Dat ik je Mis: Maaike Ouboter Flashcards
(75 cards)
1
Q
to kiss
A
kussen
2
Q
to soothe, appease
A
sussen
3
Q
to hug
A
omhelzen
4
Q
rest assured (me)
A
gerust me (wees gerustgesteld)
5
Q
catch
A
vangen
6
Q
endlessly
A
oneindig
7
Q
dissolve me (dissolve)
A
ontbang me (ontbangen)
8
Q
to call
A
roepen
9
Q
to hear
A
hooren
10
Q
to rescue/save
A
redden
11
Q
to disturb
A
verstoren
12
Q
to believe
A
geloven
13
Q
to rob
A
beroven
14
Q
to choke
A
verstikken
15
Q
to stun/anaesthetise/numb
A
verdoven
16
Q
to breathe
A
ademen
17
Q
to live
A
leven
18
Q
to shiver/shudder
A
sidderen
19
Q
to tremble
A
beven
20
Q
to trust
A
vertrouwen
21
Q
to contemplate, view, consider, regard
A
beschouwen
22
Q
to restrain, hold back
A
weerhouden (ook achterhouden)
23
Q
that show up
A
die op komen dagen (geen werkwoord)
24
Q
finite
A
eindig
25
the luck, happiness
het geluk
26
the curl (b.v haar)
de krul
27
laugh/smile
lachen
28
the voice
de stem
29
close
dichtbij
30
the angel
de engel
31
to soften/mitigate/alleviate
verzachten
32
to flow through
doorstromen
33
infinite, endless
oneindig
34
the emptiness/void
de leegte
35
to brake
remmen
36
to tame
temmen
37
to stir
roeren
38
to move
bewegen
39
to miss
missen
40
to grab
grijpen
41
to snatch
grissen
42
to want
willen
43
to play (you)
bespeelen (je)
44
to command
bevelen
45
to stay
blijven
46
to pine, yearn
smachten
47
hold me
houd me vast
48
the thought, the thoughts
het gedacht, de gedachten
49
I look for you (search) in everything around me.
ik zoek je in alles om me heen.
50
Can't help that I miss you sometimes.
Kan ik het niet helpen dat ik je soms mis.
51
to smother/stifle
smoren
52
to freeze
befriezen
53
to redeem/save
verlossen
54
to lose
verliezen
55
to embrace
omarmen
56
to heat
verwarmen
57
to see
zien
58
to feel
voelen
59
to stroke, caress, fondle, pet (1- 'A')
aaien
60
to stroke, caress, fondle, pet (2- 'S')
strelen
61
to cuddle
knuffelen, kroelen
62
to mature/ripen
rijpen
63
to understand
begrijpen
64
to confuse
verwarren
65
to deceive
misleiden
66
to scare/put-off
afschrikken
67
the smile
de glimlach
68
the tear(s)
de traan(en)
69
the love
de liefde
70
to experience, the experience
beleven (de beleven ?)
71
to liberate, to free
befrijden
72
letting go
loslaten
73
to extinguish (2- 'D' en 'B')
Doven / Blussen
74
to rest
resten
75
to desire
verlangen
