HOOFDSTUK 7: ANGSTSTOORNISSEN + TRAUMA-gerelateerd + OCD Flashcards
(21 cards)
NEUROBIOLOGIE
langdurige of ernstige PSYCHISCHE STRESS (bv; trauma) –> kan je HERSENEN VERANDEREN
=> vooral als je daar genetisch gevoelig bent
=> kan leiden tot
- ANGSTKLACHTEN
- VERMIJDING
- DWANGMATIG GEDRAG
stress + erfelijkheid
- zorgt voor veranderingen in de hersenen
- niet iedereen krijgt klachten -> hangt ook af van je GENEN & OMGEVINGSFACTOREN
=> ANGSTSTOORNISSEN = MULTIFACTORIEEL (veel oorzaken)
bij PTSD
- ernstige of herhaalde stress/ trauma’s kunnen SCHADE AANRICHTEN in hersenen
- hoe VAKER iemand BLOOTGESTELD AAN TRAUMA = hoe GROTER KANS OP PTSD
Wat gebeurd bij langdurige blootstelling aan stress?
- DYSREGULATIE HPA-AS
- HPA = systeem in je lichaam dat stress regelt
- te veel stress -> raakt systeem uit balans - VERHOOGDE ONTSTEKINGSSTOFFEN = CYTOKINES
- zorgt voor MEER ONTSTEKINGSSTOFFEN in het lichaam = slecht voor hersenen - MINDER NEUROPLASTICITEIT
- hersenen kunnen minder goed aanpassen en leren
- beïnvloedt hersengebieden die betrokken zijn bij stemming en angst - VERSTOORDE NETWERKEN
=> sommige gebieden gaan OVERREAGEREN
- AMYGDALA –> actiever = angstcentrum
- PFC = minder remming van angst
overlap tss angststoornissen en depressie
LANGDURIGE/ ERNSTIGE STRESS –> één vd !e OORZAKEN van angststoornissen en depressie
stress –> VERSTOORT STRESSSYSTEEM = HPA + VERHOOGT ONTSTEKINGSSTOFFEN (cytokines)
welke hersengebied geraken verstoord?
- HIPPOCAMPUS - geheugen
- AMYGDALA - emoties/angst
- PFC - controle
hoe vaak voorkomen van angststoornissen bij depressie (p. 156: zie je %) –> ESSENTIE: hoe ERNSTIGER DEPRESSIE = hoe VAKER ANGSTPROBLEMEN BIJKOMEN
essentie:
angststoornissen, trauma, dwangstoornissen –> lijken sterk op depressie –> ontstaan uit DEZELFDE HERSENVERANDERINGEN DOOR STRESS + DEZELFDE BIOLOGISCHE BASIS, alleen met andere uitingen
comorbiditeit
50% van mensen met DEPRESSIE heeft OOK ANGSTSTOORNIS
50% van mensen met angststoornissen hebben ook depressie
gemeenschappelijkheid en verschillen in angst en depressie
gemeenschappelijk?
=> BIOLOGISCHE OORZAAK lijkt op elkaar
=> daarom hebben angst en depressie vaak DEZELFDE SYMPTOMEN
- slecht slapen
- moeheid
- moeite met concentreren
- trager of juist onrustiger bewegen
verschil?
=> UITING VAN DE KLACHTEN = ANDER
ANGST:
- piekeren, onrust, paniekaanvallen, zenuwachtig
- meer gericht op toekomstige dreiging
DEPRESSIE
- somber, schuldgevoel, geen plezier in zaken
- meer gericht op verlies of falen
hersenregio’s die betrokken zijn?
mPFC = mediale PFC = regelt emoties + ANGST ONDERDRUKKEN
HIPPOCAMPUS = gaat over HERINNERINGEN en CONTEXT VAN SITUATIE
BLA = basolaterale amygdala = ! voor het HERKENNEN VAN EMOTIONELE INFO (zowel positief als negatief)
- beslissen of iets ! of BEDREIGEND is?
- zorgt ervoor HOE je reageert
CENTRALE AMYGDALA = stuurt AUTOMATISCHE ANGSTREACTIES 5bv; hartkloppingen)
BNST (bed nucleus of the stria terminalis) & NUCLEUS ACCUMBENS = betrokken bij MOTIVATIE + GEDRAG bij mogelijke bedreigingen of beloningen
- kunnen bepalen of je iets NADERT OF VERMIJDT?
locus coeruleus + periaqueductale grijze stof + reticulaire info + hypothalamus + intercalated cells –> HELPEN BIJ LICHAMELIJKE REACTIES OP STRESS
BLA = BASOLATERALE AMYGDALA
= soort TUSSENSTATION dat BESLIST WAT ! IS
= CODEREN VAN EMOTIONELE INFO
=> verwerkt zowel POSITIEVE als NEGATIEVE PRIKKELS
veel verbindingen met andere gebieden zoals CENTRALE AMYGDALA die zorgen voor LICHAMELIJKE REACTIES (fysiologisch, hormonaal, motorisch)
bv; je steekt de straat over en een auto stopt plots vlak voor je → je BLA beoordeelt dit als gevaar → CeA activeert het lichaam → je schrikt, hartslag stijgt, je springt terug.
je lichaam reageert op 3 NIVEAUS op acute dreiging
=> gedreven door CENTRALE AMYGDALA
- FYSIOLOGISCHE REACTIE - hartslag stijgt bv;
- HORMONALE RESPONS - adrenaline en cortisol worden vrijgemaakt
- GEDRAGSNIVEAU - fight/flight/ freeze
ANGST EXTINCTIE
EXTINCTIE = proces waarbij ANGST VERMINDERT doordat je HERHAALD BLOOTGESTELD wordt aan beangstigende prikkel, zonder dat er iets slechts gebeurd
=> = basis voor vele psychotherapieën (bv; exposure)
angst-extinctie –> wat gebeurt in de hersenen?
2 hersengebieden in PFC spelen een rol:
1. PRELIMBISCHE PFC –> wordt ONDERDRUKT
2. INFRALIMBISCHE PFC –> wordt GEACTIVEERD
=> deze gebieden sturen SIGNALEN NAAR BLA –> BLA bevat:
- FEAR NEURONS = slaan angstherinneringen op
EXTINCTIONS NEURON =zorgen voor onderdrukking van angst, ZONDER dat ANGSTHERINNERING VERDWIJNT –> angst kan dus nog altijd terugkomen
GABA-neuronen in PFC en AMYGDALA helpen bij:
- REMMEN ANGSTREACTIE
- ACTIVEREN KALMERENDE CIRCUITS
rol v medicatie? –> BENZODIAZEPINES
=> VERSTERKEN EFFECT GABA
- betekent: ze HELPEN ANGST ONDERDRUKKEN via GABAa
!! maar ze kunnen ook NEGATIEF EFFECT hebben op hersengebieden zoals de PFC –> SLECHT VOOR GEHEUGEN + CONTROLEFUNCTIES
POSITIEVE ALLOSTERISCHE (bindt op een andere plek dan GABA zelf) MODULATIE van GABAa recept door BENZO VERLAAGT ANGST
rol van 5HT (serotonine)
5HT wordt AANGEMAAKT IN HERSENSTAM –> door DORSALE RAPHE KERNEN + GEACTIVEERD als je iets NEGATIEFS OF STRESSVOLS MEEMAAKT
=> 5HT heeft verbindingen met BLA –> speelt rol bij ONTHOUDEN VAN GEBEURTENISSEN (angstige…)
hoe werkt het in angst?
=> receptoren = schakelaars waarop 5HT werkt –> verschillende soorten:
1. 5HT2C in CeA/ BNST = VERHOOGT ANGST
2. 5HT1A in CeA/ BNST = VERLAAGT ANGST
effect van SSRI (bv; fluoxetine)
- SRRI BLOKKEERT DE HEROPNAME VAN SEROTONINE (SERT) –> meer 5HT in synaps
- KORTDUREND: ANGST gaat TIJDELIJK TOENEMEN
- LANGDURIG: ANGST DAALT: omdat:
=> 5HT2C activiteit daalt = remt angst
=> 5HT1A activiteit stijgt = kalmeert
5-HT1A-activatie in PFC helpt ook bij angst-afname via extinctie (veiligheidsleren).
rol van NE (noradrenaline)
- AANGEMAAKT IN LOCUS COERULEUS + LC
- wordt ACTIEF bij ONVERWACHTE/ BEDREIGENDE SITUATIES
- verbindt ook met BLA –> helpt bij angstherinneringen
werking in angst?
β1-receptoren in CeA/BNST → VERHOOGT ANGST
α2-receptoren in CeA/BNST → VERLAAGT ANGST
effect van SNRI (venlafaxine)
- SNRI BLOKKEREN HEROPNAME NE (NET)
- KORTDUREND: ANGST STIJGEN
- LANGDURIG : ANGST DAALT door:
=> β1-receptoren worden MINDER ACTIEF - MINDER ANGST
=> α2-receptoren worden ACTIEVER -MEER REMMING VAN ANGST
α2-activatie in de PFC helpt bij cognitieve flexibiliteit → beter omgaan met angst.
BEHANDELING
PSYCHOTHERAPIE = 1e KEUZE
=> psych hulp (bv; CGT) = !e bij angststoornissen
=> werkt goed + zorgt voor LT-verbetering
MEDICATIE = ONDERSTEUNEND
=> medicatie kan helpen om symptomen te verlichten vooral bij erge of langdurige klachten MAAR = AANVULLING –> het is GEEN VERVANGING VAN THERAPIE
meest gebruikte MEDICATIE?
SSRI (bv; fluoxetine)
=> werken op 5HT
=> vaak 1e keuze
SNRI (bv; venlafaxine)
=> werken op 5HT en NE
BENZODIAZEPINES (bv; clonazepam)
=> kalmeren snel MAAR MEER VERSLAVEND –> dus niet voor LT gebruiken
minder vaak gebruikte medicatie:
- TCA
- MAO remmers
- ATYPISCHE ANTIPSYCHOTICA
- ANTI-EPILEPTICA
bij lichamelijke angstklachten (bv beven, hartkloppingen…)
=> bij podiumvrees kan je gebruik maken van:
- Bètablokkers → bv. propranolol Helpen tegen beven en hartkloppingen.
- α2-agonisten → bv. clonidine
Verlagen de afgifte van noradrenaline → rustiger lichaam
wat met koffie - angst?
Cafeïne (in koffie) maakt je vaak onrustiger of nerveus.
Mensen met angststoornissen zijn hier vaak gevoeliger voor.
Tip: probeer koffie te vermijden of minderen –> schrappen uit dieet
GEGENERALISEERDE ANGSTSTOORNIS
= = langdurige, overdreven bezorgdheid en angst over van alles en nog wat, vaak zonder duidelijke reden.
behandeling
1. PSYCHOTHERAPIE + ONTSPANNINGSTECHNIEKEN
- CGT
- relaxatietherapie
= veilig + doeltreffend + goed werkt op LT
- MODERNE ANTIDEPRESSIVA
- SSRI of SNRI
- VERMINDEREN ANGSTKLACHTEN goed & weinig bijwerkingen
- TCA worden minder vaak gebruikt, want meer bijwerkingen - BENZODIAZEPINES
=> werken SNEL
- VERSLAVEND
- SUFMAKEND
=> daarom geen eerste keus
=> alleen overwegen wanneer cl ook goed geïnformeerd is over de risico’s - PREGABALINE
=> werkt op CALCIUMKANALEN -> kalmeer overactieve zenuwen
- LT + verslavingsrisico = onduidelijk - MAO-REMMER
= effectief, maar VEEL bijwerkingen
- kunnen gevaarlijke interacties geven
SOCIALE ANGSTSTOORNIS
= een aanhoudende, intense angst voor sociale situaties, bijvoorbeeld:
Spreken in het openbaar
Eten in gezelschap
Bang zijn om beoordeeld of afgewezen te worden
behandeling:
1. PSYCHOTHERAPIE -> CGT
2. MODERNE ANTIDEPRESSIVA
=> SSRI en SNRI
=> gebruikt als LANGDURIGE BEHANDELING
=> MEEST AANGERADEN MEDICATIE
- BENZODIAZEPINES
=> Werken goed bij plotselinge sociale angst of bij eenmalige angstige situaties
MAAR –> ze ONDERDRUKKEN FRONTALE HERSENSCHORS, waardoor:
- MINDER GOED NADENKT
- MINDER GOEDE COÖRDINATIE
= VERSLAVEND dus liever NIET op LT - MAO-REMMERS
Minder gebruikt vanwege veel bijwerkingen en gevaarlijke interacties met eten of andere medicijnen - bij podiumvrees bv;
Bij angst voor spreken voor publiek zijn benzodiazepines vaak niet effectief.
Dan gebruikt men beter BETABLOKKERS (zoals propranolol):
=> Die verminderen de lichamelijke symptomen (bv. trillen, hartkloppingen)
PANIEKSTOORNIS
wanneer je plotselinge paniekaanvallen krijgt, met lichamelijke klachten zoals:
- Hartkloppingen
- Ademnood
- Zweten
- Angst om dood te gaan of controle te verliezen
behandeling:
1. PSYCHOTHERAPIE (bv; CGT)
2. MODERNE ANTIDEPRESSIVA
=> SSRI en SNRI
- TCA of BENZODIAZEPINES
- werken SNEL + goed op KT
- maar VERSLAVEND + NIET GESCHIKT VOOR LANGDURIG GEBRUIK - MAO-REMMERS
veel bijwerkingen en risico op gevaarlijke interacties
OPGELET !!
Antidepressiva werken goed, maar als je stopt, kan de paniek terugkomen.
Benzodiazepines helpen snel, maar zijn geen goede langetermijn-oplossing
SPECIFIEKE FOBIE
= een intense angst voor één bepaalde situatie of voorwerp, zoals:
Spinnen
Hoogtes
Injecties
Vliegen
behandeling:
1. PSYCHOTHERAPIE
=> CGT + BLOOTSTELLINGSTHERAPIE = standaardbehandeling
- je leert stap voor stap omgaan met angst, door er veilig aan blootgesteld te worden
=> werkt goed op LT
- ANTIDEPRESSIVA
=> alleen overwogen wanneer
- psychotherapie NIET HELPT
- cl ELKE DAG ERNSTIG LAST heeft
- gebruik maken van: SSRI of TCA
- NA 4 WEKEN –> kijken of het HELPT?
- als het werkt –> 1 JAAR VOORTZETTEN
- daarna LANGZAAM AFBOUWEN - BENZODIAZEPINES
=> alleen geschikt voor BIJZONDERE GEVALLEN
- iemand die ZELDEN GECONFRONTEERD wordt met FOBIE (bv; vliegangst)
- iemand die GEEN THERAPIE kan of wil volgen
- de situatie is NIET TE VERMIJDEN (noodzakelijke vlucht)
=> dan mag er TIJDELIJK + LAGE DOSIS BENZODIAZEPINES gegeven worden TIJDENS BLOOTSTELLING aan angst
OCD
= een psychische stoornis waarbij je last hebt van:
- DWANGGEDACHTEN (obsessies): opdringerige, angstige gedachten
- DWANGHANDELINGEN (compulsies): gedragingen die je herhaald uitvoert om angst te verminderen
behandeling:
1. PSYCHOTHERAPIE
=> CGT + BLOOTSTELLINGSTHERAPIE = beste behandeling + werkt het beste op LT
Andere medicatie dan bij angststoornissen, waarom?
- OCD heeft te maken met EEN FOUT IN HET STRIATUM
=> vooral bij IMPULSIVITEIT, HERHALEND GEDRAG speelt OVERACTIVITEIT van DA-BANEN (mesolimbisch systeem) = !e rol
=> vandaar dat men vaker antipsychotica hierbij gebruikt
- SSRI
- SSRI + ATYPISCH ANTIPSYCHOTICUM
- TCA + SNRI
- TCA + ANTIPSYCHOTICUM
PTSD
= ontstaat na een ernstige traumatische ervaring (zoals een ongeval, misbruik, oorlog…) -> last krijgen van:
Nachtmerries
Flashbacks
Vermijding
Hevige schrikreacties
Aanhoudende spanning of onrust
behandeling
1. TRAUMATISCHE PSYCHOTHERAPIE
- BLOOTSTELLINGSTHERAPIE
- EMDR
=> !e en meest effectief op LT
- SSRI
=> verminderen angst, spanning en depressieve klachten - SNRI
- α1-blokker –> wordt gebruikt tegen nachtmerries of bij veel slaapproblemen
therapie of medicatie of allebei? –> onduidelijk
moeilijkheden bij behandeling van PTSD
BLOOTSTELLINGSTHERAPIE kan zwaar zijn → sommige patiënten haken af
=> UTIVALPERCENTAGE kan tot 40% zijn in studies
Therapie werkt goed, maar:
- De patiënt moet GEMOTIVEERD zijn
=> Anders heeft het weinig effect