7.2: Congenitale infecties van de mens Flashcards

(23 cards)

1
Q

Congenitale infecties

A

Overdracht vindt plaats via de placenta. Geven vooral groeiafwijkingen, een laag geboortegewicht, congenitale malformaties of doodgeboorte

  • CMV
  • Parovirus B19
  • Varicellavirus
  • Rubellavirus
  • Herpes simplexvirus
  • HIV
  • Toxoplasmose
  • Lues/syfilis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Perinatale infecties

A

Vinden plaats rondom de partus en kunnen een meningitis, pneumonie, vroeggeboorte of sepsis veroorzaken

  • Streptokokken
  • Chlamydia
  • Listeriose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Neonatale infecties

A

Infecties die in de eerste 4 weken optreden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Postnatale infecties

A

Kinderen worden na de geboorte geinfecteerd. Presenteert zich met meningitis, sepsis, conjunctivitis of pneumonitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Zwangerschapsscreening

A

12 weken
- HIV
- HBsAg
- Syfilis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

TORCHES

A

Screening op ziekte die kinderen intra-uterien kunnen krijgen en waar ze acuut ziek van worden. Wordt ingezet na de geboorte zijn een ziek kind bij verdenking van 1 van deze oorzaken

  • Toxoplasma gondii
  • HIV, mazelen
  • Rubella
  • CMV
  • Herpes simplex
  • Syfilis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Congenitale rubella

A

Enkelstrengs positief RNA-virus met een envelop en heeft maar 1 serotype -> ideaal virus voor vaccin. Verspreidt zich aerogeen en uit zich al milde luchtweginfectie. Komt voor als importziekte en in epidemieën in met name Amsterdam en biblebelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Rubelle symptomen moeder

A
  • 50% subklinisch
  • Prodromale symptomen: malaise, lichte verhoging, lymfadenopathie, keelpijn, hoesten en conjunctivitis
  • Later huiduitslag beginnend in het gezicht, verspreiding naar romp en later naar armen
  • Complicaties: artralgie/artritis van vingers, polsen en knieën
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Rubella symptomen baby

A
  • Prenataal: groeiachterstand en spontane abortus
  • Neonataal: huiduitslag, trombocytopenie, hepatitis/hepatosplenomegalie, meningo-encefalitis, botafwijkingen, oogafwijkingen en cardiovasculaire afwijkingen
  • Vroege kinderleeftijd & later: trias van oogafwijkingen, doofheid en cardiovasculair
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Infectie met rubella: gevolgen stadium zwangerschap

A
  • Voor conceptie: minimale risico’s
  • 0-12 weken: 100% kans foetus geinfecteerd en geeft grote congenitale problemen
  • 13-16 weken: 15% kans doofheid en retinopathie
  • 17-einde: normale ontwikkeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Diagnostiek congenitale rubella

A

Bepaling IgM en IgG voor rubella en anders keeluitstrijkje of rubellavirus PCR

Moeder die korter dan 20 weken zwanger: intra-uterien vruchtwaterpunctie voor rubella PCR bij kind

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Congenitale cytomegalovirus

A

Als de moeder een primo-infectie of een opvlamming heeft van CMV, kan ze het kind infecteren. Wanneer kind geinfecteerd is 90% asymptomatisch en bij 75% hiervan blijft dat ook. Klein deel ontwikkelt blijvende (gehoor)schade. 5% komt te overlijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kliniek kind CMV

A

Mogelijke symptomen: hepatosplenomegalie, trombocytopenie en neurologische schade

Belangrijkste problemen: meningo-encefalitis en chorioretinitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Therapie CMV

A

(val)ganciclovir: gehoorschade kan hiermee beperkt worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Kinderen met herpes simplex infectie manifestatie

A

Uit zich in de eerste 4 weken. 40% heeft in de eerste week al klachten

  • Gelokaliseerd huid-, oog- en mondinfecties. Er zijn groepjes blaasjes en vaak lineaire distributies op extremiteiten zichtbaar
  • CZS-infectie, slecht drinken, geprikkeld, suf, slap, convulsies en luierpijn
  • Gedissemineerde infectie: visceraal (hepatitis)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Transmissie congenitale herpes simplex infectie

A

Kan perinataal (genitaal) of postnataal (koortslip). De kans op transmissie bij vaginale bevalling is 50%. Transmissie kan ook plaatsvinden zonder aanwezige ulcera

17
Q

Diagnostiek congenitale herpes simplex infectie

A

HSV-kweek/PCR bij verdachte laesies zonder voorgeschiedenis van herpes genitalis

Diagnostiek bij baby’s met vlekjes. Kan pas 24-48 uur na bevalling met HSV-kweek/PCR van een keelwat, conjuctiva, huid, liquor, serum/plasma of laesies

18
Q

Congenitale syfilis (lues) kliniek bij de moeder

A
  • Primaire syfilis (lues I)
  • Secundaire syfilis
  • Latente syfilis
  • Tertiaire syfilis
19
Q

Kliniek bij het kind congenitale syfilis (lues)

A

Foetus:
- Spontaen abortus of intra-uteriene dood
- Intra-uteriene groeiachterstand
- Vroeggeboorte
- Hydrops foetalis

Pasgeborenen
- 2/3 eerst asymptomatisch maar in 1ste maanden symptomen
- Vroege symptomen: uitslag, geelzucht, lymfadenopathie, hepatosplenomegalie, nefrotisch syndroom, meningitis en rhinitis
- Late symptomen: zadelneus, skeletafwijkingen, doofheid, cognitieve ontwikkelingsstoornissen, Hutchinson tanden en interstitiële keratitis

Oudere kinderen: chronische rhinitis, zadelneus en doofheid

20
Q

Diagnostiek congenitale syfilis (lues)

A

Alle zwangere vrouwen worden gescreend met treponemale serologie na twaalf weken: TPHA -> heel specifiek voor syfilis

Non-treponemale testen: om antilichamen op te sporen die niet specifiek zijn tegen Treponema pallidum:
- VDRL: bij een positieve TPHA
- Kijken of het een doorgemaakte of een actieve infectie is
- Gericht tegen cardiopinen: aanwezig bij actieve infectie

21
Q

Therapie syfilis moeder & kind

A

Benzylpenicilline 2,4 mil IE/dag, op dag 1, 8 en 15. De behandeling van het kind 150.000 IE/dag gedurende 10 tot 14 dg.

22
Q

Hepatitis-B virus (HBV)

A

Hepatitis-B dragerschap indien HBsAg positief. Wordt gescreend in het eerste trimester. Grote kans over verticale transmissie zonder interventie

Zeer grote kans op transmissie wanneer HBeAg positief is (antigeen wat gemaakt wordt als hep-B virus actief is)

23
Q

Therapie HBV

A

Vaccinatie en toedienen van immunoglobulinen