begrippen Flashcards

(115 cards)

1
Q

Tagmata

A

Onderverdeling binnen segmenten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Chelicerae

A

Gepaarde aanhangsels nabij de mond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Mandibulae

A

Kaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Biraam

A

Aanhangsels bestaan uit twee takken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Pedipalpen

A

Aanhangsels aan de kop die een rol spelen bij het uitwendig verteren van de prooi en het opnemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Cephalothorax/prosoma

A

Versmolten kop en thorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gnatobasen

A

Tandachtige structuren op de poten van degenkrabben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Chelae

A

Scharen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Chilaria

A

Kleine aanhangsels aan het eerste abdominaal segment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Flabellum

A

Structuur aan het vierde paar poten bij de degenkrab

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Trilobietlarve

A

Larve die sterk gelijkt op de uitgestorven tribolier-klasse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Carapax

A

Hard schild

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Telson

A

Staartstekel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Ovigeren

A

Extra paar poten op de kop van zeespinnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Epicuticula

A

Buitenste deel cuticula arachniden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Opisthosoma

A

Abdomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Pedunculus/pedicellus

A

Steel tussen prosoma en opisthosoma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Stercorale zak

A

Verzamelzak voor af te scheiden stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Coxale klieren

A

Secreteren afvalstoffen via poriën nabij de coxae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Lyriform orgaan

A

Spleetjes in de poten die een rol spelen bij de mechanoreceptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Pectines

A

Paar kamvormige zintuigaanhangsels op het tweede segment bij de schorpioenen met chemo- en mechanoreceptoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Capitulum

A

Vooruitstekende mondzone bij de teken en mijten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Pereion

A

Cephalothorax (eerste 13 lichaamssegmenten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Pleion
Abdomen (laatste 6 segmenten)
26
Telson
Staartstuk
27
Tergiet
Dorsale cuticulaplaat
28
Sterniet
Ventrale cuticulaplaat
29
Protopodiet
Bestaat uit een precoxa
30
Antennulae
Kleine antennes
31
Antennae
Grote antennen voor tast en chemoreceptie
32
Mandibulae
Bovenkaken
33
Maxillae
Onderkaken
34
Maxillipedae
Kaakpoten met kieuwen
35
Chelipedae
Eerste paar poten met de cheli/scharen
36
Pereiopoda
Eerste twee: lopen en grijpen
37
Pleiopoda
Zwempoten
38
Uropoda
Vormen met het telson een grote vin
39
Cardia
Voorste kamer maag
40
Gastrolithen
Door de cardia gerecupereerde calcium-kristallen uit de afgestoten cuticula
41
Pylorus
Kleinere kamer
42
Naupliusoog
Bevat 3-4 ocelli
43
Ecdysone
Vervellingshormoon bij crustaceae
44
Megalops
Postlarve bij krabben
45
Zoea
Larve bij blauwe krabben
46
Nauplius
Larvale vorm bij primitievere Crustacea
47
Rostrum
Voorste eind van de carapax bij hogere kreeften
48
Marsupium
Holte bij de pissebedden waar de jongen worden uitgebroed.
49
50
Forcipulen
Tot gifklauwtjes omgevormde pootjes van het eerste segment bij duizendpoten.
51
Gnathochilarium
Onderlip bij miljoenpoten
52
Apterygoot
Primitief en vleugelloos
53
Pterygoot
Gevleugelde insecten
54
Exopterygote/Hemimetabola
Vervelt slechts geleidelijk of niet van vorm
55
Nimf
Komt uit het ei bij de hemimetabolen
56
Instar
Vervellingsstadium
57
Imago
Gevleugeld adult
58
Holometabola/Endopterygota
Veranderen tweemaal in hun leven drastisch van vorm (rups – pop – vlinder)
59
Popa
Stadium na het larvale
60
Elytra
Dekschild
61
Proventriculus
Gespierd orgaan met chitineus kauwapparaat
62
Taenida
Spiraalvormige verdikkingen in de spiracula
63
Tracheolen
De fijnste vertakkingen van de tracheeën
64
Tympanum
Chitineus membraan in het abdomen
65
Aedeagus
Penis bij uniramia
66
Cleidoïsch ei
Zelfvoorzienend ei
67
Ovipositor
Aanhangsel afgeleid van 8e en 9e segment
68
Nuxiale vlucht
Bruidsvlucht
69
70
Ossicula
Kalkplaatjes
71
Pedicellariae
Kleine pincetachtige tangetjes op de huid
72
Papulae
Ademhaling en excretie via uitstulpingen
73
Ambulacraalvoetjes
Aanhangsels van watervaatstelsel
74
Madrepoorplaat
Zeefachtige opening die zeewater binnenlaat
75
Steenkanaal
Cilia-bevattend kanaal naar het ringkanaal
76
Ambulacraalgroeven
Groeven waarin de ambulacraalvoetjes liggen
77
Perivisceraal coeloom
Rond de ingewanden
78
Perihemaal systeem
Buizen rond het hemale systeem
79
Axiale sinus
Centrale verticale weefselstreng tussen ringen
80
Pylorische caece
Organen in armen
81
Bursae
Ademhalingsopeningen bij slangsterren
82
Periproct
Anuszone bij zee-egels
83
Lantaarn van Aristoteles
Complex kauwapparaat met tanden en spieren
84
Pinnulae
Zijtakken bij zeelelies
85
Calyx
Skeletdoos van zeelelie
86
Buisjes van Cuvier
Uitschietbare buisjes tegen predatoren
87
88
Buccaal diverticulum
Dorsale structuur in mondregio
89
Glomerulus
Sinus in de proboscis
90
Tornarialarve
Larven lijkend op bipinnarialarve
91
Notochord
Flexibele dorsale staafstructuur
92
Neoteen
Behoud larvale kenmerken bij volwassen stadium
93
Craniata
Dieren met een goed ontwikkelde schedel
94
Acrania
Chordata zonder schedel
95
Urochordata
Chordaten met chorda enkel in de staart
96
Tunicata
Larven kikkervisachtig
97
Cephalochordata
Chordata met behoud van alle kenmerken
98
Pyrosomen
Kolonies die licht geven
99
Velum
Tussenschot tussen mond en pharynx
100
Caecum hepaticum
Leverblindzak die verteringsenzymen afscheidt
101
Wielorgaan
In mond van lancetvisje
102
Arcualia
Kraakbeenstukjes bij Agnatha
103
Ammocoete
Larve van prikken
104
Heterocercale staartvin
Dorsale lob groter dan ventrale
105
Pterygopood
Copulatie-orgaan bij vissen
106
Aestivatie
Metabole rust in slijmcocon bij longvissen
107
Bichirs
Luchtademende vissen met kwastvinnen
108
Choanae
Verbinding neusgaten en mondholte
109
Amplexus
Voorpoot-omhelzing bij paring kikkers
110
Urostyl
Wervels versmolten voor krachttransmissie
111
Cleidoïsch ei
Zelfvoorzienend ei voor bescherming en voeding
112
Amnioot ei
Bevat waterzak en andere vliezen
113
Plastron
Onderste schild van een schildpad
114
Diafragma
Scheidt borst- en buikholte bij zoogdieren
115
Joey
Jonge kangoeroe