HC 26: Neurologische stoornissen Flashcards

(37 cards)

1
Q

definitie: CVA

A

CVA: plotseling opdoen van neurologische symptomen door verstoring in de bloedstroom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

definitie: oedeem

A

oedeem: accumuatie van vloeistof in en rondom het beschadigde weefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

definitie: infarct

A

gebied van dood weefsel door verstopping van de bloedvaten die dat gebied voeden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

uitleg: laesies zijn cumulatief

A

een laesie -> prognose oke

meerdere -> prognose meer achteruit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

2 vormen van CVA

A
  1. ischemia - onbloedig
  2. cerebral hemorrhage - bloedig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe ontstaat een ischaemie? 3 opties

A
  1. thrombosis: trombus ontstaat en verstopt aan zijn plek het bloedvat
  2. embolisme: plotselinge blokkering van bloedvat door een trombus/luchtbel/storting van vet etc. -> wordt geleverd door het bloedstroom
  3. arteriosclerose: verlies van elasticiteit en verdikking/verharding van bloedvat -> vernauwing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

welk hersenengebied gevoelig voor ischemia?

A

hippocampus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe ontstaat cerebral hemorrhage?

A

hypertensie (hoge druk op bloedvat) kan leiden tot knappen van een vat

vooral in verbinding met een aneurysma (zwakke plek in bloedvatwand)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hoe verloopt een CVA?

A
  • infarct -> hersenengebied beschadigd
  • rondom geinfarcteerde gebied ontstaat oedeem -> extra druk op omliggende structuren
  • met medicatie oedeem opruimen -> herstel door verminderde druk
  • herstel van beschadigd gebied: restitutie/amelioratie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

uitleg: migraine beroerte

A

migraine beroerte: vasospasme (samentrekken van bloedvaten) - oorzaak onbekend

> kan leiden tot infarcten en permanente schade

> ervaren als transient ischemia met problemen in sensorische functie, doof gevoel in huid en beweeg en spraakmoeilijkheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn angiomen?

A

angiomen: aangeboren abnormale vaten die de bloedstroom afleiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is een typisch symptoom voor een aneurysma?

A

enorme hoofdpijn: aneurysma drukt op dura mater (veel pijnreceptoren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke medicijn bij ischemia?

welk bij beroerte?

A
  1. ischemia: antistollingsmedicijn - alleen als geen bloeding verwacht
  2. beroerte: neuro-beschermende medicijn - celdood tegengaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

leeftijd onvermijdelijke risicofactoor voor CVAs. wat nog?

A

metabolisch syndroom: obesitas, diabetes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

2 vormen TBI

A
  1. openhoofdletsel
  2. geslotenhoofdletsel ( coup & contrecoup)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

uitleg: (contre)coup

A

coup: schade aan de kant waar de kla is opgevangen, botten drukken op hersenen
contrecoup: schade aan tegenoverliggende kant, hersenen drukt tegen botten

17
Q

wat is een hematoom?

A

TBI: blauwe vlek veroorzaakt bloeding -> vormt een hematoom

hematoom drukt op omliggende structuren

18
Q

2 soorten gedragsmatige effecten bij TBI

A
  1. discrete deficiet in specifieke corticale functies door (contre)coup
  2. gegeneraliserde verslechtering door het verspreiden van trauma door brein
19
Q

welk soort mensen meer last van gesloten hoofdletsel?

A

hoe intelligenter, hoe duidelijker komen cognitieve defecten naar voren

20
Q

hoe is “boxers dementia” te verklaren?

A

de effecten van milde hoofdletsels is cumulatief

21
Q

definitie: commotio/contusio

A

commotio: hersenschudding - mild
contusio: hersenkneuzing - ernstig

22
Q

herstel na letsel: hoe herstellen

  1. cognitieve functies
  2. geheugenfuncties

hoe lang in het algemeen?

A
  1. cognitieve functies: eerste 6-9 maanden cruciaal
  2. geheugenfuncties: herstellen het sloomst

in het algemeen 2-3 jaren

23
Q

definitie: epilepsie

oorzaak?

A

hersenstoornis veroorzaat door aanvallen (spontane, abnormale uitscheidingen van neuronen)

door: letsel, infectie, tumor

24
Q

Epilepsie:

symptomatische vs idiopathische aanvallen

A

symptomatisch: specifieke oorzaak
idiopathisch: spontaan, zonder stoornis

25
epilepsie: wanneer brein meest vatbaar voor aanvallen?
tijdens rust en inactiviteit
26
epilepsie: 3 soorten symptomen
1. aura: subjectieve sensatie, gaat vooraf een aanval/migraine 2. bewustzijn verliezen: ineenstorten of staren (vaak samen met amnesie) 3. beweging: motorisch component, specificatie varieert sterk
27
Epilepsie: behandeling
medicijn: anti epileptica - inhiberen abnormale neuronen operatie: diepe breinstimulatie
28
epilepsie: 5 typen aanvallen
1. focale aanval 2. complex partiele aanval 3. gegeneraliseerd aanval 4. akinetisch aanval 5. myoclonische spasmen
29
uit welke cellen groeien tumoren in het hersenen?
uit glia cellen
30
Tumor: infiltrerende vs ingekapselde tumor
infiltrerende: verspreidt zich over hersenenstructuren, schade aan gezonde cellen en verstoring van werking ingekapseld: druk op het brein
31
tumor: 3 vormen, afhankelijk van basis
1. glioom: breintumor van gliacellen die breinsubstantie binnendringt 2. mengingeoom: uit meninges, groeien buiten het brein \> druk op het brein 3. metastatisch: transfer van tumorcellen van een anderen lichaamsregion (vaak borst/longen)
32
tumor: algemene symptomen
* intracraniale druk * hoofdpijn * overgeven * zwellen van optische disk * lage hartslag * loomheid * dubbelzien en aanvallen
33
Myasthenia Gravis: 1. symptomen 2. oorzaak 3. behandeling
Myasthenia Gravis: ernstige spierslapte 1. symptomen: dubbelzien, hangende oogleden, moeite slikken en kauwen etc 2. oorzaak: gebrek aan spierreceptoren voor acetylcholine 3. behandeling: acetylcholinetherapie tegen symptomen, operatie, immunosuppressieve medicatie
34
MS: 1. symptomen 2. oorzaak
MS: stoornis in de motorische vezels (witte stof - sclerotische plaque) symptomen: gevoellosheid en controleverlies van ledematen oorzaak: onbekend (ook genetisch component) vitamin D (myelinevorming) en zonlicht spelen mss een rol
35
wat verlamd bij paraplegie/quadriplegie?
paraplegie: twee onderste ledematen quadriplegie: alle vier ledematen
36
uitleg: hemiplegie
hemiplegia: verlies van vrijwillige bewegingen aan een kant van het lichaam en veranderingen in postuur en reflexen door: schade aan cortex/basale ganglia
37
uitleg: babinsky reflex
babinsky reflex: tenen strekken bij aanraking voetzool -\> pathologisch, aandoening aan lange baansysteem (corticospinal) remming door cortex kan hierdoor niet plaatsvinden -\> reflex niet meer onderdrukt