Persoonlijkheidsbeoordeling Flashcards

(36 cards)

1
Q

Validiteit

A

Hoe goed de meting de persoonlijkheids eigenschap vastlegt.
Construct, face, predictive, convergente en discriminante validiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Betrouwbaarheid

A

Hoe precies de meting is in het meten van de persoonlijkheids eigenschap.
Test-retest betrouwbaarheid, interne consistentie en inter-rater betrouwbaarheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Construct validiteit

A

Past het bij de theorie? Dus meet je wat je wil meten?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Face validiteit

A

Lijkt het erop dat het de eigenschap meet aan de deelnemers?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Predictive validiteit (voorspellende)

A

Voorspelt het gedrag of levensuitkomsten?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Convergente validiteit

A

Correleert het met andere factoren van de eigenschap?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Discriminante validiteit

A

Correleert het NIET met factoren van andere eigenschappen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Test-retest betrouwbaarheid

A

Krijg ik dezelfde score als ik het meetinstrument opnieuw gebruik na X weken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Interne consistentie

A

Correleren items van dezelfde eigenschap met elkaar?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Inter-rater betrouwbaarheid

A

Eindigen verschillende mensen die hetzelfde meten op dezelfde conclusie? Bijvoorbeeld 2 verschillende interviewers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Relevante criteria buiten betrouwbaarheid en validiteit.

A

Generaliseerbaarheid/eerlijkheid, schalen/normen/standaardisatie, fakeability, efficiëntie en useability.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Generaliseerbaarheid/ eerlijkheid

A

Kan het meetinstrument worden toegepast op verschillende geslachten, leeftijden, talen, culturen en opleidingsniveau? Discrimineert het specifieke groepen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Schalen/normen/standaardisatie

A

Heeft de test goed te vergelijken steekproeven en gestandaardiseerde scores om proefpersonen te vergelijken?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Nepbaarheid (fakeability)

A

Is de test veilig tegen de mogelijkheid om betere scores te “faken” ?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Efficiëntie

A

Is de test goedkoop en snel af te nemen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bruikbaarheid (useability)

A

Is de fysieke/cognitieve/mentale last op deelnemers laag?

17
Q

Manieren om persoonlijkheid te meten

A

Zelf-rapport, observer-rapport, projectieve test en behavioral measures.

18
Q

Zelf-rapport

A

Sommige informatie weten we alleen zelf, meest gebruikt, makkelijk en goedkoop en lengte varieert van 10 tot 240 items.

19
Q

Z-scores

A

Methode om scores vast te leggen: hoe ver van het gemiddelde af, hierbij is 0 het gemiddelde.

20
Q

T-scores

A

Methode om scores vast te leggen: Z-scores anders opschrijven, het gemiddelde is 50, heel hoog is 80 en heel laag 20.

21
Q

Nadelen Zelf-rapport

A

Hoge cognities nodig (niet voor kleine kinderen)
Gebrek aan introspectie/zelf reflectie en motivatie Makkelijk te faken
Sociaal wenselijk antwoorden

22
Q

Reactiestijlen zelf-rapport

A

Acquiescence, extreem antwoord stijl en midden antwoord stijl.

23
Q

Acquiescence

A

In het algemeen agree of strongly agree invullen. Oplossing: items met omgekeerde code gebruiken.

24
Q

Situatie oordeel test (situational judgment test)

A

Voordelen: moeilijk te faken, kan helpen met introspectie
Nadelen: Kost meer tijd, complex om te score en moeilijk voor alle Big Five

25
Oplossing tegen Faking
Situational Judgment test en Forced choice
26
Forced choice
Paren van even wenselijke uitspraken die verschillende eigenschappen vertegenwoordigen. Nadeel: Je kan mensen niet vergelijken (Ik ben meer sociaal dan Eva).
27
Experience sampling
Korte vragenlijsten gedurende dag voor meerdere dagen/weken. Nadelen: deelnemers stoppen, zelfde als zelf-rapport.
28
Meten zelf en observer - rapport hetzelfde?
Niet geheel, correlatie van 0.5. Beste is combinatie van de twee, ze hebben beide biases en voor- en nadelen.
29
Impliciete associatie test (IAT)
Een reactietijd test, wordt gebruikt in de sociale psychologie om "ongewenste" attitudes te meten (bijvoorbeeld racisme). Wanneer tegengestelde woorden worden gekoppeld (goed en zwart) dan is de reactie langzamer dan wanneer congruente woorden zijn gekoppeld (wit en goed).
30
Persoonlijkheids IAT
Dit is hetzelfde als de normale IAT, alleen worden er nu personen met persoonlijkheden gekoppeld. Dus als je extravert bent en de woorden ik en introvert worden gekoppeld dan is de reactie langzamer dan wanneer ik en extravert in het beeld komen. Het bewijs is zwak dat het werkt.
31
Projectieve tests
Rohrschach en Thematic Apperception Test (TAT). Lage validiteit, lage retest betrouwbaarheid, kost veel tijd en moeilijk om scores aan te geven.
32
Rohrschach test
Inktvlektest wordt gebruikt voor het identificeren van persoonlijkheidsstoornissen. Zwak bewijs dat het helpt voor persoonlijkheid.
33
Thematic Apperception Test
Plaatjes interpreteren, motieven identificeren. Ook zwak bewijs en alleen voor neuroticisme en openness.
34
Behavioral measures
Persoonlijkheid beoordelen in het daadwerkelijke gedrag. Dit is vaak gedaan als labexperimenten --> bijv. kijken hoe mensen groepsopdrachten doen. Nadeel: niet natuurlijk en narrow gedrag. Nieuwe mogelijkheden: tracking via iphone, social media en uitgave gegevens.
35
Electronically Activated Recorder (EAR)
Dit is een audio opneem apparaat (of app), deze neemt 30-50 s elke 12 minuten audio op. Hierbij kijkt die ook waar je bent via GPS. Dit geeft informatie over wat je doet, met wie je bent en wat voor soort plek je bent. BASSICALLY STALKING!
36
Iphone gebruik
Dit kan ook persoonlijkheid meten bijv. conscientiousness: gebruikt nieuwe apps, batterij > 60%, slaapt op dezelfde tijd, kijkt vaak naar weerapp. Extraversie: Belt vaak (ook snachts), luistert naar dansmuziek, batterij niet vol, gebruikt veel sociale apps en emoties. Ook andere taal gebruikt bij het appen bij verschillende persoonlijkheden.