cardiovasculaire stelsel 4 Flashcards

(33 cards)

1
Q

naam antigenen bij rode bloedcellen

A

agglutinogenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

andere naam geelzucht

A

icterus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

in welke weefsels zitten witte bloedcellen

A

zwezerik
amandelen
milt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn de kenmerken van witte bloedcellen in de bloedbaan

A

ameuboide bewegingsvorm
diapedese
chemotaxis
fagocyteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn ameuboide bewegingen

A

maakt uitstulpingen in cytoplasma waardoor deze voortbeweegt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is diapedese

A

kunnen door de epitheelwand van het bloedvat gaan om lichaamsvreemde cel aan te vallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is (positieve) chemotaxis

A

chemisch worden aangetrokken tot lichaamsvreemd materiaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is fagocytose

A

: lichaamsvreemd materiaal vernietigen (opeten)

aspecifieke afweer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is specifieke afweer

A

lichaam maakt antistoffen aan zodat als het opnieuw in contact komt lichaam ziektekiem herkent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is een neutrofiel

A

meest voorkomend
komen eerst aan bij infectie of lichaamsvreemd materiaal
korte levensduur
zit in pus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

waaruit bestaat pus

A

dode neutrofielen, celfragmenten, afvalstoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn eosinofielen

A

granulocyten die kleurbaar zijn met eosine, vooral zichtbaar bij allergische reacties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn basofielen

A

produceren heparine en histamine,

heparine: antistollingsmiddel,

histamine: verergert ontstekingsreactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat zijn lymfocyten

A

specifieke afweer

antistoffen aanmaken (lichaam herkent ziektekiem)

ontstaat niet uit zelfde stamcel als andere witte bloedcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

minst voorkomende leukocyt

A

basofielen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is een monocyt

A

macrofagen
grote vreetcel
effectief
grote lichaamsvreemde materialen opeten

16
Q

wat doet een bloeduitstrijkje

A

spreiding soort leukocyten bekijken, zien of er een stijging van een soort is

17
Q

wat is leukopenie

A

tekort aan witte bloedcellen, kan bv zijn teveel worden afgebroken of te weinig worden gemaakt

18
Q

wat is leukocytose

A

teveel witte bloedcellen, bij infecties

19
Q

wat is leukemie

A

extreem hoge dosissen witte bloedcellen (kanker)

20
Q

wat is een megakaryocyt

A

een cel waarvan stukjes cytoplasma losbrokkelen (zit membraan rond) dit zijn dan trombocyten

21
Q

1/3 van bloedblaatjes zit niet in circulatie, waar zitten deze

22
Q

zijn er meer trombocyten dan witte en rode bloedcellen

A

enkel meer dan witte
minder dan rode

23
Q

hoeveel trombocyten zitten er ong in een microliter

A

100-500 duitzend

24
wat is trombocytopenie
te weinig, problemen met stollen, soms spontane bloedingen
25
wat is trombocytose
te veel, infectie, kwaadaardige tumoren
26
wat zijn de fases van bloedstolling
vasculaire fase bloedplaatjesfase coagulatiefase retractie
27
andere naam voor bloedstolling
hemostase
28
wat is de vasulaire fase
1. meteen na beschadiging 2. bloedvatspiertjes trekken samen 3.endoteel laagje in bloedvat wordt kleverig
29
wat gebeurt er als bloedvatspiertjes samentrekken bij verwondingen
verminderd bloeduitstroom
30
wat gebeurt er in de bloedplaatjesfase
1. zelfde tijd als vasculaire fase 2. trombocyten gaan plakken tegen binnenwand, propje ontstaat
31
wat gebeurt er tijdens de coagulatiefase
1. 30 seconden na beschadiging 2. fibrinogeen wordt omgezet in fibrine, deze draadjes zorgen ervoor dat rode bloedcellen blijven hangen = korst
32
wat gebeurt er tijdens retractie
bloedplaatjes trekken samen dus wond komt korter samen bij elkaar te staan