BIO SE1 H8 Flashcards
(30 cards)
Beperkende factor
De factor die het minst gunstig is (en daardoor de snelheid van een proces bepaalt)
Melkzuur
Stof die bij gisting kan ontstaan; ontstaat in een zuurstofarme omgeving doordat melkzuurbacteriën glucose afbreken
Gisting / Anaerobe dissimilatie
Dissimilatie van glucose zonder zuurstof
Alcohol
Stof die bij gisting kan ontstaan en die veel chemische energie bevat
Aerobe dissimilatie / verbranding
Dissimilatie van glucose met zuurstof
Fosfolipiden
één vetzuur van het triglyceride vervangen door een fosfaatgroep
Eiwitten
Ketens van enkele tientallen tot meer dan duizend aminozuren
Cellulose
Polysacharide die het hoofdbestanddeel is van de celwanden van planten; door de binding tussen de glucosemoleculen vormen enkele tientallen cellulosemoleculen samen een stevige structuur
Glycogeen
Polysacharide die bij dieren in de lever en in spieren wordt gevormd; bestaat uit meer dan twintigduizend glucosemoleculen en is sterk vertakt; reservestof
Zetmeel
Polysacharide die in de bladgroenkorrels en zetmeelkorrels van plantaardige cellen wordt opgebouwd uit ongeveer zesduizend glucosemoleculen; reservestof
Koolhydraten / sachariden
Moleculen die zijn opgebouwd uit koolstof, waterstof en zuurstof en in de cel vooral een functie als bouwstof, brandstof en reservestof hebben
Bladgroenkorrels
Bevatten bladgroen en enzymen waardoor fotosynthese kan plaatsvinden
Bladgroen
Pigment dat energie uit licht kan opnemen en omzetten
pH
zuurgraaf
Optimumkromme
Diagram dat het verband tussen bijvoorbeeld de temperatuur en de enzymactiviteit weergeeft
Enzym-substraatcomplex
Ontstaat wanneer een substraatmolecuul aan een enzymmolecuul bindt
substraat
Stof waarop een enzym inwerkt
katalyseren
Chemische omzettingen mogelijk maken of versnellen, word zelf niet gebruikt bij reactie
enzymen
Eiwitten die chemische omzettingen katalyseren (mogelijk maken of versnellen)
ADP / adenosinedifosfaat
energiedrager molecuul 2 fosfaat groepen (niet opgelade baterij, kan geen energie afgeven)
ATP adenosinetrifosfaat
energiedrager molecuul 3 fosfaat groepen (opgelade batterij)
voortgezette assimilatei
process waarbij grote organische moleculen met veel energierijke bindingen ontstaan (glucose —> andere stof)
lichtenergie
wordt bij fotosynthese door planten & cynobacterieen gebruikt voor het maken van glucose
fotsythese / koolstofassimilatie
proces waarbij planten en cyanobacterieen lichtenergie gebruiken voor de vorming van glucose