Week 16 Flashcards

(18 cards)

1
Q

Leg de volgende termen uit:
* Preventie van kolonisatie
* Preventie van infecties
* Antibioticabeleid

A
  • Voorkomen dat een microorganisme zich blijvend nestelt
  • Voorkomen dat de aanwezigheid van een microorganisme leidt tot een infectie
  • Is gericht op het voorkomen van resistenti en tevens het adequaat behandelen van een (vermeende) infectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de definitie van een ziekenhuisinfectie?

A

Ontstaan tijdens of door verblijf in ziekenhuis en niet aanwezig of incuberende bij opname
Causaal verband tussen verblijf en infectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een universele preventieve maatregel oftewel standard univarsal precaution?

A

Een voorzorgsmaatregel die je bij elk contact met muceuze membranen en of lichaamsvloeistoffen neemt ongeacht wat de diagnose is. Uitzondering van zweet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke algemene universele preventieve maatregelen zijn er?

A
  • Persoonlijke hygiene
  • Handhygiene
  • Asepsis
  • Decontaminatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bij wie ligt de verantwoordelijkheid voor bestrijdingsmaatreglelen in de bevolking?

A

Bij de burgemeester. GGD is adviserende en uitvoerende dienst.
Bij uitbraken of epidemieën met nationale of internationale implicaties komt de regie van de bestrijding in handen van de minister van VWS.
Adviserende en uitvoerende dienst op landelijk niveau is eht Centrum Infectieziektebestrijding van het RIVM.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe kan resistentie verwordven worden door opname van vreemd DNA?

A
  • Transformatie: chromosomaal
  • Conjugatie: plasmidaal DNA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe werkt MRSA? (meticilline resistente staphylococcus aureus)

A
  • Meticilline - beta-lactam antibioticum
  • Verandering van aangrijpingspunt beta-lactam antibiotica. PBP2 -> PBP2a
  • PBP2a wordt gecodeerd door MecA gen
  • Resistentie tegen alle beta-lactam antibiotica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de kenmerken van BRMO (bijzonder resistent micro-organisme)

A
  • Resistentie voor veel en of belangrijke antibiotica
  • Kan zich snel of gemakkelijk verspreiden
  • Definities door SRI geformuleerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn belangrijke BRMO’s?

A
  • MRSA
  • ESBL
  • Carbapenemase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de gevolgen bij ESBL/carbapenemase dragerschap?

A
  • Behandeling met intraveneus antibioticum noodzakelijk
  • Contactisolatie bij opname
  • Eradicatie niet mogelij, spontaan kwijtraken wel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoezo is er in Nederland nog steeds een toename in resistentie?

A
  • Patiënten langer op IC en immuungecompromitteerd
  • Reizen en verspreiding van resistente bacterien
  • Toegenomen gebruik van antibiotica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bij welke waarde van R0 vindt er een uitbraak plaats?

A

> 1 epidemie
<1 geen epidemie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe werkt het SIR model?

A

3 staten: Susceptible, Infected, Recovered (immune)
* Geen geboorte en sterfte
* Geen leeftijdsstructuur
* Geen oversterfte van geïnfecteerde personen
* Geen seizoenseffecten
* Alle individuen in een compartiment zijn hetzelfde (homogeniteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Afleiden R0?

A

R0 = Transmissie-snelheid x duur van infectie
beta = besmettingskans b x # contacten per tijd c
R0 = beta x D = b x c x D

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe is de R0 in te schatten?

A
  • R0 ~ L/A waarbij L = gemiddelde levensverwachting en A = gemiddelde leeftijd van oplopen infectie
  • Gerapporteerd aantal gevallen bij het begin van een uitbraak (bij exponentiële groei) en kennis van het generatie-interval (gemiddelde duur tussen primaire en secundaire gevallen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe is de klinische vaccinatiegraad te bepalen?

A

Klinische vaccinatiegraad f:
f > 1 - 1/R0

17
Q

Waarom kan er soms toch een uitbraak plaatsvinden ondanks dat de vaccinatiegraad boven de kritische vaccinatiegraad ligt?

A
  • Imperfect vaccin
  • Afnemend effect vaccin
  • Clustering
18
Q

Hoe is dan de f te bepalen bij een imperfect vaccin?

A

f = (1 - 1/R0) / P
(stel vaccin werkt maar voor 40% dan wordt het P = 0,4)