H14 Stress Flashcards
Noem drie soorten chronische stressoren met voorbeelden.
- Maatschappelijke stressoren (armoede, racisme, werkloosheid)
- Belangrijke levensgebeurtenissen (beginnen aan nieuwe baan, huwelijk)
- Dagelijkse ergernissen (wachten in een file)
Beschrijf burn-out.
Syndroom van emotionele uitputting, depersonalisatie en verminderde prestaties.
Noem de 6 belangrijke factoren in het burn-out model van Maslach en Leiter.
-> BeWWeZen RoG
- werklast
- zeggenschap
- beloning
- gemeenschap
- rechtvaardigheid
- waarden
Beschrijf de drie stadia van het algemeen aanpassingssyndroom.
- Alarmfase
- Toename van adrenaline hormonen
- Sympathisch zenuwstelsel treedt in werking - Weerstandsfase
- Afname van adrenaline hormonen
- Tegenreactie van parasympathisch zenuwstelsel
- Weerstand werkt alleen tegen oorspronkelijke stressor - Uitputtingsfase
- Arousal uit alarmfase keert terug
- Parasympathisch zenuwstelsel reageert op arousal
- Als stressor niet verdwijnt sterft organisme
Wat is tend-and-befriend?
Waar flight-or-fight meer een mannelijke reactie is, komt de tend-and-befriend reactie eerder voor bij vrouwen. Ze beschermen hun nakomelingen en zoeken sociale steun.
Wat is een moderator? Noem 5 moderatoren.
Een moderator voorkomt dat een stressor stress veroorzaakt.
- persoonlijkheidstype B
- interne locus of control
- optimisme (3 attributies)
- weerbaarheid (3 factoren)
- veerkracht
Beschrijf de drie factoren horende bij de moderator “optimisme”.
a) toeschrijven aan de specifieke situatie ipv algemene omstandigheden:
- ik heb een laag cijfer gehaald
- ipv ik doe het slecht op school
b) toeschrijven aan situationele factoren ipv persoonlijke factoren:
- het lage cijfer komt omdat ik niet goed gestudeerd heb
- ipv het lage cijfer komt omdat ik dom ben
c) situaties zijn tijdelijk ipv permanent, dus dat lage cijfer kan nog opgehaald worden.
Beschrijf de drie factoren horende bij de moderator “weerbaarheid”. (tuc)
a) uitdaging
b) toewijding
c) controle
Beschrijf de factoren horende bij de moderator “persoonlijkheidstype B”.
Dit zijn mensen met een aantal kenmerken zoals werken in een regelmatig tempo, genieten van prestaties, accepteren mislukkingen makkelijker.
Beschrijf waarom een interne locus of control helpt als moderator van stress.
Een interne locus of control betekent dat je het gevoel hebt dat je zelf controle kan uitoefenen op de situatie, in plaats van dat deze afhankelijk is van externe factoren. Mensen met een interne locus of control zien stressvolle situaties daarom als meer beheersbaar.
Wat is aangeleerde hulpeloosheid?
Een verschijnsel waarbij iemand vaak pogingen heeft ondernomen te ontsnappen aan een bedreigende situatie en waarbij dit niet gelukt is. Daarom hebben ze geleerd om negatieve gebeurtenissen toe te schrijven aan hun eigen gebreken of aan externe omstandigheden waarover ze geen controle hebben.
Beschrijf de factoren horende bij de moderator “veerkracht”.
Veerkracht is de capaciteit om je aan te kunnen passen en welzijn te bereiken in weerwil van ernstige bedreigingen van de ontwikkeling (denk aan Stephen Hawkings). Lijkt aangeboren te zijn en samen te hangen met de eigenschappen extravert, consciëntieus en optimistisch.
Noem 4 positieve keuzes in levenswijze die bijdragen aan het tegengaan van stress.
- Sociale ondersteuning
- Lichaamsbeweging
- Voeding en dieet
- Slaap en meditatie
Beschrijf het verschil tussen afweer en coping.
Afweer is het reduceren van de symptomen van stress of verminderen van het bewustzijn van de symptomen. Dus bijvoorbeeld naar een feestje gaan voor afleiding als je niet goed geleerd hebt voor een examen morgen.
Coping is erop gericht om iets te doen aan de oorzaak van stress en niet alleen de symptomen te verminderen.
Beschrijf probleemgerichte en emotiegerichte coping.
Probleemgerichte coping is erop gericht om iets te doen aan het probleem dat stress veroorzaakt.
Emotiegerichte coping is erop gericht om intern anders te reageren op een stressor, dus je eigen emotionele reactie aan te passen.