academische woordenschat reeks 1 en 2 Flashcards

(97 cards)

1
Q

nog niet volwassen zijn

A

nog niet droog achter zijn oren zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

iets doen wat niet mag of niet hoort

A

een scheve schaats rijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

een lastig, veelbesproken onderwerp

A

dat is een heet hangijzer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

laat een idee horen om de reacties te peilen

A

de minister laat een proefballon op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

officieel weet niemand het, maar het is algemeen bekend

A

het is publiek geheim

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

als je een vooraanstaande positie hebt, brengt dat bepaalde verplichtingen met zich mee

A

noblesse oblige

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

de persoon die overal de schuld van krijgt

A

de scheidsrechter is wederom de kop van Jut

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

als vervanger de plichten vervullen

A

wil jij de honneurs waarnemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

bij iedereen gaat het wel eens mis

A

ieder huis heeft zijn kruis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

is assertief en staat haar mannetje in een discussie

A

die vrouw heeft haar op de tanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

nauw verbonden

A

inherent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

platvoers, alledaags, plat

A

triviaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

onvoorwaardelijk

A

categorisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

niet officieel

A

informeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

vroom

A

devoot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

voorbarig

A

prematuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

voortdurend

A

chronisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

bestand

A

resistent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

vooraanstaand

A

prominent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

ontwikkeld

A

erudiet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

tijdelijk

A

temporeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

willekeurig

A

arbitrair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

proefondervindelijk

A

empirisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

gelijktijdig

A

simultaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
(af)wisselend, veranderlijk
variabel
26
soepel
flexibel
27
erfelijk
genetisch
28
winstgevend
rendabel
29
vernieuwend
innovatief
30
vormeloos
amorf
31
je moet een ander ook iets gunnen
leven en laten leven
32
een voorstel doen, iets ter sprake brengen
iets te berde brengen
33
alles doen wat een ander zegt
uit iemands handen eten
34
je onderscheiden en daarvoor veel kritiek krijgen
boven het maisveld uitsteken
35
direct en fel reageren
iemand lik op stuk geven
36
er dreigt van twee kanten gevaar
tussen 2 vuren zitten
37
iets met tegenzin laten gebeuren
iets met lede ogen aanzien
38
als eerste beginnen
wil jij de spits afbijten
39
iemand doen inzien hoe iets precies in elkaar zit
iemand de ogen openen
40
ergens mee zitten
iets op zijn lever hebben
41
samenstelling, verbinding van afzonderlijke elementen tot een nieuw geheel
synthese
42
het van hetzelfde aard of samenstelling zijn
homogeen
43
onwillekeurig aangeleerde verbinding van gedachten, voorstellingen
associatie
44
bepaalde hoeveelheid leerstof, gedeelte van een computersysteem
module
45
stof waaruit een voorwerp bestaat, materie
substantie
46
datgene waarop een lichaam steunt of rust, grondslag, grondvlak
basis
47
ideologische strijd, twistpunt, strijdvraag
controversie
48
oorzakelijkeid, betrekking tot oorzaak en gevolg
cuasaliteit
49
nep
pseudo-intellectueel
50
voorlopig verslag
interim-rapport
51
iemand een stempel opplakken
stigmatiseren
52
elkaars concurent zijn
in dezelfde vijver vissen
53
met ingehouden woede
kromme tenen hebben
54
leer van de mens als natuurhistorisch wezen
antropologie
55
voorbehoud
restrictie
56
ongunstige gevolgen
reprecussies
57
oneindigheid
frictie
58
grondwettelijk
constitutioneel
59
gesoreksonderwerp
topic
60
kenmerkende klank
timbre
61
rangorde naar diensttijd
anciënniteit
62
jaarlijkse aflossing of uitkering
annuïteit
63
een niet te verwezenlijken ideaal
utopie
64
verbetering van een foutief bericht
rectificatie
65
een nepgeneesmiddel
placebo
66
ergens een onberedeneerde angst voor hebben
fobie
67
een vaststaande leer of leerstelling
dogma
68
een proefschrift om te promoveren
dissertatie
69
p.14-p.16
OOK LEREN
70
iets wat overdreven is
hyperbool
71
schijnbare tegenstelling
paradox
72
klein verschil, verfijnd onderscheid
nuance
73
het (zich) kunnen verplaatsen
mobiliteit
74
doen alsof
simulatie
75
een belangrijke beleidsonderwerp
speerpunt
76
campagne tegen iemand
hetze
77
iemand die buitengesloten is
paria
78
iets dat is weggelaten
omissie
79
fundamenteel
basaal
80
onscherp, onduidelijk
difuus
81
ophoudend
discontinu
82
voledig
integraal
83
toeval
incidenteel
84
waar je veel geld mee verdient
lucratief
85
helder, briljant
lumineus
86
niet volgens de regels/traditie
onorthodox
87
eenstemmig
unaniem
88
zonder medelijden
apathisch
89
mee voelen
empathisch
90
gelden, van kracht zijn
vigerend
91
weinig actief
sedentair
92
orgaan, aanhangsel in of bij een boek
appendix
93
beschrijvende lijst van boeken
bibliografie
94
overeenstemming van gevoelens, algemene gelijkheid van opvatting
consensus
95
uitstoot
emissie
96
hoe vaak iets voorkomt
fraquentie
97
verandering
transormatie