Week 4: HC 1 t/m 3

Question 1

Wat zijn de meest voorkomende doodsoorzaken van Nederlandse reizigers?

Answer 1

1. Hart- en vaatziekten;
2. (Verkeers)ongevallen;
3. Fatale infecties

Question 2

Via welk acroniem kan vastgesteld worden waaraan een reiziger lijdt?

Answer 2

LARISA

L = Locatie
A = Activiteiten
R = Reiziger
I = Incubatietijd
S = Syndromen
A = Aanvullend onderzoek

Question 3

Wat is een kenmerkend syndroom voor rabiës, en wat moet je doen wanneer iemand gebeten is door een rabide dier is gebeten?

Answer 3

Een kenmerkend syndroom is hydrofobie.

Wanneer iemand mogelijk is gebeten door een rabide dier en diegene is niet gevaccineerd, moet diegene menselijk anti-rabiës immunoglobuline (MARIG) krijgen.

Question 4

Welke infectie moet allereerst worden uitgesloten wanneer iemand zich presenteert met koorts na een reis?

Answer 4

Malaria

Question 5

Wat is de epidemiolgie van malaria?
- Bijzonderheid
- Aantal infecties en doden wereldwijd
- Aantal infecties en doden Nederland
- Risico gebieden
- Behandeling

Answer 5

• Bijzonderheid: Een van de belangrijkste infectieziekten waar mensen aan overlijden;
• Aantal infecties en doden wereldwijd: 230 miljoen infecties, 409.000 overlijdens
• Aantal infecties en doden Nederland: 200-300 infecties, ongeveer 1 overlijden
• Risico gebieden: Sub-sahara Afrika en zuid-oost Azië
• Behandeling: chloroquine

Question 6

Welke verwekkers kent malaria?

Answer 6

• Plasmodium falciparum (malaria tropica) > ernstig beloop
• Plasmodium vivax (malaria tertiana)
• Plasmodium ovale (malaria tertiana)
• Plasmodium malariae (malaria quartana)

Question 7

Waarom kunnen P. vivax en P. ovale zich in wel in Nederland verspreiden?

Answer 7

Deze vormen verspreid door de anopheles atroparvus mug, deze mug komt wél voor in Nederland (westen en noorden)

Question 8

Hoe werkt de ontwikkelngscyclus van Plasmodium?

Answer 8

Via speeksel injecteert de mug sporozoïeten > gaan richting lever en nestelen zich in Kupffer cellen > sporozoïeten ontwikkelen zich in 6 tot 12 dagen > hepatocyten scheuren open en merozoïeten komen vrij > gaan in erytrocyten zitten

Question 9

Hoe sporozoïeten die zich in een slapende fase bevinden?

Answer 9

Hypnozoïeten

Question 10

Welke koortspatronen tonen verschillende malaria?

Answer 10

• P vivax en P. ovale = 48 uur
• P. malariae = 72 uur
• P. falciparum = Kan piekende patronen vertonen, maar ook grillige patronen

Question 11

Hoe wordt malaria via de mug verspreid?

Answer 11

Een merozoïet in het lichaam kan differentiëren tot een gametocyt.

Question 12

Waarom verloopt een P. falciparum infectie heftiger dan andere soorten malaria?

Answer 12

• Invasie erytrocyten:
  
  • P. vivax en P. ovale invaderen alleen jonge ery’s
  • P. malariae invaderen alleen oude ery’s
  • P. falciparum invadeert zowel jonge al oude ery’s
• Ery’s die zijn geïnfecteerd met P. falciparum krijgen receptoren op het oppervlakte die aan endotheelcellen kunnen hechten

Question 13

Hoe wordt de diagnose malaria gesteld?

Answer 13

• Dikke druppel en uitstrijk onder de microscoop. Hiervoor wordt een hypotone oplossing bij het bloed toegevoegd, waardoor erytrocyten opzwellen en het inhoud vrijkomt.

Question 14

Hoe is de behandelijk van malaria veroorzaakt door P. vivax en P. ovale?

Answer 14

chloroquine en primaquine

Primaquino wordt gegeven om de hypnozoïeten te doden, LET OP: je mag je niet geven aan mensen met een G6PD-deficiëntie.

Question 15

Hoe wordt malaria veroorzaakt door P. falciparum behandelt?

Answer 15

In de ongecompliceerde vorm met oraal malarone, mefloquine en riamet (worden ook preventief gegeven)
In de gecompliceerde vorm met iv artesunate

Question 16

Wat is de verwekker van dengue?

Answer 16

Het Dengue virus, een enkelstrengs RNA-virus- opgeborgen in een capside.

Question 17

Wat is de vector van het dengue-virus?

Answer 17

De tijgermug. De vreutjesmug steekt en steekt bij voorkeur overdag of in de vroege avond, een klamboe heeft geen nut dus

Question 18

Welke klinische verschijnselen kent dengue?

Answer 18

• Aspecifieke koortsende ziekte
• Klassieke dengue (DF)
• Dengue homorrhagic fever (DHF)
• Dengue shock syndrome (DSS)

Question 19

Wat is de klinische presentatie van aspecifieke koortsende ziekte?

Answer 19

89% van de mensen heeft geen of nauwelijks klachten

Question 20

Wat is de klinische presentatie van klassieke dengue fever (DF)?

Answer 20

Korte incubatie (<10 dagen), met een duur van 6-7 dagen. Waarbij er een kleine koortspiek tegen het eind ontstaat. Tombo’s zijn gedeeld tijdens koorts, tegen het eind van de koorts komen huidafwijkingen.

Vrijwel iedereen met dengue krijgt zadelkoorts. Eerst hoge koorts, na drie dagen zakken, daarna weer toenemen.

Question 21

Wat is de klinische presentatie van hemorrhagic fever (DHF)?

Answer 21

Hoge koorts, bloedingsneiging door trombopenie en indikking van bloed.

Vrijwel iedereen met dengue krijgt zadelkoorts. Eerst hoge koorts, na drie dagen zakken, daarna weer toenemen.

Question 22

Wat is de klinische presentatie van dengue shock syndrome (DSS)?

Answer 22

Volgt op DHF, waarbij mensen in shock raken

Question 23

Wat zijn vergelijkingen en verschillen tussen dengue en Zika?

Answer 23

Beide veroorzaken ze koorts en spier- of gewrichtspijn.

Verschil is de Zika oedeem van extremiteiten en conjuctivitis veroorzaakt, en dengue trombopenie.

Question 24

Hoe werkt de diagnostiek van dengue?

Answer 24

Een infectie kan aangetoond worden met PCR, doorgemaakte infectie met serologie

Question 25

Waarom verloopt een tweede infectie met een ander serotype van dengue vaak gecompliceerder dan de eerste infectie?

Answer 25

Na de eerste infectie is er IgG aangemaakt voor het ene serotype. Dit IgG kan het andere serotype wel binden, maar niet neutraliseren. Dit betekent dat het aan het immuunsysteem kan ontkomen. Dit fenomeen wordt immune enhancement genoemd.