H6: Prestatiemanagement Flashcards

(95 cards)

1
Q

Wat is prestatiebeoordeling?

A

Evaluatie die formeel, periodiek en systematisch plaatsvindt.

Dit geeft een leidinggevende de kans om na te denken over zijn medewerkers en eigen leiderschap en die eventueel
bij te sturen of te coachen. Zo krijgen medewerkers ook regelmatig feedback over hun sterke en zwakke punten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is prestatiemanagement?

A

Gaat nog verder dan perstatiebeoordeling: de gemeten prestaties worden afgestemd op de strategisch doelen van de organisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de beoogde bijdragen van prestatiemanagement aan HRM?

A
  • Motivatie om te presteren is hoger
  • Managers krijgen inzicht in de capaciteiten van medewerkers
  • Functiedefinities en -criteria worden verduidelijkt
  • Zelfinzicht en ontwikkeling worden verhoogd
  • Werknemers worden competenter
  • De doelen van een organisatie worden duidelijker gemaakt
  • HR-beslissingen (promoties) verlopen eerlijker
  • Meer bescherming voor een organisatie tegen mogelijker gerechtelijke procedures
  • Beter en concreter onderscheid tussen goede en slechte presteerders
  • Visie van leidinggevenden op presentaties worden duidelijker gecommuniceerd
  • Organisationele veranderingen worden gemakkelijker gemaakt
  • Betrokkenheid en intentie om bij de organisatie te blijven is hoger
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Een systeem van prestatiemanagement bevat enkele bouwstenen die de HRM-verantwoordelijke moet kiezen. Geef deze.

A
  • Wat is de doelstelling? Waarvoor dienen de resultaten van de beoordeling? Bepaling salaris, ontwikkeling van medewerker?
  • Waarop wordt het personeel beoordeeld? Resultaten (prestaties) of gedrag?
  • Welk instrument gebruiken?
  • Wie treedt op als beoordelaar?
  • Welke training geven we aan de beoordeelaars voor een accurate beoordeling?
  • Welke gespreksvorm moeten de beoordelaars gebruiken?
  • Hoe wordt prestatiebeoordeling gecommuniceerd?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Geef de 4 brede toepassingsgebieden van prestatiemanagement in organisaties

A
  • Tussen personen-toepassingen: evalueren prestaties personeel, beloning, promoties, salarisstijging, ontslag…
  • Binnen persoon-toepassingen: feedback op individueel presteren, assessment van sterktes en zwaktes, identificeren van trainingsbehoeften…
  • Gebruik van het prestatiemanagement voor het consolideren van de globale HR-aanpak
    (strategische aspect)
    : beslissingen op macroniveau: personeelsplanning, trainingsplannen op organisatieniveau, trainingsprogramma’s en creëren van groeigericht klimaat.
  • Prestatiemanagement voor researchdoeleinden (validatie-instrument): controleren of
    voorspellingen bij de selectie correct waren, effectiviteit van een trainingsprogramma…

→ Ook discriminatie van subgroepen en vriendjespolitiek uitschakelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Resultaten en/of gedrag: wat wordt beoordeeld?

A

Op grond van welke criteria zal de persoon in kwestie worden beoordeeld? Algemeen gesteld: de criteriabepaling moet gebaseerd zijn en een gedegen functiestudie die moet garanderen dat de criteria en de meetbare criteriumconstructen relevant zijn, maar niet deficiënt en ook niet gecontamineerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de 2 benaderingen om te kiezen wat we gaan beoordelen?

A
  1. Gedragsgerichte benadering: WN’s worden beoordeeld op grond van hun gedragingen en geleverde inspanningen
    - Subjectieve criteria (bv. beoordelingsschalen) brengen dit in kaart.
    - Geschikt voor gedetailleerde feedback over gedrag van de werknemer voor eventuele toekomstige verbeteringen
    - Ook dikwijls toegepast als de resultaatgerichte benadering niet mogelijk is omdat te veel factoren waar we werknemer geen greep op heeft de resultaten kunnen beïnvloeden of indien de resultaten pas in de verre toekomst duidelijk worden.
  2. Resultaatgerichte benadering: objectieve criteria om prestaties te meten
    - Bv. via geproduceerde input
    - Vooral geschikt indien er verschillende manieren zijn om een functie goed uit te voeren. Het te bereiken resultaat is dan belangrijk, niet hoe je tot dat resultaat komt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe worden de 2 benaderingen om te kiezen wat we gaan beoordelen toegepast in de praktijk?

A

We kunnen beide benaderingen ook samen aanwenden, maar binnen strategisch HRM is er de laatste
tijd de tendens om de resultaatgerichte benadering toe te passen (→ nagaan in welke mate de
werknemer in de richting van de algemene doelstellingen van de organisatie heeft gewerkt + meer
individuele vrijheid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke soorten beoordelingsinstrumenten zijn er?

A
  1. Rangschikkingsmethodes
  2. Beoordelingsschalen
  3. Methoden van de kritische incidenten
  4. Narratieve beoordeling
  5. Management by objectives (MBO)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn rangschikkingsmethodes om te beoordelen?

Welke soorten zijn er?

A

Hierbij wordt een persoon vergeleken met een andere persoon.

  • Paarsgewijze vergelijking: in paren vergelijken om zo tot een rangschikking te komen
  • Globale rangschikking: medewerkers rangschikken van beste tot slechtste
  • Rangschikken binnen constructen: medewerkers niet langer obv. een globaal criterium rangschikken maar op grond van onderscheiden kenmerken (criteriumconstructen) (bv. leiderschap of initiatief). Men wordt dus binnen elk construct vergeleken met een referentiepersoon ipv. enkel globaal te worden vergeleken
  • Verplichte spreiding: (gebruikt wanneer het praktisch onmogelijk is grote groepen medewerkers globaal te rangschikken) Men moet medewerkers indelen in vooraf bepaalde groepen (vb. 10% in groep V (uitstekende personeelsleden), 20% in groep IV (goede personeelsleden), 40% in groep III (middelmatige personeelsleden), 20% in groep II (zwakke personeelsleden) en 10% in groep I (echt zwakke personeelsleden)) → populair bij up-or-outsysteem van loopbaanmanagement
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Geef een voordeel en een nadeel van globale rangschikking.

A

Voordeel: hoge interbeoordelaarsbetrouwbaarheid + geeft écht beeld dat leidinggevende over zijn medewerkers heeft.

Nadeel: impliceert competitie-element, onmogelijk toe te passen bij groot aantal werknemers, holistische aanpak (nuanceringen zijn niet mogelijk), niet bruikbaar voor
individuele feedback + geeft geen aanwijzingen voor coaching.
→ lijkt alleen bruikbaar om selectiebeslissingen te valideren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Geef een voordeel en een nadeel van rangschikken binnenconstructen

A

Voordeel: niet langer holistisch + feedbackmogelijkheden

Nadeel: competitie-element nog steeds aanwezig, moeilijke vergelijking tussen
afdelingen dus lastig om resultaten voor de totale onderneming te integreren +
globale visie blijft nog steeds predominant en zal het geheel toch nog beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Geef het nadeel van verplichte spreiding.

A

Nadeel: weerstand bij managers: vinden groep soms gewoon goed + die verplichte spreiding (soms is er gewoon echt niemand die erg zwak presteert want ze werden
allemaal aangeworven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke soorten beoordelingsschalen zijn er?

A
  1. Grafische beoordelingsschaal
  2. Gedragsobservatieschaal
  3. Gedragsverankerde beoordelingsschaal
  4. Gemengde standaardschaal
  5. Relatieve percentielmethode
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een grafische beoordelingsschaal

A

Beoordeelaar moet op een schaal een punt aankruisen dat overeenkomt met de evaluatie van de prestatie van de
medewerker.

Verschillende soorten:
- Zonder numerieke of verbale ankers (positief voor aversie tegen cijfers) => Weinig gebruikt
- Numerieke waarden als anker voor beoordeling
- Met korte verbale omschrijving
- Semantische dferentiaalschaal: aan de twee uiteinden van de schaal kenmerkende kwalificaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Geef een voor- en nadeel van grafische beoordelingsschalen.

A

Voordeel: Eenvoud

Nadeel:
- Onduidelijke definiëring constructen (wat is tijdsmanagement?) en prestatieniveaus (wat is zwak?) → leidt tot inconsistente beoordelingen
- Vatbaar voor allerlei beoordelingseffecten (halo-effect)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is een gedragsobservatieschaal?

A

Hierbij wordt geen evaluatie van de beoordelaar gevraagd, men moet enkel aangeven hoe frequent specifieke gedragingen zich voordoen gedurende een bepaalde periode. Vaak via een checklist van allerlei items die een operationalisatie zijn van een globaal construct.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Geef de voor- en nadelen van de gedragsobservatieschaal.

A

Voordelen
- Hoge informatiewaarde
- Kan als startpunt dienen voor feedback en coaching
- Psychometrisch adequaat: hoe meer waarnemingen, hoe betrouwbaarder

Nadelen
- Voor verschillende jobs of onderscheiden niveaus moeten verschillende vragenlijsten worden gemaakt → daarom vaak het minst realistisch.
- Onderzoek toont aan dat de schalen er niet in slagen subjectieve evaluatieve aspecten uit te bannen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is een Gedragsverankerde beoordelingsschaal?

A

In prestatiemanagement niet meer weg te denken. Ze bevatten gedragsvoorbeelden voor de verschillende prestatieniveaus. Op die manier worden zowel competenties als prestatieniveaus duidelijk gedefinieerd. (bv. hij is altijd vriendelijk of hij denkt na over de degelijkheid van zijn werk)

Wel tijdsintensief.

3 fasen:
1. Relevante gedragingen worden geïnventariseerd via gesprekken met personeel.
2. De groepering wordt gecheckt: vragen aan andere groep personeelsleden de gedragingen opnieuw toe te wijzen aan de competenties.
3. Voorlopige lijst laten beoordelen door nog een andere groep. Zij bepalen effectiviteit van elke gedragsbeoordeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Geef de voor- en nadelen van een Gedragsverankerde beoordelingsschaal

A

Voordelen
- Competenties en prestatieniveaus duidelijk omschreven
- Evaluatie wordt gefaciliteerd
- Beoordeelden + beoordelaar staan meestal positief tov. deze schaal (want ze werken hier vaak actief aan mee)

Nadelen
- Lang constructieproces + moet worden herhaald per functie
- Cruciaal dat gedragsankers representatief zijn anders vertekende beoordeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is een Gemengde standaardschaal?

A

Bevatten ook gedragsvoorbeelden, maar deze schalen meten altijd diverse constructen. Voor elk construct zit er telkens een item in dat betrekking heeft op uistekende prestaties, één op
middelmatige en één op slechte prestaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Geef de voor- en nadelen van een gemengde standaardschaal.

A

Voordeel
- Vergemakkelijkt de beoordelingstaak

Nadeel
- Complex scoringssysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is de Relatieve percentielmethode?

A

Ontworpen om beoordelingsinflatie (= iedere medewerker kreeg redelijk goede beoordelingen) tegen te gaan.

Verschillende personen worden hier tegelijkertijd beoordeeld. Per competentie worden de personen
relatief tov. elkaar en tov. een hypothetische standaard beoordeeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Geef de voor- en nadelen van een relatieve percentielmethode.

A

Voordelen
- Comparatief: bouwt voort op rangschikkingsmethode
- Maakt duidelijk dat het niet mogelijk is iedereen een goede beoordeling te geven

Nadelen
- Geen absolute methode
- Competie-element

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Wat is de Methode van de kritische incidenten?
= verzamelen van beschrijvingen van gedragingen die gepaard gaan met het opvallend slagen of niet slagen van een persoon in een gegeven functie. We inventariseren per job handelingen die rechtstreeks betekenisvol zijn voor succes of falen, dan stipt de beoordelaar de gedragingen aan die zich hebben voorgedaan. Zo beschikt de beoordelaar over een lijst met kritische gedragingen over de persoon.
26
Geef de voor- en nadelen van de methode van de kritische incidenten
**Voordelen** - Evaluerend referentiekader wordt vervangen door een beschrijvend referentiekader **Nadelen** - Gebrek aan representativiteit van de incidenten - Eist goed observatievermogen, dagelijkse discipline om alles te registreren en goede sociale vaardigheden bij bespreking van de incidenten.
27
Wat is de narratieve beoordeling?
Beoordelaar legt gedrag beoordeelde schriftelijk vast. Kan gaan om een globale ongestructureerde beschrijving maar ook mogelijk binnen aangegeven gestructureerde rubrieken gedrag van de beoordeelde te beschrijven
28
Geef de voor- en nadelen van Narratieve beoordeling.
**Voordelen** - Bevatten enkel info die relevant is voor de beoordeling - Gedetailleerd + specifieke voorbeelden **Nadelen** - Vraagt veel werk van beoordelaar + vaak heel sec Onderzoek levert wel positieve resultaten: geëxtraheerde scores kwamen goed overeen met effectieve beoordeling + bevatten vaak de typische acht constructen uit de theorie van Campbell → kan op termijn misschien via artificiële intelligentie dan worden omgezet in scores.
29
Wat is Management by objectives (MBO)?
Methode om doelstellingen te definiëren die verder bouwt op de theorie van goal-setting en bezit veel bredere toepassingsmogelijkheden dan prestatiemanagement. Een personeelslid dat werkt in een MBO systeem wordt geëvalueerd op grond van doelstellingen die hij samen met zijn leidinggevende heeft opgesteld en gedefinieerd. Het verschilt dus op twee manieren van de al besproken methodes. - Kijken of doelstellingen gerealiseerd zijn <=> persoon evalueren - Standaarden voor evaluatie niet meer enkel door management opgesteld In samenspraak worden de doelstellingen op elk niveau vastgelegd en meteen worden ook voorwaarden en middelen voor succes gedefinieerd. - **Doelsteling**: totale eindresultaat waar men naar streeft geformuleerd via SMART: specifiek, meetbaar, aanvaardbaar, realistisch en tijdgebonden - **Resultaat**: concrete realisatie van aspect van doelstelling - **Indicatoren**: realisaties waaraan we kunnen zien dat deel van de weg is afgelegd Gewoonlijk stelt de medewerker de evaluatie zelf op en wordt dit besproken met leidinggevende
30
Geef de vor- en nadelen van Management by objectives (MBO)
**Voordelen** - Van evaluatie gaan we hier naar zelfanalyse - Alleen op feiten gebaseerd - Toekomst meer centraal dan verleden → resultaatgerichte coaching **Nadelen** - Tijdsintensief - Leidinggevende en medewerker stellen vaak makkelijk haalbare doelstellingen maar ook omgekeerd: vaak veel te hoge doelstellingen - Medewerker moet ook effectief een invloed kunnen uitoefenen op doelstellingen maar sommige onvoorspelbare (economische) omstandigheden bemoeilijken dat. → doelstellingen moeten dan soms bijgewerkt worden in de tussentijd - Gevaar dat medewerker en leidinggevende zich concentreren op zuivere registratie van prestatieniveaus → niet goed voor coaching
31
Wat zegt Wetenschappelijk onderzoek naar beoordelingsinstrumenten?
De conclusie uit vele onderzoeken was dat het beoordelingsinstrument slechts minimaal effect had op de kwaliteit van de beoordeling. Dit gold vooral voor triviale discussies (bv. aantal puntschalen). Geen enkel beoordelingsinstrument had een consistent beter resultaat dan een ander. Maar! Wil niet zeggen dat ze niet belangrijk zijn! Inzicht in de verschillende instrumenten is van belang om een juiste keuze te maken bij de opbouw van een bedirjfseigen methode.
32
Wat is het doel van beoordelaarstraining?
De kwaliteit van beoordelingen verhogen ## Footnote Naast een beoordelingsinstrument vormt training een andere methode.
33
Noem de twee hoofdtypen trainingsprogramma’s voor beoordelaars.
* Gesprekken met medewerkers * Beoordelen van medewerkers op schalen
34
Geef de 4 verschillende types training
1. Rater error training 2. Dimensietraining (performance dimension training) 3. Referentietraining (frame-of-reference training) 4. Gedragsobservatietraining (behavioral observation training)
35
Wat is rater error training?
Beoordelaars leren om geen beoordelingsfouten te maken ## Footnote Fouten worden beter aangeduid als beoordelingseffecten of -tendensen.
36
Wat is dimensietraining?
Nadruk op expliciteren van te beoordelen constructen en gedragsvoorbeelden
37
Wat is referentietraining?
Beoordelaars hetzelfde referentiekader aanleren als bij het beoordelen
38
Wat houdt gedragsobservatietraining in?
Strikt onderscheid tussen observatie en evaluatie van gedrag
39
Welke training leidde tot de grootste reductie in beoordelingseffecten?
Rater error training
40
Wat is de beste aanpak om beoordelingsnauwkeurigheid te verhogen?
Referentietraining
41
Geef de verschillende typen beoordeelaar.
- leidinggevenden - Peers (collega's - Ondergeschikten - Zelf-beoordeling
42
Leg leidingegevenden als beoordellaar uit;
In 80% vd gevallen: direct leidinggevenden = beoordelaars: kent werkgever het best ivm taakgerelateerde resultaten → betrouwbaarste beoordelaars. **Beperkingen**: interpersoonlijk gedrag = minder goed geobserveerd (vooral in teamverband)+ medewerkers kunnen zich beter voordoen tov leidinggevenden. (impression management)
43
Wat is de rol van peers in beoordeling?
Laterale beoordeling biedt taakgerichte en interpersoonlijke beoordeling - Meerdere collega's dus meerdere beoordelingen - Weerstanden?
44
Wanneer treedt er weerstand op bij peerbeoordeling?
- Angst wijziging machtsstructuur organisatie (doordat je op zelfde niveau toch macht hebt over je peer) - Angst vertekeningen als gevolg van persoonsgebonden vertekeningen => Laterale beoordelingen zijn populair, sluiten aan bij tendens tot minder hiërarchie en plattere, netwerkachtige organisatiestructuur + toenemende impact van teams in organisaties
45
Noem twee voordelen van peer beoordelingen.
* Betere beoordeling van interpersoonlijke vaardigheden * Meer beoordelingen verhogen de betrouwbaarheid
46
Wat is bottom-up feedback?
Beoordeling van ondergeschikten aan leidinggevenden
47
Wat zijn de voorwaarden voor effectieve bottom-up feedback?
* Anonimiteit * Groot aantal medewerkers * Vertrouwensbasis
48
Wat zijn de grootste struikelblokken bij zelfbeoordeling?
Zichzelf te hoog inschatten en mildheid
49
Wat is 360 degree feedback?
Informatie van verschillende beoordelaars over werkgedrag van een persoon
50
Noem drie bronnen van 360 degree feedback.
* Zelfbeoordelingen * Beoordelingen door medewerkers * Beoordelingen door leidinggevenden
51
Geef de 3 gebieden van multisourcefeedback.
- Assessment (testing) - Performancemanagement - Employee opinion surveys
52
Geef het kernidee en de definitie van multisourcefeedback.
**Kernidee**: de persoon komt via informatie van anderen over zichzelf tot een groter zelfinzicht. **Definitie**: informatie over het werkgedrag van een persoon die op al dan niet gestructureerde wijze – aan de hand van vooraf bepaalde competenties en bij verschillende beoordelaars wordt verzameld met als doel de persoon inzicht te geven in de effectiviteit van zijn functioneren.
53
Wat zijn de drie fasen van het multisourcefeedbacksysteem?
1. Pretraject 2. Operationalisatie 3. Postmultisourcefeedbackfase
54
Wat is de functie van de multisourcefeedbackrapport?
Vergelijkend overzicht per competentie vanuit diverse invalshoeken
55
Wat zijn blinde vlekken in feedback?
Competenties met grote discrepantie tussen eigen oordeel en oordeel van anderen
56
Wat zijn de vijf voorwaarden voor succes bij multisourcefeedback?
* Alleen voor ontwikkeling inzetten * Anonimiteit * Externe coach * Vertrouwelijkheid * Ratee accountability
57
Wat zijn condities voor prestatieverbetering door multisourcefeedback?
* Verandering is noodzakelijk * Focale persoon voelt dat hij gedrag moet veranderen * Focale persoon gelooft dat verandering haalbaar is
58
Wat zijn functioneringsgesprekken?
=> jaarlijks terugkerend gesprek: leidinggevenden en medewerker = systematisch en intentioneel ingepland en uitgevoerd om na te gaan in welke mate doelstellingen, naar gedrag en resultaat werden bereikt en hoe ze op KT of LT kunnen worden bijgesteld: doel = optimaler functioneren realiseren. Doel: Nagaan in welke mate doelstellingen zijn bereikt
59
Welke soorten functioneringsgesprekken zijn er?
1. tell-and-sell gesprek 2. Tell-and-listen gesprek 3. Problemsolvinggesprek 4. Guidancegesprek
60
Wat zijn de kenmerken van een tell-and-sell gesprek?
* Extreem directief * Eenrichtingscommunicatie * Lokt extrinsieke motivatie uit
61
Geef de fasen van een tell-and-sell gesprek.
1. Opsommen positieve punten 2. Opsommen negatieve punten: lokt defensieve houding uit 3. (capitulatie' van de zwakke partij: beoordeelde accepteert rol en oplossing
62
Wat zijn de nadelen van een tell-and-sell gesprek?
* Risico op ja-knikkers * Geen vertrouwensbasis * Geen garantie voor gedragsverandering * Leidt tot onevenwichtige gespreksrelatie * Ofwel zal je afhankelijk verdrag vertonen, ofwel egocentrisch en rebellerend * Lange termijn: verlies van wederzijds vertrouwen, gebrek aan leermogelijkheden en een afhankelijke positie t.o.v. de beoordelaar
63
Wat zijn de voordelen van een tell-and-sell gesprek?
- Levert resultaat op bij nieuwe, onervaren en onzeker werknemers - Taakvolwassenheid laag: behoefte aan leidinggevende - Tijdsbesparing voor beoordelaar
64
Geef de fasen van een tell-and-listen gesprek.
**Directief**: visie geven op werkgedrag (sterke en zwakke punten), medewerker mag niet onderbreken **Niet directief:** medewerker geeft zijn visie en eventuele bezwaren en tegenargumenten - Beoordelaar moet nu actief luisteren en niet onderbreken, wel eventueel verduidelijking vragen: feedbackvragen, verdiepende vragen en synthesevragen **Zaken samenvatten** =/=met tell-and-sell: verzet en bezwaren uiten zonder beoordeeld en veroordeeld te worden! (zorgt vr groter vertrouwen)
65
Geef de beperkingen van een tell-and-listen gesprek.
- Schijndemocratie: beseffen dat leidinggevende steeds laatste woord heeft - - Na gesprek: mogelijk dat medewerker niet weet waar hij staat (omdat er geen afspraken werden gemaakt), wel gevoel van opluchting
66
Wat is een problemsolvinggesprek?
Extreem niet-directief, focus op ontwikkeling van medewerker - Tweerichtingscommunicatie (beoordelaar is eerder ‘gesprekspartner’, hij evalueert niet, maar staat open en luister nr medewerker)
67
Geef de fasen van een problemsolvinggesprek.
- Balans van prestaties opmaken (positieve punten + knelpunten) - Mogelijke oplossingen of verbeteringen: zelf aangereikt door medewerker - Leidinggevende verzoekt die oplossingen in de toekomst uit te proberen - Einde gesprek: wederzijdse concrete afspraken + resultaten bespreken in volgend gesprek - Levert positieve resultaten op KT & LT, beoordelaar is luisterbereid, gestimuleerd om te groeien, motivatie stijgt… Vrijheid en verantwoordelijkheidsgevoel worden groter, stevige vertrouwensbasis tussen beide partijen
68
Geef de nadelen van een problemsolvinggesprek.
- Medewerker heeft geen ideeën en voelt zicht ongerust in rol van probleemoplosser (opgedrongen rol, wantrouwen en ongenoegen) - Vindt dat er geen beoordeling plaatsvindt - Moet passen in heersende cultuur en structuur van organisatie (past dus niet in een hiërarchische organisatie) - Veranderingen die medewerker voorstelt komen niet overeen met ideeën en plannen van beoordelaar en organisatie
69
Wat is een guidancegesprek?
= combinatie tell-and-listengesprek & problemsolvinggesprek
70
Geef de fasen van een guidancegesprek.
- Begin: loopt parallel aan tell-and-listengesprek: beoordelaar geeft visie (+/-) Medewerker geeft visie (evt. verduidelijking) - Samen naar oplossingen zoeken (problemsolving), medewerker neemt leiding bij het zoeken nr oplossingen, beoordelaar moedigt hem aan - Denkwerk in goede banen leiden (guidance): gulden middenweg tussen directieve en non-directieve benadering - - Samenvatten gesprek => ontwikkeling en acceptatie plan in gezamenlijk overleg (doelstellingen, concrete waarneembare indicatoren afspreken…)
71
Wat zijn de voordelen van een guidancegesprek?
Goede gespreksvorm, medewerker voelt medewerking en motivatie
72
Geef het nadeel van een guidancegesprek.
Dubbele doelstelling (prestaties & coaching): probleem
73
Wat zijn de problemen met prestatiemanagement?
- Meer dan 90% van prestatiebeoordelingssystemen is niet succesvol - Ontevredenheid over prestatiebeoordelingssysteem - 75 % vd medewerkers vindt dat het niet helpt om prestaties te verbeteren + tijdsverlies => Probleem: leidt niet tot motivatie of ontwikkeling!
74
Wat zijn de oorzaken van de problemen met prestatiemanagement?
- Weerstand - Conflicterende doelstellingen - Andere ‘impliciete en politieke’ motieven: - Administratie en complexiteit - Gebrek aan strategische impact
75
Wat is een nadeel van prestatiemanagement?
Dubbele doelstelling (prestaties & coaching) ## Footnote Dit kan leiden tot conflicten en problemen in de uitvoering.
76
Wat blijkt uit wetenschappelijk onderzoek naar functioneringsgesprekken?
Schaars => geen ideale manier om functioneringsgesprek te voeren ## Footnote Er is weinig empirisch bewijs voor de effectiviteit van huidige methoden.
77
Wat is de status van prestatiemanagement in HRM?
Zwarte schaap HRM ## Footnote Meer dan 90% van prestatiebeoordelingssystemen is niet succesvol.
78
Wat vinden 75% van de medewerkers over prestatiebeoordelingssystemen?
Het helpt niet om prestaties te verbeteren + tijdsverlies ## Footnote Dit leidt vaak tot demotivatie.
79
Wat is een gevolg van de feedbackdynamiek tussen managers en medewerkers?
Ontstaat er een ‘feedbackkloof’ ## Footnote Managers geven niet graag feedback en medewerkers zoeken geen feedback.
80
Wat is een probleem met conflicterende doelstellingen in prestatiemanagement?
Het gebruik van prestatiemanagement voor zowel feedback als promotiebeslissingen ## Footnote Dit kan eerlijkheid over zwakke punten ondermijnen.
81
Wat zijn impliciete en politieke motieven in prestatiemanagement?
Te veel gericht op psychometrische kwaliteiten ## Footnote Beoordelaars hebben vaak andere doelstellingen dan accurate beoordelingen.
82
Wat zijn kenmerken van logge prestatiemanagementsystemen?
Complexe systemen, ingewikkelde beoordelingsformulieren of SMART-doelstellingen ## Footnote Dit leidt tot inefficiëntie.
83
Wat is een probleem met de frequentie van prestatiebeoordelingen?
1x per jaar prestatiebeoordeling staat los van realiteit ## Footnote Dit zorgt voor een disconnect tussen beoordeling en dagelijkse prestaties.
84
Wat is een reactieve ‘lag’-relatie in prestatiemanagement?
Prestatiemanagement wordt gebruikt om reeds genomen beslissingen te bekrachtigen ## Footnote Dit gaat tegen de proactieve benadering van strategisch management in.
85
Wat zijn de mogelijke oplossingen van prestaiemanagement?
1. SYSTEEMTECHNISCHE UPGRADE (meest traditionele oplossing) 2. REENGINEERING 3. SCHEIDING TUSSEN BEOORDELING EN COACHING 4. INFORMELE EN CONTINUE FEEDBACK
86
Wat is een systeemtechnische upgrade in prestatiemanagement?
Objectiveren van prestatiebeoordelingssystemen ## Footnote Dit kan weerstand en negatieve reacties verminderen.
87
Wat houdt reengineering in bij prestatiemanagement?
Complexiteit van prestatiebeoordeling verminderen ## Footnote Dit kan door een evidence-based aanpak te hanteren.
88
Wat is het belang van scheiding tussen beoordeling en coaching?
Duidelijke distinctie tussen organisatie- en individugebonden toepassingen ## Footnote Dit voorkomt contaminatie tussen verschillende doelstellingen.
89
Wat zijn de twee soorten gesprekken in prestatiemanagement? Geef de verschillen
* Beoordelingsgesprek * Coachingsgesprek ## Footnote De eerste heeft formele consequenties, de tweede focust op ontwikkeling.
90
Wat is de meest radicale oplossing voor prestatiemanagement?
Informele en continue feedback ## Footnote Dit vervangt formele prestatiebeoordelingen door constante feedback.
91
Geef de trends van prestatiemanagement.
1. Informaticatechnologie 2. Feedbackzoekend gedrag 3. Focus op sterktes 4. Gamification
92
Wat zijn voordelen van informatica in prestatiemanagement?
* Beoordelingsformulieren zijn vaak digitaal * Snelle tracking van prestaties * Niet-obstructieve beoordeling ## Footnote Dit vergemakkelijkt de evaluatieprocessen.
93
Wat zijn de twee strategieën die medewerkers gebruiken om feedback te zoeken?
* Monitoring (indirect) * Inquiry (rechtstreeks) ## Footnote Beide methoden helpen medewerkers om feedback te verkrijgen.
94
Wat is het doel van feedforward gesprekken?
Focus op sterke punten en positieve emoties ## Footnote Dit helpt medewerkers in de toekomst beter te presteren.
95
Wat zijn kenmerken van gamification in prestatiemanagement?
* Gebruik van gameprincipes * Verhoogt werkmotivatie * Optionele deelname ## Footnote Dit spreekt nieuwe generaties werknemers aan.