verhoorstijlen en hun impact Flashcards

(25 cards)

1
Q

2 soorten verhoorstijlen

A
  1. beschuldigende verhoorstijl
  2. informatie verzamelende verhoorstijl
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Beschuldigende verhoorstijl

A

uitgangspunt: persoon die verhoord wordt heeft het misdrijf gepleegd
doel: bekentenis bemachtigen
focus: detecteren van leugens en angst
gevolg: weerstand, verdachte zal harder dichtklappen en minder zeggen
minimalisatie, maximalisatie, ongeloof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

minimalisatie

A

drempel om te bekennen verlagen door empathisch om te gaan met de feiten, ‘ ik had hetzelfde gedaan’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

maximalisatie

A

ernst en gevolgen benadrukken om schuldgevoel aan te praten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ongeloof

A

je denkt dat die ligt in de hoop dat die gefrustreerd wordt en bekend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

informatie verzamelende verhoorstijl

A

basis: investigative interviewing
doel: valide en accurate info bekomen
focus: verdachten, getuigen, slachtoffers
gevolg: minder druk op degene die verhoord wordt, geneigd om makkelijker info te geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Mendelez principles

A

doel dat nagestreefd wordt
Verschillende hoofddoelen
6 principes:
1. wetenschappelijk onderzoek
2. praktijk toegepast
3. goede opleiding
4. verantwoordelijk voor gedrag
5. maatregelen nodig
6. veel mensen zijn kwetsbaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kwetsbaarheid: individuele risicofactoren

A
  1. minderjarigheid
  2. etniciteit en geslacht
  3. mentale stoornissen
  4. persoonlijkheidstrekken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

minderjarigheid

A

niet in staat om beslissingen te nemen voor zichzelf
geen mature cognitie
sterk op KT gericht
maar ook ouderen!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

etniciteit en geslacht

A

weinig bevindingen
zwarte> witte verdachten
collectivistische> individualistische cultuur
vrouwen > mannen qua internaliseren van bekentenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

mentale stoornissen

A

intellectuele beperkinge, ASS,ADHD, middelenafhankelijkheid..
gevolg: moeite om rechten te begrijpen/gebruiken
probleem: soms hebben mensen de diagnose nog niet ontvangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

persoonlijkheidstrekken

A

suggestibiliteit
meegaandheid
genegdheid om in te stemmen
fantasierijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

suggestibiliteit

A

mate waarin je meegaat in een bepaalde suggestie
-> je hebt dit niet door

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

meegaandheid

A

sociaal wenselijk antwoord willen geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

geneigdheid om in te stemmen

A

ja (maar eigenlijk neen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

fantasierijkheid

A

hoe hoger, hoe risicovoller
vooral bij hypothetische vragen
gevolg: zelf beginnen geloven

17
Q

situationele risicofactoren

A

isolatie
slaapdeprivatie
stress
duur+frequentie verhoren
verhoor stijl

18
Q

onschuldig als risicofactor

A

schuldpresumptie en tunnelvisie
just world hypothesis and illusion of transparency
onschuldigen praten meer = willen geen advocaat
vicieuze cirkels

19
Q

valse bekentenis

A

gedetailleerde bekentenis van een misdrijf geven die de persoon niet heeft gepleegd

20
Q

frequentie valse bekentenis

A

?
Innocence Project: 29% van terecht gezette veroordelingen
Eurrex: 31%

21
Q

3 types valse bekentenis

A
  1. vrijwillige
  2. afgedwongen
  3. afgedwongen ingebeelde/geïnternaliseerde
22
Q

Vrijwillige bekentenis

A

geen druk of dwang
doel: echte dader helpen/beschermen
nood aan aandacht of herkenning

23
Q

afgedwongen bekentenis

A

onder druk gezet door een externe factor
KT voordeel bekomen
-> bv. verhoor onmiddelijk stoppen als je bekent

24
Q

afgedwongen ingebeelde/geïnternaliseerde valse bekentenis

A

externe druk
persoon zelf begint te gevolen dat die het misdrijf gepleegd heeft
wantrouwen in eigen geheugen
uitzondering

25
risicofactoren vast stellen?
niet eenvouding want - problematieken maskeren - tijdsdruk/gebrek - beperkte opleiding - labels vermijden; kan tot onver/onderschatting leiden - niet steeds adequate reactie op kwetsbaarheid