HS 15: De temporale lob

Question 1

3 belangrijke structuren in de temporale lob

Answer 1

1. auditieve gebieden
2. inferieur temporal - eind van ventrale stroom
3. superior temporale sulcus - visueel, sensomotorisch, auditief associatiegebied

Question 2

welke gebied in laterale fissur?

Answer 2

insula - smaakcortex en auditieve associatiegebied

Question 3

5 types cortical-corticale connecties

( alleen functies )

Answer 3

1. stimulus herkenning (ventraal)
2. begeleiden van bewegen op auditieve informatie (dorsaal auditief)
3. stimulus categorisatie (STS pad - polimodaal)
4. frontale lob projectie: bewegingscontrole, STM, affect
5. mediaal temporale pad: ruimtelijk geheugen, LTM, emotie-geheugen

Question 4

3 hoofdfuncties van de temporale lob

Answer 4

1. verwerken van auditieve input
2. visuele objectherkenning
3. langetermijnopslag van sensorische input

> geheugen

Question 5

waar vindt cross modale matching plaats?

Answer 5

cortex van de STS

> matchen van auditieve en visuele informatie

Question 6

hoe is de temporale lob betrokken bij ruimtelijke navigatie?

Answer 6

place cells in de hippocampus

Question 7

voor welk soort van beweging is de STS belangrijk?

schade?

Answer 7

voor biologische beweging

> soort-relevante bewegingen met sociale betekenis

> rol in sociale cognitie

schade: verminderd sociaal bewustzijn > autisme?

Question 8

asymmetrie van temporale lob functie

schade links vs rechts

Answer 8

links:

> verbaal geheugen

> verwerking van spraakgeluiden

> persoonlijkheidsstoornissen

rechts:

> non verbaal geheugen

> verwerking van muziek

> persoonlijkheidsstoornissen

Question 9

schade primair auditief gebied

Answer 9

verhoging drempelwaarde

Question 10

gebied van wernicke:

waar?

functie?

schade?

Answer 10

gebied van wernicke:

> zit in de superieure temporale gyrus LH - auditief associatiegebied

> sequenties van geluiden die woorden vormen

> schade: wernickes afasie

Question 11

kenmerken wernicke’s afasie

Answer 11

wernicke’s afasie:

> slecht taalbegrip

> vloeiend maar betekenisloze spraak

> subject vaak niet bewust van afasie

> categorie: receptieve afasie (spraak begrip)

Question 12

schade secundair auditief gebied

LH vs RH

Answer 12

LH:

> afasie van wernicke

> discriminatiestoornissen mbt auditieve stimuli

RH:

> aprosodie

> amusia

> stoornissen lokalisatie van geluiden

Question 13

schade tertiair auditief gebied

> laesie anteripr superior temporal gyri LH

Answer 13

1. pure woorddoofheid

> vermindering herkenning spraak geluiden

> gesproken woord niet begrijpen, wel lezen schrijven etc

> begrip niet spraak geluiden is normaal (dat zit in RH)

> disconnectie wernicke <> auditief input

Question 14

schade tertiair auditief gebied

LH vs RH

Answer 14

auditieve agnosie:

> misidentificatie van niet spraak geluiden

> komt minder voor als woorddoofheid

RH: perceptueel-discriminatief

> niet kunnen onderschieden

LH: associatief-semantisch

> betekenis niet snappen

Question 15

lateralisatie van muziekperceptie: verschil RH/LH

Answer 15

LH: snelheid

RH: frequentieverschillen

Question 16

temporale lob: welke hemisfeer dominant bij:

> stimulus categorisatie van verbale stimuli

> selectie van visuele en auditieve input

> gebruik van contextuele informatie

> langetermijngeheugen

Answer 16

> stimulus categorisatie: links

> selectie input: rechts

> gebruik contex: rechts

> LTM:

LH > verbaal

RH > non verbaal

Question 17

kenmerken klüver-bucy syndroom

> bilaterale anterieure temporale lob laesie

Answer 17

bilaterale anterieure temporale lob laesie:

> visuele agnosie

> alles eten

> reageren op iedere visuele stimulus

> hyperoraal gedrag (alles in mond stoppen)

> verlies van angst

> toename auto/homo/hetero erotische activiteit