- en kooktemperatuur van koolwaterstoffen?
Sterke dipoolkrachten en waterstof brugkrachten (in functionele groep) verhogen smelt- en kooktemperatuur. Stijgende molecuulmassa verhoogt smelt- en kooktemperatuur. voor verbindingen met dezelfde brutoformule heeft de formule met de minste vertakkingen de hoogste smelt- en kooktemperatuur.
53
Hoe zit het met oplosbaarheid in water van koolwaterstoffen?
koolwaterstoffen zijn apolair dus onoplosbaar. Functionele groepen kunnen zorgen voor oplosbaarheid in water. stijgende molecuulmassa in een zelfde stofklasse verlaagt de oplosbaarheid in water. Korte verbindingen met N- en O-atomen kunnen oplossen in water door waterstofbrugkrachten. De plaats van de functionele groep speelt ook een rol
54
Hoe zit het met geleidbaarheid van koolwaterstoffen?
Organische stoffen geleiden geen elektrische stroom als zuiver stof. Enkel carbonzuren, amine en amiden zijn elektrolyten, maar door beperkte ionisatie zijn het zwakke elektrolyten.
55
Wat is Isomerie?
Isomerie is het voorkomen van moleculen met dezelfde brutoformule, maar die van elkaar verschillen door de wijze waarop de atomen onderling verbonden of ruimtelijk geschikt zijn.
56
Wat is structuurisomerie?
Isomerie waarbij atomen in een verschillende volgorde gebonden zijn.
57
Wat zijn de verschillende vormen van structuurisomerie?
ketenisomerie: de vertakking is verschillend plaatsisomerie; de functionele groep of meervoudige binding staat op een ander plaats functie isomerie: de functionele groep is verschillend
58
Wat is stereo-isomerie?
Isomerie waarbij de atomen ruimtelijk verschillend zijn geschikt.
59
Welke vormen van stereo-isomerie zijn er?
Cis-transisisomerie (E-Z-notatie): kan optreden bij moleculen met een dubbele binding tussen 2 C-atomen. De aanwezige pi-binding laat geen vrije rotatie toe waardoor er 2 verschillende groepen of substituenten gebonden zijn. Bij de Z-configuratie staan de substituenten aan dezelfde kant van de dubbele binding en bij de E-configuratie staan ze tegenovergesteld van elkaar. Optische isomerie treedt op bij moleculen met een chiraal koolstofatoom. Door de aanwezigheid van het chiraal koolstof krijg je 2 verschillende structuren die elkaars spiegelbeeld zijn.