Parallele denkpistes Flashcards

(36 cards)

1
Q

5 dingen die jij & jouw patienten moeten weten over lage rugpijn

A
  1. pijn beperkt zich niet tot oorzaken in de wervelzuil
  2. veel therapiën hebben geen aangetone meerwaarde in de aanpak van LRP
    - chiropraxie, osteopatie, acupunctuur
    - korset, steunzolen, …
    - verbetering is anekdotisch & op korte termijn & enkel bij sommige ≠aangewezen
  3. MBV helpt niet altijd in diagnostiek van LRP
    - veel mensen met aspecifieke rugpijn
    - bevindingen correleren vaak niet goed met klachten & kunnen zelf tot angst leiden
  4. operaties zijn slecht in specifieke situaties geïndiceerd
    - vb: dicusbulging/hernia met beenpijn heeft na 1J follow up niet minder pijn of meer functie tov. controle
  5. kinesitherapie is vaak een goede optie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

kine goede optie

A
  1. algemeen
    - zowel acuut als chronische lage rugpijn
    - passieve & actieve benadering = stimuleren & vertrouwen geven
  2. gebruik
    - toevoeging van actieve benadering bij passieve benadering = exponentiele stijging van effect
    - zoals bij alles goede indicatie stelling
    - samenspraak met patient is noodzakelijk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

epidemiologie van lage rugpijn

A
  1. prevalentie
    - life-time prevalentie = 8/10
    - prevalentie = 13%
    - prevalentie stijgt = 17% tussen 2005 en 2015
  2. DALY
    - jaren met disability
    - grooste impact van MSK
    - 9e van alle aandoeningen
  3. man-vrouw
    - geen verschil
    - op hoge leeftijd meer vrouwen = osteoporose
    - meer mannen met radiculaire klachten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

vragenlijst belgie

A
  1. prevalentie
    - 42% laatste 6maand
    - 24% op dag van bevraging
    - 50% NRS 5+/10
  2. gevolg
    - gemiddeld 9 dagen afwezigheid
    - 1/5 verstoring familiaal leven
    - vooral huisarts & meestal alleen analgetica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

epidemiologie vlaanderen

A
  1. algemeen
    - bias door selectie sociale media
    - 92% last laatste jaar
    - gemiddels NRS 5/10
    - 10% werkonbekwaam gewaast
    - 30% last recurrente pijn
  2. therapie
    - 46% consulteerde zorgverlener waarvan:
    - 65% huisarts
    - 60% kine
    - 40% specialist
    - 35% osteopaat
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

socio-economische impact

A
  1. kosten
    - 10.000 euro per jaar
    - 3.300 euro aan directe kosten = consultaties & medicatie
    - 6.600 euro aan indirecte kosten = werkverlet
  2. werk
    - 3-5 dagen gemiddeld werkonbekwaam
    - 2 biljoen euro door werkonbekwaamheid MSK
    –> LRP, nekpijn & osteoartrose
    - 0,3% van BBP bruto nationaal product
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

risicofactoren algemeen

A
  1. puzzel
    - stukken die niet modicficeerbaar zijn
    - andere stukken die modificeerbaar zijn
    - stukken kunnen van dag tot dag veranderen
  2. risicofactoren acute sciatica
    - piek tussen 45-64 jaar
    - hoge ichaamslengte
    - mentale stress
    - hoge belasting van de rug = frequent heffen en tillen
    - vele uren aan het stuur & vibratie van het hele lichaam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

risicofactoren

A
  1. niet-modificeerbaar
    - piek tussen 40-69 jaar = werkende populatie
    - vrouw
  2. levensstijl
    - obesitas
    - roken
    - verminderde slaapcondities
  3. beweging
    - weinig fysieke activiteit
    - slechte conditie rugspieren
  4. werk
    - lange statische houdingen & monotoon werk
    - zwaar arbeid & veelvuldig heffen
    - lage werktevredenheid
    - laag inkomen & geschooldheid = hogere kans werkverlies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

prognose lage rugpijn

A
  1. werkhervat
    - 50% na 7dagen
    - 80% na 1 maand
  2. pijnvrij
    - meestal goedaardig = gunstige prognose
    - na 6w = 90% pijnvrij
    - na 3m = beperkte mate van verdere verbetering
  3. nieuwe episode
    - 10% chronische LRP
    - binnen 1j = 50% minstens 1x recidief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

prognose sciatica

A
  1. algemeen
    - 60-70% binnen 10-12w
    - 3-6m volledig herstel
  2. prognose in functie van beenpijn
    - intense pijn of enige parese = 10% op 6w
    - meer pijn = langere/minder volledige revalidatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

mechanische rugpijn

A
  1. belasting = druk + rotatie
  2. karakter
    - heel vaak mechanische last
    - met inflammatoire opstoten
  3. uitsluiten van risico’s
    - infectie
    - tumoraal
    - neurogeen
    - extrinsiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

postoperatief rug

A
  1. arbeidongeschikt = 15% definitief
  2. veranderingen
    - 6m afwezig = 50% zelfde werk
    - 1j = 30%
    - 2j = 10%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

misvattingen

A
  1. therapie
    - mentaliteitswijziging
    - actief proberen ontkrachtigen
    - anders suboptimale resultaten
  2. misvattingen
    - 60% = discus letsel heeft onvermijdelijk operatie nodig
    - 40% = medische beeldvorming absoluut noodzakelijk
    - 35% = bedrust is beste therapie
  3. over zorgverlener
    - volledige diagnose krijgen
    - genezen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

doel van kinesitherapie

A
  1. vermijden van chroniciteit
    - informeren = ookal geen indicatie voor kinesitherapie
    –> oorzaak vanuit stress of indeukingsfractuur
    - activeren & bevoderen zelfmanagemnt
    - in staat stellen om voor zichzelf te zorgen = responsabilisering
    - gespecialiseerde zorg met inspraak van patient
  2. interdisciplinair werken
    - inschatten van indicaties & contra-indicaties als kine
    - weten waar eigen expertise stopt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

algemeen kinesitherapeutisch onderzoek

A
  1. anamnese
    - tot primaire hypothese komen
    - verschillende denkpistes invullen
    - selectie van testen uit anamnese
    –> meer testen = meer kans op vals-positief
  2. uitvoering
    - kans om verhaal te doen
    - vrijblijvend leiden
    - geen ondervraging
  3. hulpvraag
    - vaak in de vorm van pijn
    - proberen hervormen naar activiteit & participatie
    - meer concreet & zinvoller
    - waarom wil ja van de pijn af?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

rode vlaggen

A
  1. definitie
    - signs = als therapeut opmerken tijdens onderzoek
    - symptoms = verhaal van patient
    - geven aanleiding tot onderliggende serieuze pathologie
    - gevolg = doorverwijzing
  2. specifieke lumbale rode vlaggen
    –> specfieke aandacht in lumbale regio
    - MRC onder 4 = mogelijk zenuwproblematiek
    - dropvoet
    - spinale percussie pijn = spinale fractuur
    - gevoelloosheid in zadelregio
    - recente sfincter problemen
17
Q

algemene rode vlaggen

A
  1. consitutioneel
    - voor 20j of na 55j
    - huiduitslag
    - risico op OP
  2. ziekte = symptomen van ziekte zijn gelijktijdig met rugpijn ontstaan
    - malaise & koorts
    - recente infectie
    - immuun supressie medicatie
  3. middelen
    - IV drug abuse
    - HIV medicatie
    - lange gebruik van corticosteroiden = ook blauwe vlekken op huid
  4. pijn
    - nachtelijke pijn = vaak bij inflammatoire respons
    - niet-mechamische pijn = conintu pijn ook in lig
    - progressieve pijn
    - fysiek trauma
18
Q

rode vlaggen ivm kanker

A
  1. voorgeschiedenis van kanker
  2. gewichtsverlies
    - wijst op verhoogd metabolisme
    - kan ook immuunsysteem of systeem aandoeningen zijn
    - ongewenst
    - over periode van 2-4w meer dan 5% verliezen
  3. thoracale pijn
    - longkanker of borstkanker
    - is vaak eerste symptoom
    - kan ook enige symptoom zijn
19
Q

keuze van rode vlaggen

A
  1. maligniteit
    - totaal bestaan er 14 rode vlaggen
    - 9 die in 1 richtlijn staan
    - 2 voornamelijke die in bijna alle richtlijnen voorkomen:
    - voorgescheidenis van kanker
    - onverklaard gewichtsverlies
  2. spinale pathologie
    - 163 rode vlaggen
    - 119 symptomen
    - 44 signs
  3. onderzoek 25 meest frequente rode vlaggen
    - 80% heeft minstens 1
    - 1% heeft effectieve serieuze pathologie
20
Q

interpretatie van rode vlaggen

A
  1. probleem
    - heel moeilijk om bepalen welke nu effectief noodzakelijk zijn
    - verder onderzoek naar verband nodig
    - aanwezige rode vlag leidt tot % toename in kans
  2. oplossing
    - cluster van rode vlaggen = 5
    - hele verhaal in rekening nemen en is dit verklaarbaar
    - weegschaal = zorgwekkende & geruststellende bevindingen
    - logische verklaring
  3. is er een andere logische MSS verklaring voor een rode vlag
    - heel vaak nachtelijke pijn
    - heel weinig onverklaarbaar gewichtsverlies = sterkere rode vlag
21
Q

handelen met rode vlaggen

A
  1. ingrijpen
    - vanuit anamnese rode vlaggen = CI van onderdelen onderzoek
    - soms pas rode vlaggen tijdens onderzoek
  2. goede communicatie
    - patient op hoogte brengen
    - reden voor verontrusting & doorsturen
  3. doorsturen
    - direct referral = meteen doorsturen
    –> vb: cauda-equina syndroom
    - indirect referal vb: reumatisch
  4. nocebo
    - door verontrustig therapeut
    - meer negatieve gezondheidseffecten door doorsturing
22
Q

traffic light

A
  1. green light
    - geen bezorgstellende bevindingen
    - behandelen zoals normaal
    - progressie zoals normaal
    - einde van revalidatie
    - toch continu monitoring van symptomen
  2. yellow light
    - enkele bezorgstellende bevindingen
    - zorgvuldig monitoring & therapie beginnen
    - progressie zoals normaal & verdwijnen van red flags = green light
    - geen progressie of nieuwe bezorgstellende bevindingen = red light
  3. red light
    - meerdere bezorgstellende bevindingen
    - mogelijk CI van verder onderzoek
    - doorverwijzing noodzakelijk
    - urgentie & contra-indicaties zijn afhankelijk van pathologie
23
Q

specificiteit van lage rugpijn

A
  1. specifieke lage rugpijn
    - 10%
    - pathoanatomie = pijn door bepaalde structuur of uitstraling
    - zekerheid over pathologie
  2. zekerheid specifieke lage rugpijn
    - bevindingen op medische beeldvormingen zijn aanwezig
    - EN verklaren pijn patroon
  3. aspecifieke lage rugpijn
    - 90%
    - geen zekerheid over pathologie
    - nog steeds bepaalde aandoeningen kunnen uitsluiten vb: radiculopathie
24
Q

moeilijkheden specificiteit lage rugpijn

A
  1. beeldvorming
    - slechte correlatie lage rugpijn & medische beeldvorming
    - veel bevindingen bij assymptomatische patiënten
    - percentages zijn gelijkaardig bij mensen met & zonder rugpijn
  2. verklaring
    - geen pathologische processen
    - normale verouderingsprocessen
  3. gevolg
    - diagnose = in eerste plaats klinisch
    - aanvulling van onderzoeken voor bevestiging
25
bevindingen in assymptomatische populatie
1. discus degeneratie - 2/3 bij 40j - 80% op 50j 2. andere - discus bulging = 1/2 bij 40j - facetdegeneratie/artrose = 1/3 bij 50j
26
voorbeelden specifieke & aspecifieke
1. specifieke - radiculopathie = discushernia of stenose - axiale spa - spolylolisthesis = afschuiving - spondylolyse = breuk - tumoren - infecties 1. aspecifiek - intern discus letsel of discus protrusie - lig letsel - spierscheur - facetgewricht - ...
27
gevolgen specificiteit
1. therapie - relatieve contra-indicaties - indicaties 2. toepassing op radiculopathie - CI = oppassen met manuele technieken - indicaties = infiltratie overwegen 3. prognose - soms trager dan niet specifiek - soms geen genezing vb: SPA
28
uni/billaterale innervatie
1. bilateraal geïnnerveerde structuren --> plexus posterior - lig. long posterius - anterior dura matera - buistenste 1/3 annulus fibrosis van posterior IVD intervertebrale discus --> buiten dorsolaterale hoek 2. unilateraal geïnnerveerde structuren = indien enkel unilaterale pijn --> dorsal ramus - facet gewricht - lig & spieren - dorsolaterae hoek van IVD = anulus fibrosus - durale mouw = sleeve - SIG
29
flexie gerelateerde pijn
1. oorzaken - lig & spieren - IVD - durale mouw - compressie zenuwwortel 2. andere mogelijk maar minder waarschijnlijk - facetkapsel = rek bij acute pijn --> meer typisch voor extensie - SIG = meestal niet boven L5 pijn 3. compressie zenuwwortel - sensorische en motorische klachten - pijn onder de knie = enige structuur die onder knie kan - tintelingen in onderbeen - bevestigen met beeldvorming
30
pijnmechanisme
1. nociceptief - daadwerkelijke of dreigende schate - activatie nociceptoren - mechanisch - ischemisch - inflammatoir 2. neuropatisch - pijn door letsel of ziekte - somatosensorisch zenuwstelsel - loss in neurofunction = radiculair of perifere zenuw 3. nociplatisch - weinig zin om in te gaan op piste structuur - niet kijken naar oorzakelijke pijnbron
31
tijdslijn
1. algemeen - acuut = 6w - subacuut = 6-12w - chronisch = 12+w - flare-up = opvlakkering van chronisch verhaal - recurrent = opvlakkeringen met pijnvrije periodes 2. verschil in therapie chronisch & recurrent - chronisch = symptoom controle & secundaire preventie - recurrent = causaal naar herval kijken
32
persoonlijke & omgevings factoren
1. focus - vaak te lang kijken naar structuur - ten koste persoonlijk & omgevingsfactoren - geen deel van onze expertise maar hangt wel vast - patiënt behoud recht van niet te antwoorden 2. anderen - pyschosociaal - werkgerelateerd - levensstijl - comorbiditeiten
33
vlaggen ivm pyschosociale factoren
1. gele vlaggen - belemmerende facotren - ontwikkelen of instand houden - risicofactor voor chroniciteit - meer gedragsmatige therapie - spelen al rol na 3 weken 2. roze vlaggen = bevorderend 2. ABCDEFG = voor geen & roos - attitude & overtuigingen vb: pijn is invdaliderend - beroep vb: zwaarhandwerk, stress, dissatisfactie - compensaties vb: faninanciele vergoeding - **diagnose** vb: tegenstrijdigheid - emoties vb: vergeren door werk - familie vb: overprotectie - gedrag vb: langdurige rust
34
andere vlaggen
1. oranje - pyschiatrische factoren - geen diagnose moeten stellen - wel rekening mee houden 1. werkgerelateerd = vlaggen ivm werk pas gepast indien er werkverzuim is 1. blauw - modificeerbaar - perceptie relatie & gezondheid 2. zwarte - niet-modificeerbaar - wetgeving die werhervatting beperkt - zware profressionele activiteit = weinig mogelijkheden taken aan passen
35
weefselmechanisme
1. feses van weefselherstel - inflammatie fase - proliferatie fase - maturatie fase 1. andere - wat is irriteerbaarheid - wat is belastbaarheid - klinische presentatie ≈ verwacht stadium van herstel
36
gemakkelijke evolutie naar chroniciteit
1. acute lumbago - passeert gemakkelijk - spontaan herstel 2. chroniciteit - hier eerste consultatie - frustratei door aspecifieke karakter - geen duidelijke oorzaak/advies/therapie 3. medical shopping - opzoeken meerdere artsen & therapeuten - alternatieve therapiën