bijvoeglijk naamwoorden Flashcards
(147 cards)
1
Q
favourable
A
gunstig
2
Q
convincing
A
gevondig
3
Q
available
A
beschikbaar-
4
Q
apparently/evidently
A
belijkbaar
5
Q
presumably/probably
A
vermoedelijk
6
Q
amazed
A
verwondered
7
Q
over-bearing
A
aanmatigend
8
Q
agil
A
behendig
9
Q
adorable
A
aanbiddelijk
10
Q
reasonable
A
redelijk
11
Q
primarily
A
voornamelijk
12
Q
wide/broad
A
breed
13
Q
narrow (2 options)
A
smal / nauw
14
Q
circular (2 options)
A
rond cirkelvormig
15
Q
straight
A
recht
16
Q
square
A
vierkant
17
Q
triangular
A
driehoekig
18
Q
spicy
A
gekruid
19
Q
dirty
A
vuil
20
Q
foreign
A
buitenlands
21
Q
full
A
volledig
22
Q
hard
A
hard moeilijk
23
Q
local (2 options)
A
lokaal plaatselijk
24
Q
noisy
A
lawaaierig
25
whole
geheel
26
many
veel
27
much
veel
28
part
deel
29
very (2 options)
zeer erg
30
flattering
vleiend
31
few/little
weinig
32
bright, clear
helder
33
busy/crowded, hyperactive
druk
34
clumsy, rude
lomp
35
common,usual
gebruikelijk
36
complete
compleet
37
double
dubbel
38
enthusiastic
enthousiast
39
even, same
gelijk
40
fat, awesome
fet
41
fierce, intense
fel
42
fine, pleasant, nice
fijn
43
first
eerste
44
flat
plat
45
just, righteous
rechtvaardig
46
kind, friendly
aardig
47
loose
los
48
mean, unkind
gemeen
49
multiple
meerdere
50
other, different
ander
51
remarkable, special
bijzonder
52
rubbery
rubberachtig
53
fluffy
pluizig
54
crispy
krokant
55
crunchy
knapperig
56
fragile
breekbaar
57
rude
grof
58
apprehensive, anxious
ongerust
59
tenacious
vasthoudend
60
suspicious
verdacht
61
separated
gescheiden
62
simple
simpel
63
slippery
glad
64
sweet (person)
lief
65
uneven
oneven
66
usable
bruikbaar
67
whole
heel
68
generous (2)
gul, royaal
69
zurückhaltend
afzijdig
70
aufregend
opwindend
71
anregend
stimulerend
72
selbstsüchtig
zelfzuchtig
73
bekannt, unbekannt
bekend, onbekend
74
Frech
ondeugend
75
widerlich
walgelijk
76
niedlich
schattig
77
unversehrt (unscathed)
ongedeerd
78
zaghaft (timid)
verlegen
79
ermutigend
aanmoedigend
80
entmutigend
ontmoedigend
81
Hit and Miss
wisselvallig
82
begrenzt (limited, restricted)
beperkt/begrenst
83
fähig (2)
in staat, bekwaam
84
fleißig
ijverig
85
effizient
efficiënt
86
entspannend
ontspannend
87
beunruhigend
verontrustend
88
frustrierend
frustreerend
89
ereignisreich
veelbewogen
90
vorteilhaft
voordelig
91
Zeitaufwendig (time-consuming)
tijdrovend
92
mühsam (laborious)
moeizaam
93
anregend
stimulerend
94
nervenaufreibend
zenuwslopend
95
produktiv
productief/vruchtbaar
96
herzerwärmend
hartverwarmend
97
belastbar (resilient)
veerkrachtig
98
ehrgeizig
eerzuchtig, ambitieus
99
neugierig
nieuwsgierig
100
gierig
hebzuchtig, gulzig
101
einmischend (meddlesome)
bemoeizuchtig
102
ärgerlich
vervelend
103
knifflig
lastig
104
verwirrend
verwarrend
105
willkürlich
willekeurig, arbitrair
106
bedrohlich
bedreigend
107
beträchtlich
aanzienlijk
108
von Bedeutung
(on)beduidend
109
erneubar
hernieuwbaar
110
nachhaltig
duurzam
111
glaubwürdig
geloofwaardig
112
vermeidbar (preventable, avoidable)
te voorkomen, vermijdbaar
113
(un)erträglich
(on)draaglijk
114
vorhersagbar
voorspelbaar
115
widersprüchlich
tegenstrijdig
116
heuchlerisch
schijnheilig, hypocriet
117
umstritten (controversial)
controversieel
118
attraktiv
aantrekkelijk
119
schlecht gelaunt
slecht gehumeurd
120
gesprächig, redselig
spraakzaam
121
glänzend
glimmend
122
gedreht (rotated)
gedraaid
123
verdreht (twisted)
verdraaid
124
anstrengend
inspannend
125
unvergesslich
gedenkwaardig
126
charismatisch
charismatisch
127
bedauerlich
betreurenswaardig
128
atemberaubend
adembenemend
129
schmerzhaft
pijnlijk
130
angenehm
plezierig
131
entschlossen (resolute)
vastberaden
132
definierbar
definieerbaar
133
zügig
spoedig
134
widerlich, abstossend (revolting)
walgelijk
135
distasteful
onsmakelijk
136
ekelhaft
misselijk
137
elend
ellendig
138
schüchtern
verlegen
139
rebellisch, aufmupfig
opstandig
140
proaktiv
proactief
141
manageable
beheersbaar
142
anfällig
vatbaar
143
beeindruckbar (impressionable)
beïnvloedbaar
144
allmählich
geleidelijk
145
zunehmend
in toenemende mate
146
vergesslich
vergeetachtig
147
ahnungslos
onwetend
