Week 14 Flashcards

(26 cards)

1
Q

LARISA?

A
  • Locatie
  • Activiteiten
  • Reiziger
  • Incubatietijd
  • Syndromen
  • Aanvullend onderzoek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de eerste stap bij koorts na een reis naar de tropen?

A

Malaria uitsluiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de verwekker van malaria tropica (de meest voorkomende vorm van malaria?)

A

Plasmodium falciparum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe werkt infectie met malaria?

A
  1. Gebeten door mug
  2. Mug spuit sporozoiten in en die gaan via bloed naar lever (moet binnen 30 minuten anders al door cellen opgeruimd)
  3. Dringt hepatocyten binnen, hier rusten of groeien, bij groeien ontstaan hepatische schizont waar heel veel sporozoiten in zitten
  4. Sporozoiten komen vrij uit schizont en dringen rode bloedcel binnen
  5. Gaan delen in RBC en weer vrijkomen
  6. Weer nieuwe RBC infecteren etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is er kenmerkend aan P. vivax, P. ovale en P. malariae?

A

Geven derde en vierdedaagse koorts. Piekende koorts om de 48 uur/72 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe werkt de pathofysiologie van malaria?

A
  • Weefselhypoxie, shock
  • Orgaandysfunctie
  • Immuun(de)activatie
  • Anemie
  • Trombopenie
  • Diffuus intravasale stolling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe presenteert malaria zich in de kliniek?

A
  • Koorts (met dat dagenpatroon)
  • Hoofdpijn, spierpijn, malaise
  • Veranderd bewustzijn (tot psychose/coma)
  • Buikpijn, misselijk, braken, diarree
  • Icterus, hepatosplenomegalie (al in eerste dagen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de klinische verschijnselen van malaria naarmate de ziekte verder vordert?

A
  • Shock
  • Cerebrale malaria
  • Nierinsufficiëntie
  • Ernstige anemie
  • Acidose
  • Hypoglycemie/leverfalen
  • Cardiale dysfunctie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Waarom verloopt P. falciparum ernstiger dan andere malariasoorten?

A
  1. Falciparum infecteert alle soorten erythrocyten, niet alleen jonge of oude erythrocyten
  2. Er vindt sequestratie van geïnfecteerde erythtrocyten plaats bij falciparum
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de gouden standaard voor het aantonen van malaria?

A

Dikke druppel en uitstrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de behandeling van P. falciparum?

A

Atovaquon/proguanil of artemether/lumefantrine. Wanneer ernstig: artesunaat iv en daarna volledige orale kuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de behandeling van p. malariae/knowlesi

A

Chloroquine. Wanneer ernstig artesunaat iv gevolgd door chloroquine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de behandeling van P. vivax/ovale?

A

Chloroquine. Wanneer ernstig artesunaat iv gevolgd door orale behandeling. Gevolgd door primaquine behalve bij G6PD-deficiëntie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wanneer is er sprake van een ernstig zieke malariapatiënt (dus die andere medicijnen gebruiken)

A

Braken, orgaanfalen, schizonten, parasitemie meer dan 5%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de verschijnselen van dengue?

A
  • 87 procent heeft geen klachten
  • Koorts
  • Hoofdpijn
  • spierpijn gewrichtspijn
  • Huiduitslag
  • Misselijkheid
  • Diarree
  • Buikpijn
  • Braken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke mensen hebben een hogere kans op ernstige dengue?

A
  • Pre existente dengue antistoffen
  • Hoge viremie
  • DENV-1/3
17
Q

Wat is de behandeling van dengue?

A
  • Ondersteunend
  • Tegenwoordig vaccins, moet beschermen tegen alle serotypen
18
Q

Wat is het verschil tussen hepA en HepB en C?

A
  • HepA is een importziekte en gaat via faeco orale route, acuut
  • HepB en C besmetting gaat via bloed of semen, kan chronisch drager worden
19
Q

Hoe is hepatitis A op te sporen?

A
  • Virus in bloed en ontlasting 2-3 weken voor symptomen
  • Virus in ontlasting tot 2 weken na ziekte
  • Incubatietijd 30 dagen
  • Klachten ontstaan acuut en zijn self-limiting
20
Q

Wat zijn aanpakken van opkomende infectieziekten op het gebied van surveillance?

A
  • Syndromic surveillance
  • NGS rioolwater
  • Oplettende ziekenhuismedewerkers
  • Internet
  • Early warnings in dieren
21
Q

Wat zijn aanpakken van opkomende infectieziekten op het gebied van diagnose?

A
  • Wordt steeds sneller
  • Bij mens en dier
  • Virusgenoom
  • Viruseiwit
  • Antilichaam tegen virus
22
Q

Wat zijn aanpakken van opkomende infectieziekten voor het zo goed mogelijk beperken van ziekte en dood?

A
  • Quarantaine en isolatie (goede en snelle diagnose nodig)
  • Vaccinatie
  • Ondersteunende infrastructuur en zorg
23
Q

Wat zijn redenen voor de opkomst van infectieziekten?

A
  • Vergrote handel in dieren (covid, sars)
  • Ontbossing (dieren komen meer in de buurt van mensen) (Ebola, HIV/AIDS
  • Meer intensieve veehouderij (hoogpathogene vogelgriep, Qkoorts)
24
Q

Wat is de transformatieve aanpak van opkomende infectieziekten?

A
  1. Minder handel in wilde dieren en dierlijke producten
  2. Minder intensieve veehouderij
  3. Minder ontbossing en humane invasie van natuurgebieden
    Het is dus het aanpakken van de onderliggende oorzaken
25
Welk labonderzoek doen voor HepC?
* ALAT en ASAT * Anti-HCV IgG (antistoffen tegen HCV) * HCV RNA (indiceert actieve infectie) * HCV genotype bepalen
26
Hoe kan je HepC behandelen?
Antivirale therapie kan potentiëel resulteren in virale eradicatie na een aantal weken. SVR is de marker van succesvolle behandeling. Direct Acting Antivirals DAA - previr - asvir - buvir