Hoorcollege 2

Question 1

Resource-based view

Answer 1

• Resources = datgene wat organisatieprestaties verbeterd
• Fysiek kapitaal; geld, gebouwen, technologieën
• Organisatiekapitaal;
  –> structureel; cultuur, routines, processen, netwerk, strategie
  –> sociaal; interne en externe relaties tussen werknemers, teams, consumenten, leveranciers, omgeving, overheid
• Menselijk kapitaal (human); kennis, vaardigheden, capaciteiten, ideeën, gezondheid van werknemers
• Sociaal en menselijk kapitaal zijn; duurzaam, zeldzaam, niet transparant en niet vervangbaar

Question 2

Sociaal en menselijk kapitaal hoogste waarde voor uniek vermogen, omdat;

Answer 2

• ‘Opgeslagen’ binnen individuen
• Personen die vertrekken nemen vaardigheden, kennis en netwerken mee
• Overdracht vaardigheden, kennis en sociale relaties is moeilijk

Question 3

Human capital theorie ; economisch perspectief (Becker)

Answer 3

• Menselijk kapitaal omvat alle kennis en vaardigheden van medewerkers –> betere opleiding = betere werkprestaties
• Zeldzaam
• Ontwikkelt zich over tijd (meer onderwijs, meer werkervaring helpt bij opbouwen menselijk kapitaal)
• Algemeen (opleiding) en organisatie-specifiek (kennis van organisatie = beter presteren, meest relevant)

Question 4

Human capital theorie; psychologisch perspectief (Spearman)

Answer 4

• Enkele stabiele kenmerken die verschillen per individu voorspellen individuele verschillen in werkprestaties
• Intelligentie
• Persoonlijkheid:
  –> consciëntieusheid (nauwgezet)
  –> emotionele stabiliteit
• Gericht op individuele prestaties

Question 5

Becker vs. Spearman en HR-Praktijken

Answer 5

Economisch (Becker)
- beste menselijk kapitaal heeft veel organisatie-specifieke kennis en vaardigheden die overtijd zijn opgedaan door;
–> training
–> opleiding
–> ervaring
- HR-praktijken; gericht op ontwikkeling

Psychologisch (Spearman)
- beste menselijk kapitaal is intelligent, consciëntieus en emotioneel stabiel, waardoor ze het beste job-specifieke kennis en vaardigheden kunnen vergaren
- HR-praktijken; gericht op selectie

Question 6

Social capital theorie

Answer 6

• Focus interactie tussen mensen –> netwerk sociale relaties binnen organisatie (knowing-who)
• Waarde social capital komt van info, inlvoed en solidariteit
• Structureel sociaal kapitaal; aantal en patroon van connecties (=bridging)
• Cognitief sociaal kapitaal; algemeen organisatieklimaat t.a.v. informatiedeling en vertrouwen;
  –> hoe delen we info en vertrouwen we elkaar?
  –> ieder voor zich en vechten voor promotie?

Question 7

Social exchange theorie

Answer 7

• ‘activeren’ van menselijk kapitaal
• Uitwisselingsmechanisme (exchange); sociale uitwisseling gebaseerd op vertrouwen, liefde, aandacht is waardevoller dan economische uitwisseling (tijd en geld)
• Wederkerigheid (norm of reciprocity); “voor wat hoort wat” –> balans binnen uitwisseling
• Organisatie als social-exchange partner;
  –> goed werkgeverschap als basis
  –> organisatie geeft blijk van o.a. vertrouwen en aandacht, werknemers voelen zich verplicht iets terug te doen (norm of reprocity)
• Let op! Sociale uitwisseling is niet gelijk aan economische uitwisseling, dus loonsverhoging past niet binnen deze theorie!

Question 8

The business case voor HRM

Answer 8

• Investeren in HRM leidt tot uniek vermogen voor concurrentievoordeel\
• Causaliteit; emperisch observeerbare relatie die een mechanisme veronderstelt waardoor een oorzaak tot gevolg leidt

Question 9

Human capital, social capital & social exchange

Answer 9

• Alle drie hebben invloed op de financiële prestaties van de organisatie