achtergrond & ABM Flashcards
(41 cards)
1
Q
eerste fase van de epidemiologische transitie
A
- overlijdens
- veel overlijdens = door natuurlijke aandoeningen
- slechte hygiene vb: samenleven met dieren
- mensen met weinig weerstand = kinderen, immunosupressie & letsels - levensverwachting
- 1/3 kinderen gingen niet voorbij 3J
- 1/2 kinderen gingen niet voorbij 7J
- hoge overlijdensratio x hoog sterfte cijfer
2
Q
tweede fase van de epidemiologische transitie
A
- daling in mortaliteit zuigelingen
- na WOII = babyboomers
- niet meer samenleven met dieren
- hygiëne & ontsmettingmiddel
- antibiotica - rol van overdraagbare aandoeningen wordt kleiner
- vooral in hoge inkomen landen
- mortaliteit door niet overdraagbare aandoeningen
–> metabool & cardiovasculair
- aandoeningen die een tijd nodig hebben voor installatie
- deze tijd krijgt het door ouder worden
- mede door voeding, drinken, roken… - gevolgen
- drop in overlijden maar gelijkblijven van geboortes
- nu = door geneeskunde deze aandoeningen zo lang mogelijk blijven uitstellen
–> nieuw tijdperk van chroniciteit
- gevolg = typering van bevolking wordt volledig anders door gestegen levensverwachting
3
Q
andere transities
A
- demografische transitie
- door epidemiologische transitie
- 1800 = 28j
- 1950 = verdubbeld
- nu = 20% stijging = 85j
- einde is niet nabij = 90j wordt verwacht - andere gegevents
- 1950 = 7% 65+
- 2000 = 10%
- nu = 18-19%
- 2060 = 25% - klinische transitie
- zorg voor ouderen kunnen voorzien
- 85j = 20k per jaar zorg idpv 5k bij 50j
- belang preventie vormen voor chronische aandoeningen
4
Q
probleem stelling van vergrijzing
A
- sociale zekerheid
- stelsel dat zorgt voor hulp bij sociale lasten
- voor alle bewoners
- ziekte -> ziekte uitkering
- werkloos -> werkloosheid uitkering
- kinderen -> kindergeld
- geld = belasting - afhankelijkheidsratio
- beroeps-actieve tov. gepensioneerde
- 1990 = 4/5 tov. 1
- nu = 2/3 tov. 1
- toekomst = 1 op 1 of zelf omdraaien
5
Q
probleem van shift in afhankelijkheids ratio
A
- ontgroening = groene druk
- minder mensen die economisch actief zijn
- inkomsten - vergrijzing = grijze druk
- meer mensen die economisch inactief zijn
- uitgaven - witte druk
- 80 jarigen die significant hogere kosten meedragen
- schatting op verdubbeling komende 10-15j
- schatting 6x tegen 2050
- schatting 8x 100-plussers
6
Q
witte druk
A
- morbiditeiten
- hogere kans op chronische ziekte
- hogere kans op multi-comorbiditeit = meerdere ziektes
- polyfarmacie wordt alsmaar meer belangerijk
–> op 75j is er maar 25% dat geen medicatie neemt - rusthuizen
- nu = 100k bedden in 1.600 WZC
- nood aan 185k in 2030 = 800 WZC extra
7
Q
grafische weergaven van vergrijzing
A
- leeftijdsdiagram
- top wordt breder
- basis & buiken worden smaller - als volume
- enige wijzigingen mogelijk
- als intrede = geboorte
- als uittrede = sterfte
8
Q
oorzaken van minder intredes
A
- eerste kind
- leeftijd schuift verder op = richting 30j
- vroeger = man werken & vrouw opvoeden
- nu = vrouwen studeren, werken & vrije tijd - enige kind
- snelller tevreden met 1 kind
- denataliteit = daling van vruchtbaarheidscijfer
- 1960-70 = 2+ per vrouw
- nu = 1,5 per vrouw
9
Q
oorzaken van minder uittredes
A
- levensverwachting
- stijging
- snelheid van stijging is aan vertragen - verschil mannen & vrouwen
- vrouwen is sterke ras = 4j langer
- boven 60j = 100 mannen tov. 140 vrouwen
- 70% populatie WZC = vrouwen
- verschil wordt wel kleiner - verklaring verschil
- mannen nemen gezondere levensstijl aan
- vrouwen omgekeerde
- vrouwen hebben hogere disability ratio - levensverwachting
- met goede gezondheid na 65j = 8,5 voor mannen & 9j voor vrouwen
- zonder beperkingen = 7, voor mannen & 8j voor vrouwen
10
Q
morbiditeit
A
- morbiditeitsverloop
- morbiditeit = krijgen van ziekte
- overlijden = sterven door ziekte - aanpassingen van morbiditeitsverloop
- levensverlenging = overlijden uitstellen
- shift naar rechts = morbiditeit & overlijden uitstellen
- morbditeitscompressie = morbiditeit uitstellen & overlijden korter maken
–> to delay, ease & shorten the final countdown
11
Q
professioneel standpunt tov. vergrijzing
A
- jobmarkt
- grote groeimarkt in de gezondheidszorg
- weinig intresse in richting - oozraak = prestige ladder van pathologie
- liever hebben als zorgverlener
- terughoudend naar chronische aandoeningen - kenmerken
- abrupte pathologie
- kort tijdsbeeld
- lagere ernst van problematiek
- lagere complexiteit
- jongere paitenten
- mooi gekoppeld aan diagnose
- recept voor behandelingswijze
- to cure = volledig geneesbaar door therapie
12
Q
revalidatie bij VERouderen
A
- inhoud
- laatste fase zo kort mogelijk & zo laat mogelijk
- preventief werk vanaf 50j - veranderingen bij ouderworden
- spierkracht = max op 30j & 15J plateau voor sterke drop
- afname evenwicht progressief vanaf 20j
- afname VO2-max progressief vanaf 20 = oefenen remt afname
- osteoprose
13
Q
fysieke activiteit bij ouderen
A
- definitie
- lichaams beweging door spiercontractie
- energie verbuik substantieel verhogen - types FA
- basis = kleden, wassen, eten, kuisen, …
- professionele
- recreatieve
- gezondheidsbevorderende - gezondheidsbevorderende FA
- oefenen of oefentherapie = onder begeleiding
- met plan = doel
- met structuur = FITT
- met repetitie - stijging fysieke fitheid
- kracht
- uihouding
- posutrale controle
- flexibiliteit & mobiliteit
- fysieke fitheid = ADL taken met genoeg energie uitvoeren om functioneel performant te zijn
14
Q
preventie door oefenen
A
- preventie
- primaire preventie = voorkomen van aandoening
- secundaire preventie = vroegtijdige diagnose & therapie
- tertiatire preventie = voorkomen van erger worden - primaire preventie = 20-25% minder kans op
- hartaandoeningen
- CVA
- hoge bloeddruk ≈ medicatie
- diabetes
- heupfractuur - vallen
- 1/3 65+ valt 1x per jaar
- 30% daling
- ook minder erg indien toch vallen
15
Q
gezond verouderen
A
- definitie
- geen majeure chronische aandoeningen
- geen majeure cognitieve stoornissen
- geen belangerijke fysieke beperkingen
- goede mentale gezondheid - effect van bewegen
- inactief blijven = RR van 1 = referentie
- inactief worden = RR van 2,5
- actief worden = RR van 3,5
–> oefenen op latere leeftijd geef took winst ondanks alreeds beperkingen
- actief blijven = RR van 9,5
16
Q
gevolgen van vergrijzing op kinesitherapie
A
- belastingsproblematiek
- coping in besparingsmodus
- verhoging van kosteneffectiviteit
- evidence INFORMED practice - onderdelen
- wetenschappelijke evidentie
- wensen van patiënten
- on/mogelijkheden van patiënten
- ervaring van zorgverstrekkers - toepassing
- assesment door meting
- omzetten naar praktijk uitvoering
17
Q
ABP
A
- assessment based practice
- multidimensioneel diagnostisch proces
- indentificeren, evalueren & communiceren
- functionele outcome ouderen verbeteren - aandachtspunten
- atypische ziekte presentatie
- vele oorzaken functionele afhankelijkheid & pijn
- verminderde reservecapaciteit
- korte levensverwachting
- langere medische historiek - interactie
- chronische aandoening
- drug-dissease
- drug-drug
- zorgt voor vele nevenwerking
18
Q
doelen van ABP
A
- algemeen
- complexiteit van patient begrijpen
- grodiger doorvragen
- op meerdere delen behandelen - verhoogde
- diagnostische accuraatheid
- medische outcome & resultaat
- functionaliteit & QoL - optimaliseren
- medische behandeling
- leefomstandigheden - andere
- minimaliseren onnodig zorggebruik
- individuele lange-termijn aanpak
19
Q
onderdelen van ABP
A
- fysieke gezondheid
- anamnese
- fysische onderziek
- ziekte-specifieke indicatoren - functionele status
- ADL & iADL schalen
- functionele schalen/tests/instrument - psychologische gezondheid
- cogntitieve schalen
- affectieve schalen - sociale & omgevingsparameters
- sociaal netwerk & ondersteuning
- economische mogelijkheden
- omgevingsveiligheid & noden
20
Q
onderzoek op functie
A
- fysieke fitheid
- ROM & kracht
- gang
- 6 of 3MWT
- valvragen & Tinetti
- TUG
- timed chair rise
- HKK handknijpkracht - visus
- screeningsvragen
- tests - gehoor
- malnutritie
- screeningsvragen
- BMI
- voedingschecklists
21
Q
ander onderzoek
A
- ADL
- baden & kleden
- transfer
- toilet & continentie
- voeden - iADL
- winkelen
- telefoneren
- koken & huishoeden - andere
- dementie
- depressie
22
Q
aanpak van ABP
A
- screening in thuissituatie
- doel = zolang mogleijk thuis ouden
- test in setting van persoon
- zien van mogelijke hulpmiddelen
- zien van medicijnen = hebben hier vaak geen goed idee van
- zien van nutritioinele voorzieningen - andere
- sociale hulp
- interacties
- ouderen misbruik
23
Q
metingen ABP
A
- onderdelen
- fysieke performantie = labo
- bewegings performantie = observatie
- socio-invullende performatie = vragenlijsten
24
Q
kenmerken vragenlijsten
A
- voordelen
- snel en gemakkelijk
- accuraat beeld van functioneren in ADL
- betrekken proxy’s - nadelen
- gebrek sensitiviteit vroege fases
- veel omgevingsgebonden context = geen idee over specifieke setting
- rapporteur = ouderen overschatten zichzelf
- hogere toleratie van functionele limitaties - overschatting
- niet zeggen beperking in schrik van omgeving
- vooral antwoorden vanuit capaciteit idpv. gedrag
25
kenmerken observatie
1. voordelen
- objectief
- meer gedetailleerde informatie
2. nadelen
- minder snel & moeilijker
- artificieel
26
aanpak van vallers
1. richtlijn
- globaal probleem
- geen europese richtlijn
- 30% 65+ valt in 1j
--> percentage onveranderd
1. aanpak belgie
- Fb-pathologie
- 3j 60 beurten
2. criteria Fb pathologie
- 65+
- eerdere val
- TUG > 20s
- FTSTS > 14s of Tinetti <20/28
27
indicaties voor screening
1. mensen met courante pathologie
- letsel na valincident
- 2+ vallen afgelopen jaar
- gang/evenwichtsproblemen
1. gevolg courante pathologie
- testen RIZIV uitvoeren
- positief = recht op Fb-pathologie
- negatief = binnen 18 beurten toch valpreventie geven
1. contra-indicaties = niet meer nuttig
- palliatief
- volledige immobiliteit
- ernstige cognitieve stoornissen
28
overzicht van testen
1. lenigheid = spierlengte testen
1. evenwicht & gang
- TUG
- POMA = tinetti
- 10MWT
2. uithouding
- 6MWT
- 2MWT
3. kracht
- FTSTS
- handknijpkracht
2. algemeen
- SPPB
- EMS elderly mobility scale = meer ADL
2. cognitief
- FES fall efficacy scale = valangst bij 23+/64
- MMSE
- MOCA montreal cognitive assesment
- DOS = delirium
- GDS = depressie
29
TUG
1. uitvoering
- mag met leuningen
- mag met hulpmiddel
1. instructie
- zo rap mogelijk maar veilig
- niet lopen
2. start/stop = rug tegen leuning
- tactiel = hand op persoon
- auditief = aftellen
- visueel = chrono nog niet gestart
3. dubbeltaken
- indien willen testen = best bij deze
- verschil van 10%
30
TUG interpretatie
1. algemeen
- <12 = veilig & zelfstandig
- 12-19 = verhoogd valrisico
- 20-29 = sterk verhoogd valrisico
- >30 = hulp noodzakelijk
1. andere
- RIZIV = 20+
- noteren hulpmiddel & remgebruik
3. minimal detectable change
- gezond = 2,5-3,5s
- pathologie = 3-5s of hoger
31
Tinetti
1. POMA Performance Oriented Mobility Assessment
- evenwichtsevaluatie = POMA-balance
- gangevaluatie = POMA-mobility
1. POMA-B
- 9 taken met score 0-2
- zitbalans
- (poging tot) rechtstaan & terug gaan zitten
- evenwicht in stand (onmiddelijk na rechtstaan = eerste 5sec)
- 5x duwen met handpalme, op borstbeen
- ogen toe
- draaien
2. POMA-M
- kwalitatieve evaluatie
- normale tempo & hulpmoddelen
- score per item 0-2 met 0 = abnormaal of compensaties
- initiatie
- staplengte & hoogte
- symmetrie & continuiteit
- afgelegde pad 1 voet & voetafstand
- romp
32
FTSTS
1. uitvoering
- RIZIV = zonder leuning
- indien niet mogelijk = toch doen met
- armen gekruist
- elke keer rug terug tegen leuning
1. interpretatie
- onmogelijk = sterk verhoogd
- >17 = verhoogd
- 14-17 = matig verhoogd
- 11-14 = licht verhoogd
- <11 = geen verhoogd
1. andere interpretatie
- RIZIV = 14+
- minimal detectable change = 3s
33
MSSE
1. interpretatie
- >24 = weinig betekenis
- 18-24 = vermoegen dementie
- <18 = dementie of delirium
1. gebruik
- oriënterend
- niet goed voor mild cognitive impairement
1. MCI
- vb: parkinson
- executieve functies & ruimtelijk inzicht niet geëvalueerd
- teovoegen van clockdrawing test
- MOCA uitvoeren
34
ABC score
1. A
- TUG < 12
- loopsnelheid > 1m/s
1. B
- TUG = 12-15
- loopsnelheid = 0,6-1m/s
1. C
- TUG > 15
- loopsnelheid < 0,6m/s
35
testbatterij niveau A
SPPB short physical performance battery
1. stand-evenwicht
- 10 seconden aanhouden
- chronologisch doorlopen
- score +1 indien lukken
- bipodaal aangesloten
- semitandem
- tandemstand
2. 4m gang
- 0 = onmogelijk
- 1 = 8,7+
- 2 = 6,2+
- 3 = 4,8+
- 4 = 4,8-
2. FTSTS
- 0 = onmogelijk of 60+
- 1 = 16,7+
- 2 = 13,7+
- 3 = 11,2+
- 4 = 11,2-
3. totaal score
- 12 punten
- verband met ADL performant
- cut-off = 8/9
36
interpretatie SPPB
1. algemeen
- goed om te zien hoe goed iemand bezig is
- ook afname bij courante pathologie die algemeen idee wilt hebben
1. interpetatie
- >9 = nog niet in gevaren zone
- 4-9 = verhoogd risico op nieuwe beperkingen
--> probeer activiteiten behouden
- <4 = veel beperking
--> advies bij professional
37
testbatterij niveau B
1. PPT physical performance test
- norm voor objective fraility bepaling
- 7 of 9 items
- totaal 28 of 36
- goede validiteit & val gevoelig
2. onderdelen
- ADL
- grove & fijne motoriek
- evenwicht & stappen
1. scores op 9 item
- 24-/36 = zwak
- 17-/36 = zeer zwak
1. scores op 7 item
- 19-/28 = zwak
- 14-/28 = zeer zwak
38
7 item test
1. schrijf de volgende zin: walvissen leven in de blauwe oceaan
2. gesimuleerd eten
1. neem een boek en leg het op een plank
1. doe jas aan & uit
1. muntstuk oprapen
1. 360° draaien
1. 15m stappen
39
testbatterij niveau C
1. EMS elderly mobility scale
- 7 items
- detecteert mobiliteits verbeting beter dan BI, FAC of functional reach
- val prdictief = meervoudige vallers bij 15+/20
- klinisch verschil bij 10% of 2 punten
- totaal op 20
2. beoordeling
- lig naar zit
- lig naar lig
- zit naar stand
- stand
- gang
- stappen 6m
- fucntioneel reiken
3. scores
- zelfstandig = 18+/20 = onafh
- woonzorg = 10-17/20 = borderline mobiel
- RVT = 10-/20 = afhankelijk
40
testen van cognitie
1. testen
- MMSE mini mental state examination
- CDT clock drawing test
- MoCA montreal cognitive assessment
- TMT trail making test
1. MMSE
- screeningstest en niet diagnose
- cognitief verlies documentere
- veranderingen op te volgen
- MCI mild cogntive impariment moeilijker te berekenen
- 24-27/30 = vermindering
- 24-/20 = gedaald
41
CDT
1. CDT clock drawing test
- meer executief vermogen testen
- cirkel in diameter 10cm
- daarna vragen om tijdstip op klok te noteren
2. scoring
- 12 cijfers = 0-1
- correcte positie cijfers = 0-2
- correcte positie wijzes = 0-2
- getekende tijd correct aflezen = 0-2
- cut off = 5/7 = aandacht naar executief vermogen
2. combinatie MMSE
- 27 of hoger = 3 punten
- dan wordt score op 9 punten
- cutoff = 6