Week 7.3 Flashcards
Leg uit wanneer preventieve bestuursdwang mag worden toegepast
Preventieve bestuursdwang mag worden opgelegd indien er sprake is van een klaarblijkelijk gevaar voor een overtreding die met grote mate van waarschijnlijkheid op zeer korte termijn zal plaatsvinden (art. 5:7 Awb)
Leg uit of een last onder bestuursdwang wordt gezien als een besluit of als een beschikking
Een last onder bestuursdwang wordt gezien als een beschikking (art. 1:3 lid 2 Awb) en moet voldoen aan bepaalde inhoudseisen (zie de eisen van art. 5:24 Awb)
Leg uit welk tweetal voorzieningen de wet biedt voor een bestuur bij spoedeisende gevallen bij het aanpakken van overtredingen
Bij spoedeisende gevallen mag een bestuur:
1) Afzien van de begunstigingstermijn (art. 5:31 lid 1 Awb)
2) Onmiddellijk optreden, zonder voorafgaand besluit (art. 5:31 lid 2 Awb), mits achteraf snel een beschikking volgt (binnen ca. 2 weken volgens jurisprudentie)
Leg uit wat wordt verstaan onder ‘last onder dwangsom’
‘Last onder dwangsom’: een bestuursrechtelijke sanctie waarbij een overtreder wordt verplicht om een overtreding te beëindigen, onder dreiging van een geldboete als dat niet tijdig gebeurt (art. 5:31d Awb)
Leg uit of bestuursorganen altijd bevoegd zijn om een last onder dwangsom op te leggen
Bestuursorganen mogen altijd een last onder dwangsom opleggen, ook als zij bevoegd zijn tot
het opleggen van bestuursdwang (art. 5:32 Awb), behalve wanneer bijzondere wetgeving hen alleen dwangsombevoegdheid toekent
Leg uit in welke 2 gevallen het opleggen van een last onder bestuursdwang effectiever is dan het opleggen van een last onder dwangsom
Opleggen van een last onder bestuursdwang is effectiever dan het opleggen van een last onder dwangsom in het geval van:
1) Indien het belang bij onmiddellijke beëindiging van de overtreding dat niet toelaat (zoals ernstige milieuschade)
2) Bij praktische bezwaren (zoals faillissement van overtreder, onmogelijkheid tot naleving)
Leg uit of een last onder dwangsom wordt vastgesteld bij een besluit of bij een beschikking
Een last onder dwangsom wordt vastgesteld bij een beschikking (art. 5:9 Awb)
Leg uit aan welke eisen de beschikking van een last onder dwangsom moet voldoen
Eisen waar een beschikking van een last onder dwangsom aan moet voldoen:
1) Duidelijke herstelmaatregelen (art. 5:32a lid 1 Awb)
2) Begunstigingstermijn (art. 5:32a lid 2 Awb)
3) Specificatie van overtreden voorschriften (art. 5:9 sub a Awb)
4) Indien nodig; locatie en tijdstip van overtreding (art. 5:9 sub b Awb)
5) Vermelding wettelijke grondslag (art. 3:47 lid 2 Awb)
6) Bevat een maximumdwangsom (art. 5:32b lid 2 Awb)
7) Hoogte van dwangsom moet redelijk in verhouding zijn tot de ernst van de overtreding en het beoogde effect van de sanctie (art. 5:32b lid 3 Awb)
Leg uit wat het vereiste van “het in zijn macht hebben van de overtreding” op ziet
Het vereiste van “het in zijn macht hebben van de overtreding” ziet erop dat alleen de overtreder een dwangsom opgelegd kan krijgen en alleen de overtreder de overtreding kan beëindigen (art. 5:32 lid 1 Awb) (als een overtreder niet langer in staat is om de last in zijn macht te hebben, is bestuursdwang een meer logische keuze)
Let op: ook preventieve lasten zijn mogelijk (art. 5:7 Awb)
Let op: een last onder dwangsom kan niet worden opgelegd als ten aanzien van dezelfde overtreding al een last onder bestuursdwang is opgelegd (art. 5:6 Awb)
Leg de 3 keuzes uit die een bestuursorgaan heeft bij het bepalen van de modaliteit en de hoogte van de dwangsom
Keuzes die een bestuursorgaan heeft bij het bepalen van de modaliteit en hoogte van de dwangsom:
1) Een dwangsom vastgesteld op een vast bedrag (art. 5:32b lid 1 Awb)
2) Een dwangsom vastgesteld op een bedrag per tijdseenheid waarin de overtreding voortduurt (art. 5:32b lid 1 Awb) (geschikt voor langdurende overtredingen)
3) Een dwangsom vastgesteld op een bedrag per overtreding (art. 5:32 lid 1 Awb) (geschikt voor herhaalde overtredingen)