11. reizen en toerisme Flashcards
(97 cards)
1
Q
de vakantie, de vrije dagen
A
la vacanza
2
Q
de voorbereidingen
A
i preparativi
3
Q
het bezoek, de bezichtiging
A
la visita
4
Q
bezoeken, bezichtigen
A
visitare
5
Q
de vakantie
A
le ferie
6
Q
het toerisme
A
il turismo
7
Q
de folder
A
il dépliant
8
Q
reizen
A
viaggiare
9
Q
de reis
A
il viaggio
10
Q
het liften
A
l’autostop
11
Q
het vaartuig, de boot
A
l’imbarcazione
12
Q
de cruise
A
la crociera
13
Q
de enkele reis, het enkeltje
A
l’andata
14
Q
de terugreis
A
il ritorno
15
Q
het retourtje
A
il biglietto di andata e ritorno
16
Q
terugkeren
A
ritornare
17
Q
de reiziger
A
il viaggiatore, la viaggiatrice
18
Q
zich wenden tot
A
rivolgersi a
19
Q
de VVV
A
l’azienda di soggiorno
20
Q
de VVV
A
l’ente del turismo
21
Q
de dienstregeling
A
l’orario
22
Q
de aankomst
A
l’arrivo
23
Q
het vertrek, het weggaan
A
la partenza
24
Q
de coupé
A
lo scompartimento
25
de niet-roker
il non fumatore
26
de roker
il fumatore
27
vrij
libero, libera
28
bezet
occupato, occupata
29
het aan boord gaan
l'imbarco
30
aan boord gaan
imbacarsi
31
de koffer
la valigia
32
de bagage
il bagaglio
33
de valies maken
fare la valigia
34
de valies leegmaken
disfare la valigia
35
de kofferbak
il bagagliaio
36
het bagagerek
il portabagagli
37
het bagagedepot
il deposito bagagli
38
de klant
il, la cliente
39
de klantenkring
la clientela
40
het reisbureau
l'agenzia viaggi
41
het programma
il programma
42
de reisorganisator
il tour operator
43
de all-in reis
l'inclusive tour
44
gastvrij
accogliente
45
informeren naar
informarsi
46
de stadswandeling
l'itinerario
47
de landkaart
la carta geografica
48
de wegenkaart
la carta stradale
49
de groene kaart
la carta verde
50
het laagseizoen
la bassa stagione
51
het hoogseizoen
l'alta stagione
52
de toerist
il, la turista
53
toeristisch
turistico, turistica
54
de reisgids
la guida turistica
55
het visum
il visto
56
verzetten, uitstellen
rimandare
57
de bevestiging
la conferma
58
de mededeling
la communicazione
59
het gebrek, de afwezigheid
la mancanza
60
annuleren afzeggen
annullare
61
annuleren, storneren
stornare
62
de aanbetaling
la caparra
63
de aanbetaling
l'acconto
64
het hotel
l'albergo
65
de hotelhouder
l'albergatore, l'albergatrice
66
het hotel
l'hotel
67
het pension
la pensione
68
de eenpersoonskamer
la camera singola
69
de tweepersoonskamer
la camera matrimoniale
70
reserveren
prenotare
71
de reservering
la prenotazione
72
vol
completo, completa
73
volgeboekt
al completo
74
overnachten
pernottare
75
de overnachting
il pernottamento
76
het halfpension
la mezza pensione
77
het volpension
la pensione completa
78
de kamer met badkamer
la camera con bagno
79
de kamer met ontbijt
la camera con prima colazione
80
het stromende water
l'acqua corrente
81
gereserveerd
riservato, riservata
82
de kost, de voeding
il vitto
83
duur, prijzig
costoso, costosa
84
de minibar
il frigobar
85
de telefonische wekdienst
la sveglia telefonica
86
de voucher
il voucher
87
verblijven
soggiornare
88
het verblijf
il soggiorno
89
de camping
il campeggio
90
de kampeerder
il campeggiatore, la campeggiatrice
91
de tent
la tenda
92
de camper
il camper
93
de caravan
la roulotte
94
de vakantie op een boerderij
l'agriturismo
95
de jeugdherberg
l'ostello (della gioventù)
96
de slaapzak
il sacco a pelo
97
de rugzak
lo zaino
