reeks 1 en 2 EXAMEN Flashcards

(95 cards)

1
Q

Vormeloos

A

Amorf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

willekeurig

A

Arbitrair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

onwillekeurig aangeleerde verbinding van gedachten, voorstellingen

A

Associatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

datgene waarop een lichaam steunt of rust, grondvlak

A

Basisch, basaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

je onderscheiden en daardoor veel kritiek krijgen

A

Boven het maisveld uitsteken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

onvoorwaardelijk

A

Categorisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

oorzakelijkheid, betrekking van oorzaak en gevolg

A

Causaal, causaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

voortdurend

A

Chronisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

ideologische strijd, twistpunt

A

Controversieel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

een lastig, veelbesproken onderwerp

A

Dat is een heet hangijzer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

laat een idee horen om reacties te pijlen

A

De minister laat een proefballon op

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

de persoon die overal de schuld van krijgt

A

De scheidsrechter is wederom de kop van Jut

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

vroom, sober

A

Devoot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

is assertief en staat haar mannetje in een discussie

A

Die vrouw heeft haar op de tanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

proefondervindelijk

A

Empirisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

ontwikkeld

A

Erudiet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

soepel

A

Flexibel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

erfelijk

A

Genetisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

officieel weet niemand het, maar het is algemeen bekend

A

Het is een publiek geheim

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

het van dezelfde aard of samenstelling zijn

A

Homogeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

bij iedereen gaat het weleens mis

A

Ieder huis heeft zijn kruis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

iemand doen inzien hoe iets precies in elkaar zit

A

Iemand de ogen openen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

direct en fel reageren

A

Iemand lik op stuk geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

iets met tegenzin laten gebeuren

A

Iets met lede ogen aanzien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
ergens mee zitten
Iets op zijn lever hebben
26
een voorstel doen, iets ter sprake brengen
Iets te berde brengen
27
niet officieel
Informeel
28
nauw verbonden
Inherent
29
vernieuwend
Innovatief
30
je moet een ander ook iets gunnen
Leven en laten leven
31
bepaalde hoeveelheid leerstof, gedeelte computersysteem
Module
32
als je een vooraanstaande positie hebt, brengt dat bepaalde verplichtingen met zich mee
Noblesse oblige
33
nog niet volwassen zijn
Nog niet droog achter zijn oren zijn
34
voorbarig
Prematuur
35
vooraanstaand
Prominent
36
winstgevend
Rendabel
37
bestand
Resistent
38
gelijktijdig
Simultaan
39
stof waaruit voorwerp bestaat, materie
Substantieel
40
samenstelling, verbinding van afzonderlijke elementen tot nieuw geheel
Synthetisch
41
tijdelijk
Temporeel
42
platvloers, plat, alledaags
Triviaal
43
er dreigt van twee kanten gevaar
Tussen twee vuren zitten
44
alles doen wat een ander zegt
Uit iemands hand eten
45
afwisselend, veranderlijk
Variabel
46
als vervanger de plichten vullen
Wil jij de honneurs waarnemen?
47
als eerste beginnen
Wil jij de spits afbijten
48
Rangorde naar diensttijd
Anciënniteit
49
Bijlage of toevoeging
Annex
50
Jaarlijkse aflossing of uitkering
Annuïteit
51
Zonder gevoel of emotie, lusteloos
Apathisch
52
Aanvulling of bijlage, bijvoorbeeld in een boek
Appendix
53
Leer van de mens als natuurhistorisch wezen
Antropologie
54
Lijst van geraadpleegde boeken en bronnen
Bibliografie
55
Overeenstemming van mening binnen een groep
Consensus
56
Grondwettelijk
Constitutioneel
57
Vaag, onscherp of verspreid
Diffuus
58
Vasthoudende leer of leerstelling
Dogma
59
Uitstoot van gassen of stoffen
Emissie
60
Zich in iemand anders kunnen inleven
Empathisch
61
Hoe vaak iets voorkomt in een bepaalde periode
Frequentie
62
Onenigheid, wrijving tussen personen of groepen
Frictie
63
Haatcampagne, ophitsing tegen iemand
Hetze
64
Overdrijving in taalgebruik
Hyperbool
65
Met ingehouden woede
Ik zat daar met kromme tenen
66
Af en toe voorkomend, niet regelmatig
Incidenteel
67
Geleidelijk, in kleine stapjes
Incrementeel
68
Allesomvattend, volledig
Integraal
69
Voorlopig verslag
Interim-rapport
70
Winstgevend, veel geld opleverend
Lucratief
71
Schitterend, briljant
Lumineus
72
Randpositie binnen een groep of samenleving
Marginaliteit
73
Beweeglijkheid, mogelijkheid om zich te verplaatsen
Mobiliteit
74
Klein maar belangrijk verschil of verfijning in betekenis
Nuance
75
Weglating, iets dat ontbreekt
Omissie
76
Afwijkend van de traditionele regels of normen
Onorthodox
77
Schijnbare tegenstrijdigheid die toch waar kan zijn
Paradox
78
Iemand die buitengesloten wordt door de samenleving
Paria
79
Nepgeneesmiddel zonder werkzame stof
Placebo
80
Iemand die zich slimmer voordoet dan hij is
Pseudo-intellectueel
81
Ongunstige gevolgen van een actie of beslissing
Repercussies
82
Beperking, voorbehoud
Restrictie
83
Verbetering van een foutief bericht
Rectificatie
84
Zittend, weinig bewegend leven of werkend
Sedentair
85
Nabootsing of voorstelling van een situatie
Simulatie
86
Belangrijkste doel of focus van beleid of strategie
Speerpunt
87
Stilstand, gebrek aan vooruitgang of ontwikkeling
Stagnatie
88
Iemand een stempel opplakken, negatief labelen
Stigmatiseren
89
Kenmerkende klank van een stem of instrument
Timbre
90
Gespreksonderwerp
Topic
91
Omvorming of ingrijpende verandering
Transformatie
92
Iedereen is het ermee eens, eensgezind
Unaniem
93
Een niet te verwezenlijken ideaal
Utopie
94
Huidig geldend, van kracht zijnde wetten of regels
Vigerend
95
Ze zijn elkaars concurrent
Ze vissen in dezelfde vijver